In het bloed komt zuurstof in twee vormen voor:
Opgelost in het bloedplasma en gebonden aan een speciaal eiwit, het hemoglobine. De oplosbaarheid van zuurstof in bloedplasma is klein.
In 100 ml bloedplasma, je hebt ongeveer 5000 ml in je lichaam, lost 0,3 ml zuurstof op. De rode bloedcellen in dezelfde hoeveelheid bloed kunnen 70 keer meer zuurstof transporteren.
Koolstofdioxide daarentegen wordt hoofdzakelijk als bicarbonaat-ion (HCO3-) in het bloedplasma vervoerd.