Leerdoel 2

Leerdoel 2

Je beheerst de paragraaf, wanneer je

een kruising kunt uitwerken met gekoppelde genen.

Extra uitleg gekoppelde overerving

Oefenopgave 4 met gekoppelde overerving

Tot nu toe heb je kruisingen gehad met genen die op verschillende chromosomen liggen en dus onafhankelijk overerven.

Bij het fruitvliegje liggen de genen voor vleugellengte en lichaamskleur op hetzelfde chromosoom. We gaan er van uit dat er geen crossing-over optreedt!!

 

 

G = grijze lichaamskleur

g = zwarte lichaamskleur

N = normale vleugels

n = vleugelstompjes

Beide genen liggen op het 2e chromosoompaar bij het fruitvliegje

P   GGNN x ggnn

 

F1 GgNn x GgNn

 

 

 

 

Hoe zien de F1 en F2 generatie er geno- en fenotypisch uit?

Oefenopgave 5 Gekoppelde overerving

P      GGnn   x     ggNN

 

Ziet de F1 en F2 generatie er geno- en fenotypisch hetzelfde uit als bij de vorige opgave?