Het longvolume verschilt van mens tot mens. Bij een normale ademhaling wordt niet het gehele longvolume ververst, maar slechts ca. 500 ml lucht.
De uitademreserve is het aantal liter lucht dat je maximaal extra kunt uitademen. De inademreserve is het aantal liter lucht dat je maximaal extra kunt inademen.
Er blijft echter altijd lucht in je longen achter. Dit heet het restvolume of residulucht.
De totale hoeveelheid lucht die iemand kan verversen in één ademhaling is de vitale capaciteit. Hoeveel lucht je in een bepaalde tijd kunt verversen hangt af van de vitale capaciteit en van de snelheid waarmee je de lucht kunt verversen: de ademhalingsfrequentie.
Om te kijken hoeveel liter je per minuut kunt verversen, moet je de maximale ademfrequentie weten plus de hoeveel lucht die je maximaal per ademhaling kunt verversen.
Aangezien één in- en één uitademing samen ongeveer vier seconden duren, zijn er gemiddeld 15 ademhalingen per minuut. Dat betekent een luchtverversing van
500 ml x 15 = 7,5 liter per minuut ofwel 450 liter per uur.