Vastleggen van koolstof en voortgezette assimilatie

De energie die in de lichtreactie is vastgelegd in de vorm ATP, kan de cel nu gebruiken om koolstof vast te leggen in de vorm van glucose (koolstofassimilatie). Hiervoor wordt eerst koolstofdioxide via de huidmondjes in het blad opgenomen. Met de gevormde glucose als uitgangsproduct kan de cel alle andere stoffen maken. Dit wordt voortgezette assimilatie genoemd.

Assimilatie en dissimilatie zijn met elkaar verbonden omdat glyceraldehyde 3 fosfaat (G3P) uit de Calvincyclus kan worden omgezet in pyrodruivezuur voor de dissimilatie, maar ook gebruik kan worden om eiwitten en vetten te maken.

De glucose die tijdens de fotosynthese of chemosynthese wordt gevormd,
kan voor een aantal doeleinden worden gebruikt: