Democratisering is het streven naar politieke medezeggenschap. Voor de Franse Revolutie lag in de meeste landen de absolute macht bij de vorst en was politieke inspraak van het gewone volk of de derde stand ondenkbaar. De Franse Revolutie rekende af met dat tijdperk van het absolutisme.
In de 19de eeuw kwam met de Industriƫle Revolutie een nieuwe groep op die haar economische macht ook op politiek niveau deed gelden: de burgerij. Hun politieke vertegenwoordigers waren de liberalen die een grote mate van burgerlijke vrijheid nastreefden. Hun politieke strijd en hervormingen van het politieke bestel bood ook andere groepen in de samenleving mogelijkheden tot emancipatie. Stap voor stap en met wisselend succes zetten diverse groepen zich in om meer inspraak te krijgen. Het algemeen kiesrecht voor mannen (1917) en vrouwen (1919) was in Nederland een voorlopig eindpunt van de lange weg naar een gedemocratiseerde samenleving.