Van wie is het water?
Is dat van het waterleidingbedrijf? Van de staat? Of van ons allemaal? Hebben we recht op water en zo ja, is het dan een mensenrecht? Kun je alle water uit een rivier aftappen, waardoor een buurland zonder water komt te zitten? Deze opdracht gaat over waterbeheer en waterconflicten.
Water is een mensenrecht
Zonder water kun je niet leven. Toch hebben zo’n 900 miljoen mensen op aarde geen toegang tot schoon water. Meer dan 2,5 miljard mensen hebben geen of slechte sanitaire voorzieningen. Jaarlijks sterven 1,5 miljoen kinderen jonger dan 5 jaar aan ziekten die veroorzaakt worden door vervuild water. Water is, net als lucht en voedsel, essentieel voor het leven en onvervangbaar.
Vreemd genoeg staat in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit 1948 er wel wat over de beschikbaarheid van voldoende voedsel, maar niets over de beschikbaarheid van water. Pas in 2010 hebben de Verenigde Naties verklaard dat het recht op water een mensenrecht is (VN-resolutie 10967).
Met die VN-resolutie is de discussie nog niet beslist. Want van wie is het water eigenlijk? De ene groep deskundigen vindt dat water een publiek bezit is, in handen van de staat en daarmee dus van iedereen. De andere groep vindt dat de drinkwatervoorziening best geprivatiseerd kan worden en water op de vrije markt kan worden verhandeld.
De Waterwet
Op 22 december 2009 heeft de Nederlandse regering acht verschillende wetten over water samengevoegd tot één grote wet, de Waterwet.
De Waterwet regelt alles wat met water te maken heeft. We zetten de belangrijkste aspecten op een rij:
De Nederlandse regering heeft bepaald dat water een publiek bezit blijft.
Het waterbeheer, alle activiteiten die tot doel hebben om het grond- en oppervlaktewater zo goed mogelijk te beheren, is door de regering uitbesteed aan verschillende overheidsafdelingen en aan bedrijven.
Nederland heeft op dit moment tien drinkwaterbedrijven. Deze bedrijven zijn geen gewone bedrijven met producten, klanten en facturen. Ook als de klant de rekening niet betaalt, krijgt hij nog water. Pas als aan allerlei criteria is voldaan, mag de kraan worden dichtgedraaid. In praktijk komt dat bijna nooit voor.
Het drinkwaterbedrijf op zijn beurt kan niet zomaar failliet gaan, waarbij het zijn klanten ineens geen water meer levert. Het bedrijf wordt streng gecontroleerd en mag bijvoorbeeld niet zomaar de prijs voor water verhogen.
De Waterwet geeft ook aan wie er voorrang heeft bij een dreigend watertekort. Stel, er komt een langdurige hittegolf. De wet bepaalt dat het drinkwater in een stad voorrang heeft boven bijvoorbeeld een boer die het water nodig heeft voor het besproeien van zijn land.
De Waterwet regelt ook de vergunningen voor industrieel water (water dat de industrie nodig heeft bij de productie van goederen). In vrijwel ieder bedrijf wordt gebruik gemaakt van water: als koelvloeistof, procesmiddel, oplosmiddel of als vervoermiddel. Al deze toepassingen samen noemer we ook wel: proceswater. Dit water is meestal niet drinkbaar.
De Waterwet regelt ook het lozen van afvalwater uit de fabrieken. Het koelwater mag bijvoorbeeld niet zo heet zijn dat de vissen in de rivieren er dood aan gaan. Fabrieken mogen ook geen giftige stoffen lozen die gevaarlijk zijn voor dieren en mensen.
De Waterwet geeft ook aan dat we extra voorzichtig moeten zijn in een waterwingebied. De gebieden waar de drinkwaterbedrijven het water oppompen noemen we waterwin- en grondwaterbeschermingsgebieden. Om deze plekken zo schoon mogelijk te houden gelden allerlei extra strenge regels. Je herkent deze gebieden aan de blauwe bordjes langs de weg met de tekst ‘waterwingebied’.
In een beschermingsgebied zijn vaak wel woningen, wegen en bedrijven toegestaan, maar iedereen moet er extra goed op letten dat de bodem en het grondwater niet vervuild raken. Er gelden bijvoorbeeld zeer strenge regels voor het gebruik van mest en onkruidbestrijdingsmiddelen. In een waterwingebied mag je ook geen afvalwater lozen.
Het blauwe goud
In 2000 hebben de Verenigde Naties de millenniumdoelen opgesteld, een set met acht afspraken voor een betere wereld. Millenniumdoel 7 geeft aan dat elk land zijn best moet doen om in 15 jaar tijd het aantal mensen zonder schoon drinkwater te halveren.
De Wereldbank, het Internationaal Monetair Fonds en de Wereld Handelsorganisatie (WTO) vinden dat de meeste ontwikkelingslanden niet goed in staat zijn om de watersector te verbeteren. Zij lobbyen voor het privatiseren van het water. Er is zoveel geld met water te verdienen dat economen het zelfs ‘het blauwe goud’ noemen. Negen van de tien grootste drinkwaterbedrijven van de wereld zijn in Europese handen, de tiende is een Amerikaans bedrijf.
Privatisering van waterdiensten leek dé oplossing voor een falende overheid in de Filippijnen. Het waterleidingbedrijf van Tondo, de grootste wijk van de hoofdstad Manilla, werd gerund door een van de meest inefficiënte en corrupte overheidsdiensten ter wereld. De leiding was op veel plekken lek, met vuil water verontreinigd en zorgde voor ziektes als tyfus en cholera. De helft van de inwoners moest het helemaal zonder water doen.
Iedereen was blij toen het staatsbedrijf werd verkocht aan enkele westerse waterleidingbedrijven uit Amerika, Groot-Brittannië, Frankrijk en Japan. De prijs voor het water daalde naar de helft. Het nieuwe waterleiding¬bedrijf beloofde iedereen water te leveren, zonder onderbreking, 24 uur per dag. Mooie plannen, maar daar is niets van terechtgekomen. De prijs voor water is in tien jaar tijd met 675% gestegen. Het leidingennet is nog steeds lek en de waterdruk valt regelmatig weg. Voor veel inwoners van Tondo is het water te duur geworden. Op dit moment hebben minder inwoners toegang tot veilig drinkwater dan vóór de privatisering.
In India hebben tientallen dorpen geen toegang meer tot water. De overheden hebben het recht om water op te pompen verkocht aan westerse frisdrankbedrijven. Ze halen miljoenen liter water uit de grond ten koste van de dorpelingen. Hoe dorpelingen nu aan water moeten komen, is hun zorg niet.
Voorbeelden uit de Filippijnen en India hebben de Belgische professor Petrella gesterkt in zijn strijd tegen privatisering van water. “Het water behoort aan de mensheid als geheel, niemand mag ervan worden uitgesloten”, aldus Petrella. Hij schreef een Watermanifest als tegenhanger van de Wereldwatervisie van de World Water Council (een samenwerking van Wereldbank, WTO en waterleidingsbedrijven).
Waterconflicten
Er zijn niet alleen conflicten over water tussen geprivatiseerde waterleidingbedrijven en hun klanten, maar er zijn ook grote conflicten tussen landen of tussen bevolkingsgroepen binnen één land. We geven van beide een voorbeeld:
|
Lees nu de tweede tekst.
![]() Olievervuiling in Nigeria |
Kijk ook naar SchoolTV-weekjournaal over ‘Olie’. Bekijk van 12:48 tot 15:24.