Kettingspanning

Het is erg belangrijk dat je de ketting op de juiste spanning houdt. Daarom moet ten minste 2% van de kettinglengte nastelbaar zijn. Een juiste kettingspanning garandeert een  lange levensduur.


Ligging  van de ketting op de  kettingwielen
De ketting moet goed op de vertanding van de wielen liggen, zodat de ingrijping soepel verloopt.
 

Juiste ligging van de ketting  
Versleten ketting. Deze gaat boven de tanden lopen

       

 

 

 

 

 

 

 

Omspannen boog
Zorg ervoor dat de omspannen hoek van de ketting op het wiel 120° bedraagt. Bij wielen met meer dan
26 tanden is 90° toelaatbaar. Stelregel is dat minstens drie schakels moeten ingrijpen, ook bij de
kettingspanner.

Smering
Een kettingoverbrenging  moet je  altijd  vakkundig smeren.

Kettingspanning
Controleer de kettingspanning regelmatig. Dit doe je door de  indrukking van de  ketting te meten.
De lengte van de ketting neemt door het gebruik toe. Dit doorhangen komt  door slijtage aan de
schakels en de rollen. Ook tijdens het inlopen van een nieuwe ketting ontstaat  er rek. Als de
spanning te laag  is geworden, moet je  de ketting  spannen.

Wanneer de ketting 3% langer is geworden dan de oorspronkelijke lengte, is de ketting aan
vervanging  toe.

 

Goed
Fout

 

 

 

 

 

 

 

Kettingspanning

 

De juiste kettingspanning  bepaal je aan de hand van een grafiek. Eerst meet je de hart-op-hartafstand (a) van de twee assen (in mm). Deze afstand deel je dan door honderd. Hieruit volgt een waarde. (dus: a/100)
Zet de berekende waarde verticaal uit in de tabel totdat deze lijn de grafiek snijdt

Teken vanuit het snijpunt van de verticale lijn en de grafiek een horizontale lijn naar links. De nu gevonden
waarde is de maximale indrukking die de ketting mag vertonen. Deze indrukking is een maat voor de
kettingspanning.

 

 

 


Voorbeeld
De hart-op-hartafstand (a) van de assen is 500 mm.

De waarde die je op de horizontale as uitzet, is dan: 500/100 = 2 .

Neem de tabel. Teken nu vanaf 5 een lijn naar boven totdat deze de grafiek snijdt. Teken
vanuit het snijpunt een horizontale lijn naar links.
Hieruit volgt dat de indrukking van de ketting maximaal 30 mm mag zijn.
Let wel: dit geldt voor de hele ketting (beide helften). Om de juiste kettingspanning in te
stellen, deel je de waarde door  twee.

Dus: 30/2 = 15 mm ·