Mineralen

Mineralen (ook wel zouten genoemd) zijn voornamelijk bouwstoffen en betrokken bij veel reacties in cellen. Natrium krijg je binnen in de vorm van keukenzout (NaCl). Na+ is nodig voor de prikkelgeleiding in je zenuwcellen. Calcium is, omgezet in kalk, nodig voor de opbouw van het skelet, het zit veel in melk.
Sporenelementen zijn mineralen waar we slechts een zeer kleine hoeveelheid van nodig hebben. Jodium is belangrijk voor het goed functioneren van de schildklier voor de groei en de ontwikkeling van het zenuwstelsel.

Fluoride wordt gebruikt in je tandglazuur en zink is nodig bij de opbouw van eiwitten en daarmee voor de groei en vernieuwing van weefsel. Zink zorgt ook voor gezonde botten, haar en huid, en een goed geheugen. Zink speelt ook een rol bij de opbouw en afbraak van koolhydraten, het afweersysteem en vruchtbaarheid. Mineralen krijg je binnen via het voedsel. Mineralentekort komt in Nederland eigenlijk niet voor. Wel hebben vrouwen die veel bloed verliezen tijdens de menstruatie, soms extra ijzer nodig, bijvoorbeeld in de vorm van ijzerpillen. Dit geldt ook voor vegetariërs of veganisten,  die weinig of geen dierlijke producten binnen krijgen. Voor veel mensen in Nederland geldt dat ze teveel zout (natrium) binnenkrijgen dan goed is.
De norm is 2,4 gram Na per dag en komt overeen met 6 gram NaCl.
Voorbeeld: Eén pizza bevat al 6 gram NaCl.