Levenswijze in de prehistorie - Gereedschap

Gereedschap
In de steentijd was vuursteen het belangrijkste materiaal voor het maken van gereedschap. Het materiaal is hard en toch relatief gemakkelijk bewerkbaar.
Van vuursteen werden o.a. pijlpunten, speerpunten, schrapers en vuistbijlen gemaakt.


Hoogstwaarschijnlijk werd ook hout gebruikt maar dat is niet bewaard gebleven. Naast vuurstenen gereedschap gebruikten maakten mensen ook werktuigen en gebruiksvoorwerpen gemaakt van beenderen.

Gebruik vuur
Vermoedelijk werd vuur voor het eerst gebruikt ongeveer 500 000 jaar geleden door de Pekingmens (homo erectus). De mens zal het vuur bij blikseminslagen of bij gloeiend lava meegenomen hebben. Vervolgens leerden mensen het vuur brandend te houden met gesprokkeld hout. Lange tijd zijn de mensen van vuur uit de natuur afhankelijk geweest. Uiteindelijk hebben mensen geleerd zelf vuur te maken.

De datering daarvan is giswerk. Het gebruik van vuur onderscheidde mensen van alle andere levensvormen op Aarde. Het vuur werd gebruikt om te koken, licht te maken en zich te verwarmen. Er kwamen steeds meer toepassingen voor het vuur bij. Zo werd het bijvoorbeeld gebruikt bij het maken van aardewerk of het smelten van ijzer uit ijzererts.