Transport en haarvaten

Alle cellen hebben zuurstof en voedingsstoffen nodig. Ze reageren op stoffen uit de omgeving, maken koolstofdioxide (afvalstof van verbranding) en scheiden stoffen uit. Signaalstoffen zorgen voor de communicatie tussen cellen. Cellen in je alvleesklier maken de signaalstof insuline. Andere cellen reageren daar weer op.

Voor die aan- en afvoer van stoffen zorgt het bloed. De uitwisseling tussen bloed en weefselcellen wordt verzorgd door het bloedplasma dat, als weefselvloeistof, vanuit de haarvaten naar de cellen stroomt. Op de terugweg neemt de weefselvloeistof de celproducten (afvalstoffen, signaalstoffen) weer mee naar het bloed.