Kustverdediging vmbo-kgt34

Kustverdediging vmbo-kgt34

Kustverdediging

Intro

De Nederlandse kust is ruim 500 kilometer lang en bestaat uit stranden, duinen, waterkeringen en dijken.
In deze opdracht leer je wat er nodig is om onze kust tegen het zeewater te beschermen en met welke bedreigingen de Nederlandse kust in de toekomst te maken krijgt.

Ben je wel eens aan de kust geweest met hoogwater?
Bekijk in video hoe (onstuimig) het eruit kan zien.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • omschrijven hoe Nederland in meerdere kustprovincies beschermd is tegen het zeewater;
  • twee nieuwe bedreigingen noemen waarmee de Nederlandse kust in de toekomst te maken kan krijgen;
  • twee voorbeelden noemen van kustverdedigingsprojecten in Nederland.

Wat kan ik al?

Ook in klas 1 of klas 2 heb je een opdracht gedaan waarbij kustverdediging een rol speelde.
Weet je het nog?
Bekijk de eerste twee pagina's van het volgende item uit de Kennisbank.

Nederland en het water

Maak nu de oefening.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1 Je leert dat de Nederlandse kust op verschillende manieren beschermd wordt tegen overstroming van de zee. Je bekijkt een video en maakt een oefening.
Stap 2 Je leest over de watersnoodramp en de aantrekkingskracht van de maan op eb en vloed. Je bekijkt video's en beantwoordt de vragen.
Stap 3 Je leert over nieuwe bedreigingen voor de kust, kijkt een video en beantwoordt de vragen.
Stap 4 Je ontdekt wat Nederland tegen deze nieuwe bedreigingen doet. Je bekijkt video's en beantwoordt vragen.
Stap 5 Je leest dat bij kustverdedigingsprojecten meerdere partijen belangen hebben, waaronder het zandopspuitbedrijf en de natuurorganisatie.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Begrippen De begrippen hebben betrekking op kustverdediging.
Eindopdracht A Kies je voor deze eindopdracht, dan maak je de toets 'Kustverdediging'.
Eindopdracht B Kies je voor eindopdracht B, dan schrijf je een ingezonden brief naar de krant waarin jullie je verdiepen in het standpunt van een belangenorganisatie.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 3 lesuren nodig.

Aan de slag

Stap 1: De Nederlandse kust

Een deel van de duinen is
weggespoeld door een storm.

Een groot deel van Nederland ligt onder zeeniveau. Duinen, dijken en andere waterkeringen beschermen ons land tegen het water. Dagelijks werken er duizenden mensen aan het hoog en sterk houden van onze kustverdediging.
Op de site van Rijkswaterstaat kun je zien op welke plekken aan de Nederlandse kust onderhoudswerkzaamheden plaatsvinden.

De Nederlandse kustlijn ziet er niet overal hetzelfde uit. De Zeeuwse kust, de Noord- en Zuid-Hollandse duinenkust en de Waddenkust veranderen steeds doordat wind, getijden, zeestroming en golven op de kust slaan. Soms vindt er afbraak plaats doordat stukken duin worden weggeslagen. Soms wordt er juist zand afgezet en is er sprake van kustopbouw.

De omstandigheden op een bepaalde plek bepalen hoe het land het beste tegen het water beschermd kan worden. Aan de Noord- en Zuid-Hollandse kust beschermen natuurlijke, hoge, brede duinen het land. In Zeeland zijn er grote dammen en waterkeringen aangelegd. Friesland en Groningen worden door dijken beschermd.

Bekijk de video over de Nederlandse kustverdediging.

Maak de oefening.

Stap 2: De watersnoodramp van 1953

Dat het belangrijk is om je kust goed te verdedigen tegen de zee heeft ons land in 1953 hardhandig geleerd.
In de nacht van 31 januari op 1 februari van dat jaar zorgde een combinatie van storm en springvloed voor een van de grootste rampen in onze geschiedenis. Door de stormwind werd het zeewater voor de kust van Zeeland opgestuwd tot een hoger peil dan normaal. Dit effect werd nog eens versterkt doordat het op dat moment springtij was.
Om te begrijpen wat dat betekent leggen we hier kort iets uit over getijden en waterstanden.

Bekijk de video over eb en vloed.

In de video zie je hoe de maan aantrekkingskracht heeft op de aarde en daardoor water naar zich toetrekt.
Aan de andere kant waar de maan staat en aan de tegenoverliggende kant, is het dan vloed. Tussen die twee gebieden is het eb.
Niet alleen de maan heeft een grote invloed op het getij. Ook de zon heeft dat. Als de zon en de maan op één lijn met de aarde staan, dus met volle maan en nieuwe maan, wordt er extra hard aan het water getrokken. Hierdoor ontstaat extra hoog hoogwater en extra laag laagwater. Dit heet springtij.
Als de zon en de maan elkaar tegenwerken, doordat de zon haaks op de aarde en maan staat, is het hoogwater minder hoog en het laagwater minder laag. Dit heet doodtij.

Door de combinatie van stormvloed en springtij stroomde het water in de rampnacht van 1 februari 1953 met vernietigende kracht het land in. Dat kon gebeuren omdat in die tijd een aantal grote zeearmen vrij het land in liep.

Tijdens de ramp bleken de dijken op veel plaatsen te laag en te zwak. Met alle verschrikkelijke gevolgen van dien. De watersnoodramp kostte aan ruim 1800 landgenoten het leven.

Na deze ramp besloot de Nederlandse overheid haast te maken met de versterking van de kust.
Er werd begonnen met de Deltawerken.

In feite is ons land een grote delta waar een groot aantal rivieren uitmondt in de Noordzee.
De provincie Zeeland omvat het zuidwestelijk deel van de Rijn-Maas-Scheldedelta.
De Deltawerken zorgen ervoor dat onze delta van Zeeland tot Groningen beschermd wordt tegen de krachten van de zee.

In 2010 waren de Deltawerken officieel afgerond.

Stap 3: Nieuwe bedreigingen

Nieuwe bedreigingen voor de kust

Tussen 1955 en 2010 is er met man en macht gewerkt aan de Deltawerken en de versterking van de Nederlandse kust. Nu zijn er nieuwe bedreigingen die het noodzakelijk maken om de kustverdediging opnieuw ter hand te nemen. De twee belangrijkste redenen: de bodem van Nederland daalt en de zeespiegel stijgt.

  • Bodemdaling

In de middeleeuwen woonden veel mensen op terpen (kunstmatige heuvels) om zich te beschermen tegen het water. Toen zij het land geschikt wilden maken voor de landbouw, begonnen ze met het ontwateren van de bodem.

Een groot deel van Nederland bevat klei en veen. Als je het grondwater daar verlaagt, gaan deze grondsoorten ‘inklinken’ en daalt de bodem. Dat proces van inklinken en het dalen van de bodem gaat nog steeds door.

  • Zeespiegelstijging

Een andere factor om rekening mee te houden bij de kustverdediging is de klimaatverandering.
De aarde warmt op, het landijs smelt, het water zet uit waardoor de zeespiegel stijgt

Sinds 1990 kunnen we de zeespiegel, en dus ook de stijging ervan, exact meten met behulp van satellieten.
Volgens de nieuwste KNMI’14- scenario’s stijgt de zeespiegel aan de Nederlandse kust tot 2085 met 25 tot 80 centimeter.
De Nederlandse kust vertoont een aantal zwakke plekken die bij een stijging van de zeespiegel verstevigd moeten worden.

Stap 4: Wat doen we eraan?

Zandsuppletie

Als we als niets zouden doen om onze kust te beschermen tegen alle gevaren, zou het westen van het land vanzelf overstromen. Daarom zijn maatregelen noodzakelijk.
Tegenwoordig wordt vooral ingezet op ‘dynamisch kustbeheer’: de natuur zijn gang laten gaan waar dat kan. Op plekken waar het nodig is, wordt harder ingegrepen.

Op veel plekken langs de Nederlandse kust spoelt meer zand weg dan er aanspoelt. De zandbanken voor de kust worden kleiner, de oever steiler en het strand smaller. Bij storm kan de zee gemakkelijker zand van de buitenste duinenrij wegslaan. De oplossing is eenvoudig, maar ook bewerkelijk: meer zand in het kustgebied brengen.
Sinds 1979 bestrijdt Rijkswaterstaat kustafslag met het opspuiten van zand op of voor het Nederlandse strand (zandsuppletie). Sinds 1990 is dit de voornaamste vorm van kustverdediging. Het doel is om de kustlijn op de plek te houden waar hij in 1990 lag.

Bekijk de video.


In de Hondsbossche en Pettemer Zeewering zat een gat van meer dan vijf kilometer tussen de duinen. Dat gat is ontstaan ten gevolge van de Sint Elisabethsvloed in 1421 (zie afbeelding hiernaast).
Het gat is opgevuld met een dijk, maar door de klimaatverandering dreigde de dijk te laag te worden. De dijk zou verhoogd kunnen worden, maar Rijkswaterstaat koos voor een andere oplossing.

Het project 'Kust op Kracht' ter versterking van de Hondsbossche en Pettemer Zeewering werd afgerond in 2015.
Bekijk de video en beantwoord de vragen.

 

Stap 5: Verschillende belangen

Scheiding van Hondbossche en
Pettemer zeewering
Het zandopspuitbedrijf
Een vogel die door het opspuiten
van de dijken zijn natuurlijke
leefomgeving kwijt raakt.

Bij kustverdedigingsprojecten zijn meerdere partijen betrokken. Die hebben allemaal verschillende verantwoordelijkheden en belangen.
In het geval van de kustversterking bij de Hondsbossche en Pettemer Zeewering is dat ook zo. De overheid, de provincie en de gemeente, maar ook aannemers die het werk uitvoeren, de milieubeweging, bewoners en ondernemers in het gebied hebben allemaal hun eigen belangen.
We kijken hier kort naar de opvattingen van de zandopspuiter en die van de natuurorganisatie.

Het zandopspuitbedrijf

Wij zorgen voor een eenvoudige en flexibele oplossing voor het probleem van de kustversterking.
Met onze moderne sleephopperzuigers versterken wij de kust met uiteindelijk 40 miljoen kubieke meter zand uit zee. Bovendien zijn wij 20 jaar lang verantwoordelijk voor het onderhoud.
De nieuwe kust die ontstaat, biedt in de toekomst volop kansen voor recreatie. Ook zal er nieuwe natuur ontstaan.

De natuurorganisatie

Door het opspuiten van grote hoeveelheden zand verdwijnen de strekdammen onder het zand. Op deze dammen vinden veel vogels hun voedsel. De natuurorganisatie wil de natuur behouden voor het nageslacht maar door regelmatig zand op ter spuiten, heeft het zeeleven geen tijd om zich te herstellen. Op plekken waar zand gestort is, duurt het vier tot zes jaar voordat het leven op de zeebodem zich heeft hersteld. Bovendien wordt de kust er steiler van. Dat betekent dat er minder ondiepe leefgebieden voor bepaalde zeedieren beschikbaar zijn.

Afronding

Begrippen

Nederland en het water

Deltawerken
Het verdedigingssysteem ter bescherming van met name de provincie Zeeland tegen hoogwater van de zee.
Waterkering/stormvloedkering
Een waterbouwkundige constructie die bij stormvloed of springtij moet verhinderen dat grote hoeveelheden water vanuit de zee tot overstromingen leiden.
Watersnoodramp
In de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 overstroomt een groot deel van Zeeland, een deel van Zuid-Holland en een deel van Noord-Brabant door een enorme storm.
Zandsuppletie
Het proces waarbij sediment dat meestal uit zand bestaat, opgespoten wordt om bestaande stranden te verbreden of nieuwe aan te leggen of om de gehele kust van extra zand te voorzien.

Eindopdracht A: Toets

Kies je voor eindopdracht A, dan maak je de toets 'Kustverdediging'.
Na het beantwoorden van de vragen zie je je score.

Eindopdracht B: Brief schrijven

In deze opdracht heb je uitgebreid gelezen over het kustversterkingsproject Hondsbossche en Pettemer Zeewering. Je hebt ook gezien dat meerdere partijen belangen en verantwoordelijkheden hebben bij een dergelijk project. Elke partij bekijkt een dergelijk project vanuit zijn eigen belang.

Als eindopdracht B gaan jullie een ingezonden brief naar een krant schrijven.
Hierin maak je je standpunt duidelijk over de aanpak van het kustversterkingsproject  bij de Hondsbossche en Pettemer Zeewering.

Uit de brief blijkt duidelijk welk belang je vertegenwoordigt. Je kunt kiezen tussen:

  • de rol van directeur van een zandopspuitbedrijf en
  • de rol van directeur van een natuurorganisatie.

Hoe je een brief schrijft, kun je zien in de gereedschapskist. De brief is maximaal 1 A4'tje groot.
Je kunt deze opdracht alleen doen of samen met een klasgenoot.

Beoordeling

De ingezonden brief laten jullie beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling let jullie docent op:

  • inhoud: blijkt uit de ingezonden brief duidelijk wat je mening is over de kustverdediging bij de Hondsbossche en Pettemer zeewering?
    Is ook duidelijk vanuit welke rol je de brief schrijft?
  • vorm: is de brief met zorg opgesteld?
  • taalfouten: bevat de brief niet te veel taalfouten?

Brief schrijven

Een brief is een goede manier om aan iemand te laten weten wat je van een bepaald
onderwerp vindt of iemand te vragen om in actie te komen rond een bepaald onderwerp.

 

Terugkijken

Intro

  • Heb je de video bekeken? Wist je dat het zo tekeer kon gaan langs de kust?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Bedenk bij ieder leerdoel een vraag en zorg dat je die vraag ook kunt beantwoorden.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Ben je ongeveer 3 uur met de opdracht bezig geweest.
    Heb je binnen die tijd ook de eindopdracht kunnen doen?
  • Inhoud
    In welke stap heb je voor je idee het meest geleerd? Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Eindopdracht
    Welke eindopdracht heb je gekozen?
    A: Had je een voldoende voor de toets?
    B: Hebben jullie voor het schrijven van de brief je voldoende ingeleefd in je rol? Was dat lastig?
  • Het arrangement Kustverdediging vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2022-10-11 11:05:24
    Licentie
    CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema ''Water in Nederland'', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor aardrijkskunde voor vmbo-kgt leerjaar 3 & 4. Deze opdracht wordt de Nederlandse kust en hoe deze eruitziet besproken. Hierna wordt de watersnoodramp van 1953 besproken, waarin begrippen zoals eb, vloed, springtij en doodtij aan bod komen. Je bekijkt video's en maakt opdrachten over de waternoodsramp en welke verbeteringen er naar aanleiding hiervan zijn gemaakt. De bedreigingen aan de kust, zoals zeespiegelstijging en bodemdaling, worden uitgelegd. Er wordt besproken wat we tegen deze problemen kunnen doen, zoals zandsuppleties. Je bekijkt hier video's over en maakt opdrachten over hoe we het stijgende water kunnen controleren Er wordt afgesloten met een discussie over de verschillende groepen in het kustgebied en hun verschillende belangen.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Waterproblematiek; Water; Nederland waterland; Aardrijkskunde;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    aardrijkskunde, arrangeerbaar, bodemdaling, stercollectie, vmbo-kgt34, waternoodsramp, zandsuppleties, zeespiegelstijging

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (2020).

    Kennisbank Aardrijkskunde - kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/156254/Kennisbank_Aardrijkskunde___kgt34