Kijklijnen en kijkhoeken

Wat zie je vanaf de plaats waar je staat?
Dat geef je aan met kijklijnen.
Een kijklijn is de lijn waarlangs je kijkt.

Je kijkt door een gat in de muur.
Met kijklijnen geef je aan wat je kunt zien.
Hoe dichter je bij de muur staat hoe meer je achter de muur kunt zien.

 

Met twee kijklijnen geef je aan wat je kunt zien.
De twee kijklijnen vormen samen een hoek.
Die hoek heet de kijkhoek.

 

 

Je ziet twee fietsers en een auto.
Op de hoeken staan hoge gebouwen.
Kan de automobilist de fietsers zien?

Teken de kijklijnen.

          

Je ziet dat de automobilist fietser A niet kan zien.
Fietser B kan hij wel zien.

Van twee vogels is hieronder de gezichtshoek getekend.
Let goed op de plaats van de ogen.

De gezichtshoek van de uil is ongeveer 150°.
De gezichtshoek van de valk is groter dan 180°.
De gezichtshoek van de valk is ongeveer 300°.

Probeer eens uit te zoeken hoe groot je eigen gezichtshoek is.