Kalk heet ook wel calcium. Soms mopperen je ouders erover. Zie je zo'n wit-gelig laagje op het uiteinde van de kraan (waar het water naar buiten komt)? Of zijn de tegels in de badkamer hier en daar wat wit of geel uitgeslagen. Dat is waarschijnlijk kalk. Soms doet de wasmachine moeilijk door kalk. Kortom, mensen die de badkamer boenen en mensen die graag kleding wassen, die hebben meestal een hekel aan calcium.

Maarrrr... jouw botten dus niet. Die zijn gék op calcium!

Of jij nou houdt van melkproducten of niet, jouw botten zijn gék op calcium. Ik vertelde je eerder al dat je gedurende de basisschool ongeveer 45 centimeter groeit. Je wordt langer. Je hoofd komt steeds hoger te hangen. Maar dat hoofd blijft niet vanzelf hangen. Want het is zwaar. Het hoofd heeft dus steun nodig. Onder je hoofd zit je nek. Die nek steunt weer op je schouders en die schouders hangen weer op de ruggengraat en ribben.

Zoals een tent niet overeind blijft zonder tentstokken, zo blijft jouw hoofd dus niet hangen, zonder botten. In die botten zit kalk, calcium. Hoe meer calcium, hoe steviger. Krijg je dan bij voetbal eens een trap van iemand, dan breek je niet meteen. Je kunt het vergelijken met takjes. Het ene takje breek je zó in tweeën, het andere weigert. Met veel calcium in je botten, weigeren jouw botten te breken.
Kortom, calcium maakt de kapstok waar jouw hoofd op blijft hangen. Calcium maakt dat je rechtop loopt. Want dat is toch gezondheid? Rechtop lopen, trots, schouders naar achteren, kin omhoog... Dat lukt allemaal niet zonder botten, dus zonder calcium. Zonder botten zag je ongeveer zo uit (tenminste als je een kip zou zijn):

Om voldoende calcium te hebben, moet je voldoende calcium innemen. Eten. Drinken. En calcium zit in melk en melkproducten (yoghurt, kaas, kwark). Je hebt dus zuivelproducten nodig, ook als je geen kaas of melk lust. Tenminste, als je er niet zo uit wilt zien, als die kip hierboven.
Mensen die veganistisch eten, dus geen vlees, vis of andere dierlijke producten (zuivel, eieren, honing) lopen dus de kans op calciumgebrek. Ditzelfde geldt voor mensen met een lactose-intolerantie, die buikklachten krijgen van melkproducten.
Er zit meer calcium in mágere melkproducten. Dus de melkproducten met mínder vetten, bezitten méér calcium. Daarbij moeten we wel heel eerlijk zeggen dat het niet veel scheelt. Als je over calcium nadenkt, maat het dus eigenlijk niet uit of je volle, halfvolle of magere melkproducten neemt. Het is wel belangrijk als je kiest voor meer of minder vet.
In brood, groenten, peulvruchten en aardappels zit ook calcium. Mensen die geen zuivelproducten willen of kunnen gebruiken, kunnen dit dus extra eten. Je hebt echter veel meer nodig van deze producten om voldoende calcium binnen te krijgen.

Vitamine D wordt in de huid aangemaakt, zodra je in aanraking komt met zonlicht. Dat is één van de redenen dat je ouders of anderen wel eens zeuren dat je beter buiten kunt spelen. Het is dus (soms) waar wat ze zeggen: buiten ben je gezonder. Ook als de zon niet schijnt (maar het is licht buiten), dan werkt dit. Hoe meer huid door de zon wordt aangeraakt, hoe meer vitamine D je maakt. In de zomer (met korte mouwen en korte broeken) maak je dus meer / gemakkelijker vitamine D aan.
Mensen met een donkere huidskleur moeten met meer zon in aanraking komen voor hetzelfde effect. Die hebben dus meer zon nodig voor evenveel vitamine D. Mensen met een huidskleur lopen dus meer kans op een tekort aan vitamine D.
Maar we hadden het toch over calcium??
Klopt! Vitamine D heeft daar namelijk mee te maken.
Door vitamine D:
Zowel die zon als eten mét extra calcium is dus belangrijk om niet in een slappe kip te veranderen. Of om sneller te herstellen, als je wat breekt (bijvoorbeeld, als je valt bij het skiën). Van calcium ga je mooi rechtop lopen en dat staat je ook nog eens goed. Weet dat kinderen die voorovergebogen (onzeker) lopen, eerder slachtoffer kunnen zijn van plagen. Als jij met je botten en je houding uitstraalt dat je nergens bang voor bent of dat je ijzersterk bent, dan wordt je mooier gevonden en serieuzer genomen. Niet het allerbelangrijkste, maar zeker niet onbelangrijk. Toch?
Tussen je 25 en 30e levensjaar zijn je botten op hun sterkst. Daarna worden botten langzaam minder sterk. Bij vrouwen gaat deze botafbraak ineens een stuk sneller (botten worden snel slapper) rond hun 50e levensjaar. Daarnaast hebben magere vrouwen meer kans op een snellere botafbraak. Waarschuw dus de volwassenen in hun omgeving. Zeker diegenen die niet of weinig melkproducten gebruiken.

Sterke botten https://www.schooltv.nl/video/samenstelling-bot-sterke-botten-maar-niet-te-zwaar/