Start lessen Poëzie
Poëzie in de klas
Heel veel mensen zeggen: “Ik hou niet van gedichten”, maar………………… wanneer je naar muziek luistert, luister je eigenlijk naar gedichten die op muziek zijn gezet. Dit betekent dat je overal om je heen dus gedichten hoort.
De ene keer is het een rap, de andere keer gewoon een mooi liedje. Daarnaast zijn er gedichten waarbij geen muziek verzonnen is, maar die gewoon voorgelezen worden.
Gedichten bestaan al heel lang. Er zijn zelfs gedichten die wel 2500 jaar oud zijn.
Heel veel verhalen die mensen vroeger aan elkaar vertelden, zijn later “op rijm” gezet.
Toch hoeft een gedicht niet altijd te rijmen. Een gedicht is eigenlijk een verhaal met hele korte zinnen die een ritme hebben.
Er zijn verschillende soorten gedichten. Elk soort heeft speciale kenmerken.
Aanpak
Tijdens de poëzielessen hebben wij het gehad over de kenmerken van poëzie, zoals strofe en rijm. Daarnaast leerden wij een liedtekst kennen. Nu is het tijd om al deze kennis in de praktijk te brengen. De komende lessen gaan jullie verschillende gedichten zoeken bij 1 onderwerp, maar leren jullie ook wat je allemaal kunt doen met gedichten.Tenslotte brengen jullie de geleerde theorie in de praktijk door zelf een gedicht te schrijven.
Het complete project staat op Wikiwijs. In elke les staat precies beschreven wat er van jullie verwacht wordt.
Iedere les mail je je eindproduct aan je docent Nederlands!
De komende weken werk je dus met Wikiwijs. In de planning op Wikiwijs staat precies wat je per les moet doen, maar deze staat ook op SOMtoday. In de planning staat ook waar je extra informatie kunt vinden en hoe de opdrachten uitgevoerd moeten worden. Opdracht 1 t/m 4 is 1/3e deel van je cijfer, opdracht 4 en 5 is 1/3e deel van je cijfer en de eindtoets op Wikiwijs is ook 1/3 deel van je cijfer.
Planning
Les 1
Les 1: Week 21 ( 23 t/m 27 mei 2016)
In de eerste les ga je je verdiepen in verschillende soorten poëzie, zoals een limerick en een elfje. Daarna ga je een onderwerp uitkiezen voor jouw poëzie project over gaat. Bij opdracht 1 zie je wat je moet doen.
les 2
Les 2: week 22 (30 mei t/m 3 juni 2016)
In de tweede les ga je drie verschillende gedichten zoeken bij jouw onderwerp.
Je vermeldt ook waar je het gedicht vandaan hebt, de bron. Hoe je dit aanpakt staat in opdracht 2.
les 3
Les 3: week 23 (6 t/m 10 juni 2016)
In de derde les ga bij ieder gedicht vertellen waarom je voor dit gedicht hebt gekozen.
Hoe je dat moet doen staat in opdracht 3.
Les 4
Les 4: week 25 (13 t/m 17 juni 2016)
In de vierde les ga je aan de slag met passende illustraties en achtergronden. In opdracht vier staat wat je moet doen.
Les 5
Les 5: week 26 (20 t/m 24 juni 2016)
In de vijfde les ga je een eigen gedicht maken. Wat er van je verwacht wordt staat in de 5e opdracht.
Les 6
Les 6: week 27 ( 27 juni t/m 1 juli 2016)
In de zesde les ga je bij jouw gedicht illustraties en een achtergrond maken, ga maar naar opdracht 6.
Opdrachten
Opdracht 1
Opdracht 1.
Bij deze eerste opdracht, ga je je verdiepen in de verschillende soorten gedichten.
a. Kijk onder het tabblad documentaires
naar documentaire 1: "Klokhuis - Poëzie".
b. Kijk onder het tabblad Informatie
voor wat je moet weten.Hier vind je informatie over een aantal dichtvormen. Dit ga je bestuderen!
c. Je gaat daarna op het internet op zoek naar nog drie dichtvormen, zoek bij ieder dichtvorm een kort gedichtje.
Opdracht c sla je op in Word en dat mail je aan je docent Nederlands.
Opdracht 2
Opdracht 2:
a. Kijk onder het tabblad documentaires
naar documentaire 2; "Bent spreekt Nederland, HIP HOP.
b. Je gaat drie gedichten zoeken. Alle drie de gedichten moeten over hetzelfde onderwerp gaan, hiervoor kies je uit de volgende onderwerpen:
• Huisdieren
• Pesten
• Liefde
• School
• Alleen zijn, eenzaamheid
Waar kunt je deze gedichten nu vinden? Je kunt bijvoorbeeld zoeken in de openbare bibliotheek, in de bibliotheek op school of je kunt ook op internet zoeken.
Opdracht b. sla je op in Word en dat mail je aan je docent Nederlands.
Opdracht 3
Opdracht 3.
a. Bekijk onder het tabblad documentaires
naar documentaire 3: "J.A. der Mouw, maar als dichter heet hij Aidwaita"
b. Je schrijft bij alle drie de gedichten die je hebt uitgekozen, waarom je voor dit gedicht hebt gekozen. Je gebruikt hiervoor minstens twee beoordelingswoorden en je geeft daar ook een reden bij. Leg dit goed uit, dus niet alleen: omdat ik het mooi/leuk vind. Je schrijft minimaal 5 regels per gedicht. Als je niet meer precies weet wat een beoordelingswoord is kan je dit via onderstaande link teruglezen.
Opdracht b. sla je op in Word en dat mail je aan je docent Nederlands.
Beoordelingswoorden
Opdracht 4
Opdracht 4.
Een illustratie voegt veel toe aan teksten, ook bij gedichten. Door de illustraties snap je soms beter wat de dichter bedoeld. Voor informatie over een illustratie, klik je op onderstaande link.
a. Zoek bij alle drie de gedichten minimaal drie bijpassende afbeeldingen. Zet deze bij je gedichten, zorg ervoor dat je gedichten nog goed te lezen zijn.
b. Geef vervolgens de drie gedichten een passende achtergrond. Dit mag een plaatje zijn, maar ook een kleur. Leg bij iedere achtergrond uit, waarom je daarvoor gekozen hebt. Waarom vind jij, dat het bij jouw gedichten past. Zet achter ieder gedicht, een passende achtergrond. Zorg wel dat je gedicht nog goed te lezen is.
Sla beiden opdrachten op in Word en mail dat aan je docent Nederlands.
Wat is een illustratie.
Opdracht 5
Opdracht 5.
Nu begint het echte werk. Je gaat een eigen gedicht maken
Let op: jouw gedicht moet hetzelfde onderwerp hebben als de drie andere gedichten.
Het moet een limerick zijn of een "gewoon" gedicht van minstens 8 regels.
Deze opdracht sla je op in Word en dat mail je aan je docent Nederlands.
Opdracht 6
Opdracht 6.
Maak een poster van jouw gedicht, net als de posters van PLINT, dat zijn de posters die vaak in de lokalen hangen.
Maak een mooie achtergrond en gebruik passende illustraties. Via onderstaande link, kan je zien hoe ze dat bij PLINT doen.
Deze opdracht sla je op in Word en dat mail je aan je docent Nederlands.
Website Plint
Informatie
Limerick
- Een heel bekend soort gedicht is de limerick. Een limerick heeft de volgende kenmerken:
- Bestaat altijd uit vijf regels
- De eerste regel eindigt meestal op een plaatsnaam
- De 1e, 2e en de 5e regel rijmen op elkaar.
- De 3e en 4e regel rijmen op elkaar (rijmschema AA-BB-A)
- Daarnaast heeft de limerick een speciaal ritme en is het vaak een beetje ondeugend.
Lees de volgende gedichten maar eens hardop voor.
Er was eens een tante in Dongen
die had al haar jaren gezongen
maar nu zong ze niet
ze was vol verdriet
ze had namelijk pijn aan haar longen...
Een zekere Achmad in Baghdad
Lag plat met z'n gat op z'n badmat,
Zo las hij z'n dagblad
En iedereen zag dat,
't is raar, maar in Baghdad daar mag dat!
Er was eens een lama uit Assen
Die moest plotseling heel erg plassen
Spetterdespat,
z'n broekje is nat,
En nu moet zijn moeder weer wassen!!!
Soms zijn er ook gedichten die helemaal niet rijmen.
Ik loop
alleen
over het strand
mijn gedachten
waaien
met de wind mee
over het water
weg
ver weg van hier
en de rust komt terug..
Nog een gedicht dat niet rijmt is een elfje. Een elfje heeft ook een aantal speciale kenmerken.
Het gedicht bestaat uit vijf regels en in totaal elf woorden.
- De eerste regel bestaat uit 1 woord
- De tweede regel bestaat uit 2 woorden
- De derde regel bestaat uit 3 woorden
- De vierde regel bestaat uit 4 woorden
- De vijfde regel bestaat weer uit 1 woord!
Hier twee voorbeelden van elfjes
Vogel
Verstopt zich
In de lucht
Achter de witte wolk
Weg
Appel
Zoete appel
Achter het raam
Ik wil je bijten
Zucht
Alles over gedichten
Naast de limerick en het elfje bestaan er nog veel meer dichtvormen. Bekijk de website en ontdek de wereld van gedichten
Hoe maak ik een gedicht?
Het schrijven van een gedicht kan soms lastig zijn. Op deze site krijg je handige tips voor het schrijven van jouw gedicht
Documentaires
Het klokhuis: Poëzie
Bent spreekt Nederland, HIPHOP
J. A. dèr Mouw, maar als dichter heet hij Adwaita
Toets