Plastic onderzoeken

Je hebt inmiddels het een en ander geleerd over polymeren (kunststoffen).
Je gaat nu dieper in op eigenschappen van een aantal polymeren en je gaat verschillende soorten plastic zelf onderzoeken.
Op veel producten vind je een symbool dat aangeeft van welk soort plastic het product is gemaakt. Zoek thuis vier verschillende soorten plastic, die je in het onderstaande practicum gaat onderzoeken.

  1. PET (PETE) = polyetheen tere flataat
  2. HDPE = hoge dichtheid polyetheen
  3. PVC = polyvinylchloride
  4. LDPE = lage dichtheid polyetheen
  5. PP = polypropeen
  6. PS = polystyreen
  7. alle overige plastics, dus ook de bioplastics.

 


Practicum: Plastic onderzoeken

Je gaat zeven verschillende soorten plastic onderzoeken. Lees de onderstaande werkwijze en voer de stappen uit. Bedenk zelf welke benodigdheden je nodig hebt.

Werkwijze

  1. Leg je eigen gemaakte bioplastics en de vier verschillende plastics die je van thuis hebt meegenomen naast elkaar op de practicumtafel. Vraag aan de toa een stukje bakeliet. Bakeliet is één van de eerste plastics, in het filmpje van de Bètacanon over plastic wordt dit toegelicht.  
  2. Bekijk het materiaal goed en ga na of het breekt of buigt.
  3. Verhit een spijker in de vlam. Houd deze vast met een tang en prik met de hete spijker in het materiaal.
  4. Doe een klein stukje van het plastic in een reageerbuis en voeg 2 ml kokend water toe.

Noteer al je waarnemingen in een tabel. Bekijk nu alle gegevens die je hebt verzameld en doe een uitspraak over de verschillende soorten plastics. Betrek hierin waarvoor ze geschikt kunnen zijn en in hoeverre ze biologisch afbreekbaar zijn.
Gebruik het voorgedrukte verslag voor dit practicum.