Uitleg vermogen en energie

Het vermogen van een apparaat

Elk elektrisch apparaat heeft een typeplaatje. Hierop kun je zien hoeveel elektrische energie het per seconde verbruikt. Dit noem je het vermogen (P). Het vermogen meet je in de eenheid watt (W) of kilowatt (kW). 1 kW = 1000 W.

Voorbeeld van een typeplaatje
Een typeplaatje

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het vermogen berekenen

Om het vermogen te kunnen berekenen heb je twee andere grootheden nodig:

- Spanning (U) in Volt (V)

- Stroomsterkte (I) in Ampère (A)

Je kan het vermogen dan met de volgende formule berekenen:

Vermogen = Spanning x Stroomsterkte

P = U x I

Je vindt dan het vermogen in Watt (W).

 

Elektrische energie

Je ouders moeten 1 keer per jaar de energierekening betalen. Hoe meet een energiebedrijf nu eigenlijk hoeveel energie er in een huishouden wordt verbruikt?

In elk huis zit een meterkast, met daarin een kilowattuurmeter. Deze meter meet de hoeveelheid elektrische energie die verbruikt is.

kWh-meter
kWh-meter

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De elektrische energie wordt gemeten in kilowattuur (kWh). 1 kWh kost ongeveer €0,20. Met behulp van deze meter kan een energieleverancier dus precies zien hoeveel energie je hebt verbruikt en hoeveel je moet betalen.

De elektrische energie berekenen

Om de elektrische energie te berekenen heb je twee andere grootheden nodig:

- de tijd (t) in uren (u of h)

- het vermogen (P) in kilowatt (kW)

Je kan de elektrische energie dan met de volgende formule berekenen:

Elektrische energie = vermogen x tijd

E = P x t

Je vindt dan de elektrische energie in kilowattuur (kWh).