Plantages - 2

'Ik was een plantageslaaf. Als slaaf kon je overal terecht komen.
Op een plantage was het werk het zwaarst.
Veel plantagehouders behandelden ons wreed. Slechts een paar behandelden hun werknemers goed. Sommigen lieten hun slaven zelfs een opleiding volgen, bijvoorbeeld om timmerman te worden.
Slaven in de stad hadden het beter dan wij op het platteland.
Daar hadden slaven zelfs bijbaantjes waarvoor ze loon ontvingen.
Enkele slaven konden zichzelf vrijkopen.
Er zijn zelfs verhalen dat ex-slaven zelf plantagehouder werden. Dat waren uitzonderingen.'

'Ik was plantagehouder. Ik had een suikerplantage in Suriname.
Ik had de slaven uit Afrika hard nodig. Wie anders kon al het zware werk doen? Vooral in de oogsttijd was er heel veel zwaar werk te doen. Sommige slaven konden het werk niet aan. Die verving ik door betere slaven.
Met de verkoop van suiker ben ik schatrijk geworden.'