Breng je eigen netwerk in kaart
1. Zoek via internet op wat de definitie van netwerken is
2. Wat is het doel van netwerken, waarvoor kun je het gebruiken?
3. Wat heb jij wel eens voor elkaar gekregen dankzij jouw netwerk?
Opdracht:
- Schrijf een vraag of wens op
- Geef deze vraag of wens mee aan je buurman/buurvrouw
- Je gaat voor je buurman/buurvrouw in dit lokaal op zoek en komt terug met een concrete tip of contact
4. Ben jij een goede netwerker?
- Bekijk de onderstaande vragen over netwerken en vul ze voor jezelf in.
- Maak daarna vraag 5, 6 en 7.
Inventarisatie eigen netwerk
•Hoeveel contacten heb jij? (mensen die jij kent)
0 = minder dan 10
1 = 11 - 100
2 = 101 - 200
3 = meer dan 200
•Welke soorten relaties heb jij?
0 = met name zakelijk
1 = vooral kennissen
2 = veel persoonlijke contacten
3 = combinatie van persoonlijke contacten en vrienden
•Hoe is jouw netwerk samengesteld?
0 = mijn netwerk is net een spiegelbeeld van mezelf
1 = met beperkte diversiteit (verscheidenheid in leeftijd, interesses, huidskleur, karakter, afkomst, etc)
2 = goede diversiteit (verscheidenheid in leeftijd, interesses, huidskleur, karakter, afkomst, etc)
3 = mensen uit diverse sectoren en vakgebieden, leeftijden etc.
•Wat is de kwaliteit van jouw netwerk?
0 = vrienden, maar niet invloedrijk
1 = sommigen hebben best wel belangrijke relaties
2 = sommigen zijn behoorlijk invloedrijk
3 = met mijn netwerk kan ik alles voor elkaar krijgen
•Beantwoord je telefoontjes, e-mail, sociale media en volg je een 1e ontmoeting op?
0 = geen tijd voor
1 = ik probeer het wel
2 = soms vergeet ik er wel een (of meer)
3 = altijd
•Ben jij bewust bezig om je netwerk uit te breiden?
0 = nooit
1 = alleen als ik uitgenodigd wordt
2 = regelmatig
3 = dagelijks
•Help jij wel eens anderen uit je eigen netwerk?
0 = nooit
1= incidenteel
2 = regelmatig
3 = zo vaak ik kan en ook erg actief
•Gebruik je ook internet? (bijv. contacten toevoegen op LInkedin, twitter, facebook, instagram, etc)
0 = nooit
1 = af en toe, maar niet structureel
2 = regelmatig
3 = altijd, ik gebruik beiden om elkaar te versterken
5. Hoeveel punten heb je gescoord?
0 - 8 = niet of nauwelijks aandacht voor netwerken
8 - 14 = redelijk aandacht voor netwerken
14 - 20 = voldoende aandacht voor netwerken
20 - 24 = goede aandacht voor netwerken
6. Breng je eigen netwerk in kaart. Gebruik de onderstaande afbeelding als voorbeeld hoe je dat zou
kunnen doen. Schrijf er namen en aantallen bij en de belangrijkste talenten/hobby's/werk, etc.
Het vinden van een bijbaantje gaat heel vaak via via. Dat is dus ook netwerken. Bijvoorbeeld: Jij bent toe aan een bijbaantje maar je komt nergens tussen. Je moeder vraagt eens wat rond hoort in een gesprek met haar vriendin dat de dochter van haar buurvouw bij de supermarkt werkt. Deze dochter, Tanja, heeft gehoord dat ze nog iemand zochten voor de vulploeg. Je informeert bij Tanja om welke supermarkt het gaat en vraagt haar of ze jou wil introduceren.
7. Stel je wilt een bijbaantje, of je wilt informatie hoe je dolfijnentrainer wordt en zoekt een stageplek of,
je bent op zoek naar 2 kaartjes voor een uitverkocht concert, of je wilt op de foto met een beroemde
voetballer, of ..... bedenk iets anders wat je graag zou willen.
Tijd voor je netwerk. Wie binnen jouw netwerk zou jou verder kunnen helpen met zijn/haar netwerk?
Sla de antwoorden op in je portfolio