De overbrengverhouding (i) bepaalt de toerentalverhouding tussen het drijvende kettingwiel en het gedreven wiel. We gebruiken hiervoor de volgende formule:
Z1 = aantal tanden van het drijvende wiel
Z2 = aantal tanden van het gedreven wiel
n1 = toerental van het drijvende wiel
n2 = toerental van het gedreven wiel
De overbrengverhouding mag maximaal 1:12 zijn.
Voorbeeld
Aan een transportband zit een tandwieloverbrenging tussen de motor en de aandrijfrol. Het tandwiel
op de motor heeft 23 tanden, het tandwiel op de aandrijfrol van de transportband 69. Wat is de
overbrengverhouding?