Dekolonisatieprocessen - Indonesië - 4

Juli, augustus 1947 - Politionele acties

Op 21 juli 1947 besloot Nederland tot een grootscheeps militair optreden en stuurde troepenversterkingen naar Indonesië. Deze eerste ‘politionele actie’ was voor Nederland in militair opzicht een succes, maar moest al begin augustus onder druk van de Verenigde Staten worden beëindigd.

Er kwam een nieuw akkoord met de republiek dat onder meer voorzag in een bemiddelende rol van de Verenigde Naties. In Nederland werd knarsetandend op de verdere internationalisering van de kwestie-Indonesië gereageerd. Velen vonden dat de Indonesiërs een lesje moest worden geleerd en dat Nederland zich niets van de VN diende aan te trekken.

In december 1948 greep Nederland weer militair in. Ook deze tweede ‘politionele actie’ was onder leiding van generaal Spoor een succes. Tijdens een bliksemactie werd Jogyjakarta veroverd, een lang gekoesterde wens van de legerleiding. Republikeinse leiders als Soekarno en Hatta werden gearresteerd.

In politiek opzicht was ook het tweede militaire ingrijpen van Nederland een mislukking. Internationaal werd scherpe kritiek geleverd op Nederland. Nederland moest weer onderhandelen.

December 1949 - Soevereiniteitsoverdracht

Onder Amerikaanse druk droeg Nederland uiteindelijk op 27 december 1949 de soevereiniteit over aan de jonge republiek en werd Indonesië echt onafhankelijk.

Een uitzondering werd gemaakt voor Nieuw-Guinea, dat Nederland voorlopig behield.