Samenwerking tussen kerk en koning - 764 tot 814



768-814: Frankische vorst Karel de Grote door de paus tot keizer gekroond
Karel de Grote wordt vaak als de belangrijkste vorst van de vroege Middeleeuwen gezien. Het Frankische Rijk bereikte onder zijn heerschappij zijn maximale omvang. In 771 werd Karel koning van het rijk der Franken, waartoe ook het grondgebied van de latere Nederlanden behoorde. In zijn leven heeft hij vele voor de Franken succesvolle oorlogen gevoerd die zijn rijk in omvang deed toenemen. Heel zijn leven trok Karel ten strijde, o.a. tegen de mohammedaanse legers op het Iberische schiereiland, de Longobarden in het zuiden, en tegen de Denen en de Saksen in Noordwest-Europa.

In het jaar 800 werd Karel door de paus tot keizer van het ‘West-Romeinse Rijk’ gekroond. Het betrof hier een wederdienst van de paus die meerdere malen aanspraak had gemaakt op militaire steun van de Frankische koning. Er ontstond zo een trouwe alliantie tussen kerk en staat.