Expressionisme

Vincent van Gogh: De sterrennacht.

Het expressionisme kun je zien als een reactie op de stromingen die we aan het eind van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw hebben zien ontstaan.
Expressionisten wilden heftig reageren op de gruwelen van de Eerste Wereldoorlog en de problemen van hun tijd. Zij stellen hun 'ik' centraal en willen hun bewogenheid uitdrukken. Dan is het niet genoeg om zoals impressionisten deden, alles wat je oog kan waarnemen, weer te geven.

Zij willen tot de kern doordringen. Bij hen geen regelmatige strofenbouw, rijmschema’s of metrum, maar het vrije dynamische vers. Klank en ritme worden belangrijk en daarbij komt het gebruik van korte zinnen en het gebruik van het zelfstandig naamwoord in plaats van het bijvoeglijke naamwoord.

In Vlaanderen zien we na 1916 politieke en religieuze stromingen ontstaan die streven naar verbroedering onder de mensen. We spreken dan van humanitair expressionisme (Paul van Ostaijen).

In Nederland zien we o.a. bij Marsman een verbondenheid met het heelal en oerkrachten van het leven. We spreken dan van kosmisch expressionisme.
Als de dichter vooral zijn levensdrift wil tonen, spreken we van vitalistisch expressionisme.

Schrijvers die we tot het expressionisten rekenen zijn:

Hendrik Marsman

Paul van Ostaijen

J. Slauerhoff