De motivatie om met schepen de wereldzeeën te bevaren en nieuwe routes te ontdekken was: handel. Tot ver in de 15e eeuw waren Arabieren de tussenhandelaren die handelswaar uit Indië (Zuid- en Zuidoost-Azië) naar Europese steden aan de Middellandse Zee brachten. Deze producten waaronder goud, kruiden en zijde brachten veel geld op. Portugal was zeer geïnteresseerd in deze lucratieve handel en vastbesloten een zeeweg naar India te vinden.
Naast sterkere zeewaardige schepen, betere navigatie en kaarten was voor die doelstelling ook de bereidheid nodig om het onbekende avontuur aan te gaan. Het wereldbeeld van de Europeaan in de 15e eeuw was nog erg beperkt. Afrika was onbekend gebied en van werelddelen als Amerika en Australië had men in Europa nog geen weet. De Portugezen en in tweede instantie ook de Spanjaarden brachten daar rond 1500 snel verandering in.