In bijna elke stad waren een of meerdere rooms-katholieke schuilkerken. Meestal waren ze gehuisvest in onopvallende panden. Daar werden de katholieke kerkdiensten gehouden.
De zuidelijke provincies hadden zich als laatste aangesloten bij de Republiek. Daar bleef het katholieke geloof de belangrijkste godsdienst.
Het kwam gelukkig niet tot openlijke ruzies tussen protestanten en katholieken.
Men wilde geen mensen vervolgen om hun geloof. Ongeveer een derde van de bevolking was katholiek. Dat was best een groot deel van de bevolking. Men leefde liever vreedzaam naast elkaar.
Op de bovenverdieping van dit gebouw in Amsterdam (zie afbeelding) bevond zich een compleet rooms-katholiek kerkinterieur.