Samenwerking tussen kerk en koning - Karel de Grote



Karel de Grote zette de politiek van zijn voorvaderen voort. Ook hij ondersteunde het zendingswerk waarbij geen middel onbenut werd gelaten om heidenen te bekeren. De zendgraven werd opgedragen de christelijke plichten, waarden en normen bij de bevolking te bevorderen. Via de zogenaamde 'tienden' zorgde Karel dat de boeren tien procent van hun oogst of jongvee afstonden om kerken, kloosters en priesters te onderhouden. Aan alle abdijen legde Karel de regel van Benedictus op.

Karel had overal in zijn rijk paleizen die paltsen werden genoemd. Hij reisde van palts naar palts en regelde ter plekke zijn zaken met zijn belangrijkste leenmannen. Verondersteld wordt dat Karel ook in Nijmegen een palts had: de Valkhof. Van daaruit kon hij de militaire operaties tegen de opstandige Friezen en heidense Saksen leiden.
Dit waren bloedige oorlogen die veel tijd in beslag namen.