Van cel tot organisme

Van cel tot organisme

Intro

Van cel tot organisme

We zoomen even in op planeet Aarde.
Bekijk het volgende filmpje.


In Google maps zie je soms ook een mens.
Stel dat we nog verder kunnen inzoomen, het menselijk lichaam in.
Wat zien we dan?

In deze opdracht zoomen we in op de mens (een organisme); we kijken naar organenstelsels, organen, weefsels en cellen.

Vooraf

Eindproduct-Beoordeling

Eindproduct
Je rondt deze opdracht af met de toets 'Van cel tot organisme'.

Beoordeling
De toets bestaat uit 9 vragen.
Voor een voldoende, moet je minimaal 7 vragen goed beantwoorden.

Leerdoelen

Na deze opdracht:

  • ken je de indeling van cel-weefsel-orgaan-organenstelsel.
  • ken je enkele orgaanstelsels.
  • ken je enkele belangrijke organen van deze orgaanstelsels.

Werkwijze

Groepsgrootte
Je werkt meestal alleen.
Het bestuderen van de (mini)torso's gaat in groepjes.

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Je hebt ongeveer 2 lesuren nodig.

Aan de slag

Opdracht 1

Cel - weefsel - orgaan - orgaanstelsel - organisme
Bestudeer uit de kennisbank biologie het onderdeel:

KBVan cel naar orgaanstelsel

Per orgaanstelsel enkele belangrijke organenaangegeven.
Je hoeft van de verschillende orgaanstelsels niet alle organen kennen.

Maak de sleepoefeningen hieronder.

Oefening:Cel - weefsel - orgaan - orgaanstelsel - organisme

Opdracht 2

Organen
In de kennisbank heb je van de verschillende orgaanstelsels enkele belangrijke organen gezien.
Weet je welk orgaan tot welk orgaanstelsel behoort?
Probeer alle acht vragen goed te beantwoorden.

  1. Welk orgaan behoort tot het bloedvatenstelsel?
    1. long
    2. luchtpijp
    3. aorta
    4. hersenen
  2. Welk orgaan behoort tot het ademhalingsstelsel?
    1. luchtpijp
    2. maag
    3. urineblaas
    4. biceps
  3. Welk orgaan behoort tot het verteringsstelsel?
    1. hart
    2. darmen
    3. urineblaas
    4. vagina
  4. Welk orgaan behoort tot het voortplantingsstelsel van de man?
    1. dunne darm
    2. ruggenmerg
    3. wervelkolom
    4. eikel
  5. Welk orgaan behoort tot het spierstelsel?
    1. wervelkolom
    2. baarmoeder
    3. buikspier
    4. ruggenmerg
  6. Welk orgaan behoort tot het botstelsel?
    1. hart
    2. maag
    3. eierstok
    4. rib
  7. Welk orgaan behoort tot het voortplantingsstelsel van de vrouw?
    1. eierstok
    2. balzak
    3. hersenen
    4. biceps
  8. Welk orgaan behoort tot het zenuwstelsel?
    1. maag
    2. longen
    3. hersenen
    4. aorta

Opdracht 3

Het grootste orgaan
Weet je wat het grootste orgaan is van je lichaam?
Kijk maar eens naar dit filmpje:


Iedereen is anders, toch zijn we allemaal opgebouwd uit dezelfde onderdelen.
De mens is opgebouwd uit miljarden cellen. Cellen vormen weefsel.
Organen zijn opgebouwd uit verschillende weefsels.
En in orgaanstelsels werken organen samen. Al die dingen samen vormen een organisme.


Beantwoord nu de volgende vragen.

  • Uit welke onderdelen bestaat een menselijke cel?
  • Zijn alle cellen in je lichaam hetzelfde? Leg je antwoord uit.
  • Geef twee voorbeelden van weefsels die in je huid voorkomen.
  • Wat kun je zeggen van cellen die tot hetzelfde weefsel behoren?
  • Tot welk orgaanstelsel behoren de pijnzintuigen die in je huid liggen?

Bespreek de antwoorden op de vragen met een klasgenoot.

Opdracht 4

Orgaandonatie
Je longen zijn van levensbelang voor het opnemen van zuurstof.
Maar stel nu dat één of beide longen het niet meer goed doen.
Kijk naar het verhaal van Eline en Laura, Kijk ook naar de orgaandonatie van Lisa.


Dokters kunnen tegenwoordig ontzettend veel.
Ze kunnen zieke mensen zelfs een nieuw hart of nieuwe longen geven!
Het nieuwe orgaan wordt dan uit het lichaam gehaald van iemand die overleden is.
Die persoon moet daar natuurlijk tijdens zijn leven wel toestemming voor geven.
Dat kan door het donorcodicil.

 

Wat vind jij?
Ga naar de website www.donordenkers.nl en klik op leerling.
Kijk een tijdje rond op de website. Speel in ieder geval de quiz over organen, weefsels en donatie.
Ga ook naar de stellingen. Wat is jouw mening over orgaandonatie?
Bespreek je mening met één of enkele klasgenoten.

Opdracht 5

Eindtoets
Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets.
De toets bestaat uit negen vragen.
Aan het eind van de toets zie je welke vragen je goed hebt gedaan.

Klik op de volgende link om te beginnen:

Toets:Van cel tot organisme

Begrippenlijst

Van cel tot organisme

Ademhalingsstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen die samen zorgen voor het opnemen van zuurstof en het uitscheiden van koolstofdioxide. Ademhalingsorganen zijn o.a. luchtpijp en longen (met longblaasjes).
Verteringsstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen die samen zorgen voor de spijsvertering. Spijsverteringsorganen zijn o.a. de maag, alvleesklier, dunne darm en dikke darm.
Voortplantingsstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen die betrokken zijn bij de voortplanting van dieren, mensen en planten.
 
Spierstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit spieren, die in samenwerking met het zenuwstelsel en het skelet ervoor zorgen dat je kunt bewegen.
Botstelsel
Orgaanstelsel dat zorgt voor stevigheid en bescherming van een organisme en ook beweging mogelijk maakt door spieraanhechting. Bijvoorbeeld: het geraamte bij gewervelde dieren (inwendig skelet) en het pantser (uitwendig skelet) bij geleedpotige dieren (bijvoorbeeld insecten)
 
Zenuwstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen die betrokken zijn bij het waarnemen van en reageren op prikkels uit de omgeving en uit het lichaam zelf. Organen van het zenuwstelsel zijn o.a. zintuigen, hersenen en ruggenmerg.
Zintuigstelsel
Orgaanstelsel dat een verandering in de omgeving kan waarnemen en signalen doorgeeft aan delen van het zenuwstelsel (zenuwcellen).

 
Uitscheidingsstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen die samen zorgen voor het verwijderen van schadelijke en overbodige stoffen uit het lichaam. Uitscheidingsorganen zijn o.a. nieren, lever en de huid.
Hormoonstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen en klieren die hormonen maken en afgeven. Hormonen worden vervoerd via het bloed en regelen allerlei lichaamsprocessen, zoals ademhaling, bloeddruk, hartslag, spijsvertering, slapen en voortplanting. Betrokken organen zijn o.a. de hypofyse en schildklier.
Bloedvatenstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit alle aders, slagaders en haarvaten.

 
Nieren
Organen die betrokken zijn bij de uitscheiding (urine).
  • Het arrangement Van cel tot organisme is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2016-07-12 11:22:10
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Biologische eenheid; Biologie; Opbouw van leven;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    rearrangeerbare

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Biologie. (2019).

    Van cel tot organisme hv12

    https://maken.wikiwijs.nl/62551/Van_cel_tot_organisme__hv12