Fasen

Fase 1

Fase 2

Fase 3

10e - 11e eeuw

13e - 1e helft 14e eeuw

2e helft 14e eeuw

Stijging
landbouwproductiviteit.

Snelle ontwikkeling steden door:
• economische veranderingen;
• actieve rol landsheren die stadsrechten verlenen en toezien op functioneren handel en markt en bescherming bieden aan kooplieden.

Ontwikkeling in veel steden stagneert behalve in de zeehavensteden: die groeien spectaculair.

Opkomst niet-agrarische beroepen
in oude steden en nieuwe stedelijke nederzettingen.

Steden streven naar volledige vrijheid en komen herhaaldelijk in aanvaring met de landsheer.
Persoonlijke vrijheid in de steden is groot ten opzichte van het feodale platteland.
Meeste steden krijgen van landsheer onafhankelijk bestuur.


Afbeelding linksboven: De stadsmuren van Montagnana (Italië) uit de 14e eeuw, zijn vrijwel geheel bewaard gebleven. Er zijn nog 24 torens en vier zwaar versterkte stadspoorten.

Afbeelding linksonder: Dordrecht ontstond ongeveer 1000 jaar geleden op een gunstig kruispunt van handelswegen over water. In 1220 kreeg de nederzetting stadsrechten van de graaf van Holland. De meeste steden in Nederland ontstonden tussen 1200 en 1400. Ze begonnen in de meeste gevallen als handelsnederzettingen bij kastelen, rivieren of kruispunten van belangrijke wegen.

Dordrecht groeide uit tot een belangrijke stapelplaats
waar wijn, hout en graan werd verhandeld.