Zuurstof bindt aan hemoglobine/Bohr-effect - VWO

Zuurstof bindt aan hemoglobine
Het verband tussen de concentratie van de zuurstof en de binding daarvan door hemoglobine is in een grafiek weer te geven.
Op de horizontale as staat de zuurstofconcentratie weergegeven in eenheden van druk (zowel in mm Hg als in kPa).

Het verband tussen de twee grootheden wordt weergegeven door
een S-vormige kromme.

In de longen is de zuurstofdruk ongeveer 15 kPa en in de weefsels in rust is de druk 5.2 kPa.
Bij zware arbeid daalt de pO2 naar 2.6 kPa.
In dat laatste geval is het hemoglobine nog voor 30% verzadigd en het heeft dan 70% van de totale zuurstofhoeveelheid en dat is 14ml (per 100ml bloed) afgegeven aan de weefsels.

Bohr-effect
Wanneer een organisme zware arbeid verricht wordt door de cellen veel koolstofdioxide geproduceerd.
De chemicus Niels Bohr ontdekte een verband tussen de
pCO2 in het bloed en de zuurstofafgifte door hemoglobine. Hoe groter de hoeveelheid koolstofdioxide in het bloed hoe makkelijker hemoglobine zuurstof afgeeft.
De kromme die de relatie tussen zuurstofspanning en zuurstofgehalte van het bloed aangeeft verschuift bij oplopende pCO2 naar rechts. Dit is het Bohr-effect.

In de longen is de koolstofdioxide spanning laag en dan zal hemoglobine veel zuurstof kunnen binden.