Opdracht 19: "De media"


klik op de onderstaande link voor vragen over communicatiemiddelen.

Vragen over de media

of kopieer onderstaande in je portfolio. en maak de vragen

Thema 1. De functie van media

1. Communiceren doe je de hele dag.
a.        Schrijf op wat communiceren is.

b.         Wat wordt er met de zender bedoeld?

c.         Wat wordt er met de ontvanger bedoeld?

2.        Geef bij elke situatie aan of het gaat om verbale of non-verbale communicatie.

Zet een kruisje in de juiste kolom.

Situatie

Verbaal

Non-verbaal

Amy stuurt haar vriend een sms'je.

 

 

Sander fronst zijn wenkbrauwen bij het horen van het nieuws.

 

 

De spelers van een voetbalteam omhelzen elkaar na het maken van een doelpunt.

 

 

Harm schrijft een brief aan zijn oma

 

 

 

Op het verkeersbord staat een grote witte pijl.

 

 

 

 

3.         Radiozenders, kranten en internet zijn voorbeelden van massamedia.

a.         Leg uit wat massamedia zijn.

b.        Schrijf vier kenmerken  van  massamedia  op.

 

4.         Media hebben verschillende functies. Schrijf bij elk voorbeeld op wat de functie van het medium  is.

a. Functie:
   
Politie heropent tien jaar oude moordzaak
b. Functie:
    [20:00]  [Goede tijden slechte tijden]    [soap]

c. Functie:

Contact gezocht met een leuke man (30-40 jaar).

Ik (vrouw, 31) ben sportief, spontaan en gek op reizen.

Op zoek naar een serieuze relatie.

d. Functie:
   
"Kom naar Malieveld voor demonstratie #antibontprotest#stopdierenleed"
     3 minutes ago via web
e.
Functie:
 
 'Nieuwe wet funest voor ouderen'

5.         Veel media richten zich op een specifieke doelgroep.

a.         Leg uit wat er met een doelgroep wordt bedoeld.

b.         Waarom is het voor media  belangrijk om zi ch op een doelgroep te richten?

 

6.         Digitale of nieuwe media zijn de nieuwste soort massamedia.

a.         Schrijf op wat de belangrijkste vorm van nieuwe media is.

b.         Lees de uitspraak.

       "Alle nieuwe media zijn sociale media"

           Leg uit of deze uitspraak juist is.

c.         Welke kenmerken hebben sociale media?

d.        Nieuwe media verschillen van 'oude media', zoals kranten, televisie en radio.

          Schrijf een voordeel en een nadeel op van nieuwe media ten opzichte van 'oude media'.


7.         Lees de uitspraak .

     "Een samenleving zonder sociale media is ondenkbaar".

           Leg uit of je het met deze uitspraak eens bent.

 

Thema 2. De invloed van media

1          Bekijk de cartoon.

 

 

Welke theorie over de invloed van media wordt in deze cartoon afgebeeld?

Leg je antwoord uit.

2.         Geef voor elke krantenkop aan of het om objectieve of subjectieve informatie gaat.

a.         Oplages landelijke dagbladen opnieuw gedaald

b.         Als 65+ers niet meer willen werken moet je ze laten gaan

c.         Juist nu moeten we bezuinigen op ontwikkelingshulp

d.         Gratis wifi in op centraal station Utrecht

3.         Waarom is het vermelden van bronnen belangrijk in de journalistiek?

4.         Lees het artikel.

 

a.         Waarom is het voor een bedrijf zoals Twitter interessant om gegevens van gebruikers te hebben?

b.         In het artikel staat de zin: 'Op het web is alles eeuwig.'

Waarom is het belangrijk om hierop te letten bij het gebruik van nieuwe media?

5.         Massamedia kunnen worden gebruikt om grote groepen mensen te manipuleren en om propaganda te verspreiden.

a.         Leg uit wat manipulatie is.

b.         Leg uit wat propaganda is.

c.         Leg uit wat het gevaar is van censuur in een samenleving.

6.         Lees de tekst.

Persbericht  

Een organisatie, bedrijf of persoon kan zelf een concept voor een artikel aan de media aanbieden. Op die manier probeert de organisatie, het bedrijf of de persoon aandacht te krijgen voor een bepaald standpunt of feit. Dit wordt een persbericht genoemd . Het feit houdt verband met de belangen of de identiteit van de organisatie , het bedrijf of de persoon die het persbericht aanbiedt.

a.         Bedrijven geven vaak een persbericht uit als ze nieuws hebben over hun producten.

Welk belang hebben bedrijven bij het uitgeven van persberichten?

b.         Waarom is een persbericht geen objectieve informatie?