Zwangerschap vmbo-kgt34

Zwangerschap vmbo-kgt34

Zwangerschap

Intro

In de vorige module keken we naar de bevruchting. Deze module gaat het over de zwangerschap die volgt op de bevruchting.
In de volgende video van SchoolTV zie je wat er gebeurt na een bevruchting in het lichaam van een vrouw.

Ga nu verder met de rest van deze module.

Wat ga ik leren?

Na deze module kun je:

  • beschrijven hoe het embryo zich ontwikkelt tijdens de zwangerschap.
  • omschrijven hoe de foetus in de baarmoeder aan voedingsstoffen en zuurstof komt.
  • drie stadia tijdens de geboorte beschrijven.
  • twee voorbeelden beschrijven van prenatale diagnostiek.

 

Wat ga ik doen?

Deze opdracht bestaat uit 7 stappen. Mogelijk dat je niet alle stappen hoeft te maken.
Overleg met je docent.

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je bestudeert het Kennisbankitem dat past bij dit onderdeel en test je kennis.

Stap 2

Zoek uit hoe de duur van de dracht is bij enkele dieren.

Stap 3

Bezoek een aantal websites en maak een mindmap over zwangerschap.

Stap 4

Bekijk de video over bevallen en beschrijf de verschillende stadia.

Stap 5

Zoek uit wat een verloskundige zoal doet en maak hiervan een kort verslag.

Stap 6

Maak een folder voor verloskundigenpraktijk over voeding tijdens de zwangerschap.

Stap 7

Bezoek de website van Burgers' Zoo en bekijk de video's over de drachtige breedlipneushoorn en de geboorte van een Ringelrob.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippenlijst

Hier vind je de begrippenlijst bij deze module.

Examenopgaven

Je maakt een aantal examenopgaven die passen bij dit onderwerp.

Terugkijken

Terugkijken op de module.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 3 lesuren nodig.
Doe je niet alle stappen dan heb je misschien minder tijd nodig.

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

Bestudeer uit de Kennisbank biologie het onderdeel:

Zwangerschap

 

Test je kennis
Beantwoord de volgende vragen over de theorie in de Kennisbank.

Stap 2: Duur van de dracht bij dieren

De dracht is een zwangerschap van een dier.
De duur van de dracht verschilt per diersoort.
De vuistregel is:
Hoe groter het dier, hoe langer de dracht.
Gebruik deze vuistregel en sleep de drachtduur naar de juiste afbeelding.

Stap 3: Mindmap zwangere vrouw

Een mindmap is een web gemaakt van woorden, begrippen, teksten of plaatjes, die zijn geordend rond een centraal thema.
Maak zelf een mindmap met zoveel mogelijk dingen die veranderen in het lichaam van een zwangere vrouw. Denk aan de verandering in de hoeveelheid hormonen, borstgroei, smaak, huid en gewicht.
Gebruik zo nodig de Kennisbank of een andere bron. Gebruik je mindmap als een samenvatting.
Je kunt de volgende bronnen gebruiken:

Bespreek daarna samen met een klasgenoot hoe jij je mindmap hebt gemaakt.
Welke verbindingslijnen heb je gemaakt?
Wat is jouw keus geweest voor de verbindingslijnen?

Mindmap maken

Woorden bij een onderwerp bedenken en met elkaar verbinden.

 

Stap 4: De geboorte

Bekijk de volgende video. Beantwoord daarna de vraag. Het antwoord op de vraag bespreek je met een klasgenoot. 

 

Stap 5: De verloskundige

Een verloskundige of vroedvrouw (ook voor mannen) houdt zich bezig met het begeleiden van zwangerschappen en bevallingen. Bekijk de video en beantwoord daarna de vragen onder de video:

 

Verslag schrijven

Een verslag is een goede manier om een onderzoek te beschrijven dat je hebt uitgevoerd.        

 

Stap 6: Informatiefolder

Wanneer een vrouw zwanger is, is gezonde voeding erg belangrijk. Je weet vast wel dat roken, alcohol en drugs niet goed zijn voor de foetus. Waar dient een zwangere vrouw allemaal rekening mee te houden om haar kind zo gezond mogelijk ter wereld te laten komen?

Jij gaat samen met een klasgenoot een voorlichtingsfolder maken voor een verloskundigenpraktijk.
De folder is bedoeld om informatie te geven aan zwangere vrouwen. Laat in de folder tenminste aan bod komen:
Alcohol, drugs, roken, foliumzuur, vitamine A, vitamine D, medicijnen, de 22 weken prik, besmettelijke ziekten, zwangerschapsyoga, kaas en andere voeding.

Wat schrijf je in een folder?

  • Inleiding, waarin je puntsgewijs aangeeft wat je gaat behandelen in de folder.
  • Geef informatie over de genoemde punten. Beantwoord de volgende vragen:
    • Wat is……?
    • Wat moet een zwangere vrouw over dit punt weten?
    • Waarom zijn bepaalde punten schadelijk? In welke mate?
    • Waarom zijn bepaalde punten wel nuttig? In welke mate?
  • Stap 3: Slot, waar kunnen mensen voor meer informatie terecht?

Tips:

  • Zorg voor een aantrekkelijke lay-out (uiterlijk van de folder).
  • Kies goede afbeeldingen en ‘plak’ die tussen de tekst.
  • Bedenk een mooie slogan (dat is een kreet zoals: ´alcohol maakt meer kapot dan je lief is´ of ´ik vrij veilig of ik vrij niet´).
  • Gebruik een mooi en goed leesbaar lettertype.
  • Houd de tekst kort, een te lange tekst gaan veel mensen niet lezen.
  • Print de folder uit en vouw hem op de juiste wijze.

Kijk voor tips en de beoordelingseisen in de Gereedschapskist hieronder. 

Folder maken

Met maken van een folder presenteer je kennis die je hebt opgedaan aan anderen.

 

Stap 7: Neushoorn en Ringelrob

Ga naar www.burgerzoo.nl en bekijk de twee filmpjes over de breedlipneushoorn en de ringelrob. Lees vervolgens de teksten over de neushoorn, de ringelrob en de mens.

De breedlipneushoorn of witte neushoorn leeft in Afrika op open vlakten. Het zijn planteneters.
De jongen kunnen direct na de geboorte al op eigen benen staan en de moeder volgen.

Neushoorns hebben een lange draagtijd van 18 maanden. Een volwassen neushoorn weegt 2000 kilogram. De zwangerschap is dan ook pas helemaal op het eind te zien. Een neushoornjong weegt gemiddeld 50 kilogam bij de geboorte.
Na 1 maand zijn ze al flink gegroeid en is het gewicht toegenomen met 10 kilogram.
Na 1 jaar wegen ze ongeveer 80 kilogram.

Een ringelrobben is een kleine zeehondensoort. Ringelrobben leven in het Noordpool gebied.
Ze leven van vis en krill (kleine garnalen en plankton).
Eén keer per jaar in het vroege voorjaar worden de jongen geboren.
Een jong weegt bij de geboorte gemiddeld 4,5 kilogram.
De moedermelk die ze krijgen bevat veel vet.
Daardoor groeien de jongen zeer snel.
Na 5 weken is het gewicht verdubbeld.
Als ze 1 jaar oud zijn, zijn ze al uitgegroeid tot 40 kilogram.

Mensenkinderen worden geboren na 9 maanden (38-40 weken) zwangerschap.
Ze wegen dan gemiddeld 3500 gram. Per maand neemt het gewicht toe met 400 gram.
Na 1 jaar wegen baby’s gemiddeld 8 kilogram.

In de tekst wordt gewichtstoename van neushoorn, ringelrob en mens beschreven.

Beantwoord nu de volgende vragen.

Grafiek maken

In een grafiek kun je heel overzichtelijk informatie aflezen over één specifiek onderwerp. Je maakt naar aanleiding van een onderzoek of opdracht een grafiek waarin je de opgedane kennis of resultaten weergeeft.

 

Afronding

Begrippenlijst

Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.

Bevruchting
Versmelten van mannelijke en vrouwelijke geslachtscellen. Bij plant: stuifmeelkorrel met eicel. Bij mens (en dier): zaadcel/spermacel met eicel.

Zygote
Een zygote is wat ontstaat als een zaad- en eicel versmelten.

Menopauze
Zodra de eicellen van een vrouw op zijn verkeert zij in de menopauze.

Innesteling
Vasthechten van een jong embryo in het verdikte baarmoederslijmvlies, aan het begin van een zwangerschap.

HCG
Dit is het hormoon dat wordt afgegeven door de cellen die voortkomen uit de zygote.

Zwangerschapstest
Met een zwangerschapstest kan het hormoon HCG worden aangetoond.

Eeneiige tweeling
Uit één bevruchte eicel ontstaan twee losse groepjes cellen, die uitgroeien tot aparte embryo's. Eeneiige tweelingen hebben hetzelfde genotype (= DNA).

Twee-eiige tweeling
Voor het moment van bevruchting zijn twee eicellen tot rijping gekomen en beide zijn bevrucht, door twee verschillende zaadcellen. Uit deze twee bevruchte eicellen ontstaan twee embryo's. Twee-eiige tweelingen hebben een verschillend genotype (= DNA).

Onvruchtbaar
Als je onvruchtbaar bent kun je je niet voortplanten door een niet goed werkend voortplantingssysteem.

Embryo
Vroegste levensfase in de ontwikkeling van een plant of dier; na bevruchting van een eicel deelt de cel zich meerdere keren en gaan cellen zich specialiseren (= differentiatie).

Foetus
Ongeboren individu na de embryonale fase; het embryo is verder gegroeid en alle organen zijn ontwikkeld.

Navelstreng
Verbinding tussen het embryo of de foetus en de placenta; bevat twee slagaders en een ader.

Placenta
Ook wel moederkoek genoemd; orgaan dat ontstaat in de baarmoeder, waarin de uitwisseling van stoffen tussen het bloed van de moeder en dat van het embryo of de foetus plaatsvindt. Voedingsstoffen en zuurstof gaan naar de foetus toe, die afvalstoffen en koolstofdioxide afgeeft aan het bloed van de moeder.

Weeën
Krachtige samentrekkingen van de baarmoederspieren die de bevalling aankondigen.

Nageboorte
Vruchtvliezen, placenta en een deel van de navelstreng komen, kort na de geboorte van de foetus, naar buiten.

Echoscopie
Met behulp van geluidsgolven onderzoek je enkele uiterlijke kenmerken en de basale werking van organen.

Vlokkentest
Vorm van prenataal onderzoek, waarbij cellen worden gehaald uit de groeiende placenta.

Vruchtwateronderzoek
Vorm van prenataal onderzoek, waarbij cellen uit opgezogen vruchtwater worden onderzocht.

Versmelting
Samensmelten van twee celkernen bij bevruchting.

Menstruatie
Maandelijkse bloeding waarbij het verdikte baarmoederslijmvlies wordt afgestoten (wanneer een vruchtbare vrouw niet zwanger is).

Vruchtvliezen
Vliezen om een embryo of foetus in de baarmoeder, die het vruchtwater vasthouden en op deze manier de foetus beschermen.

Draagtijd
Ook wel dracht genoemd; periode die een embryo of foetus in de baarmoeder doorbrengt, vanaf de bevruchting tot aan de bevalling/geboorte. Bij mensen is dit 40 weken.

Examenopgaven

Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.

Tips

 

Van de examenvragen kan de voortgang worden bijgehouden op ExamenKracht.
Vraag verdere instructies aan je docent.

Binnenkort vind je hier examenvragen van ExamenKracht om mee te oefenen.

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je wat je moet kunnen?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Hoeveel tijd ben je met de opdracht bezig geweest?
    Heb je alle stappen gedaan of heb je (in overleg met je docent) stappen overgeslagen?
  • Inhoud
    Wist je al iets over het beroep verloskundige? Lijkt het je wat om als verloskundige aan de slag te gaan? Waarom wel of waarom niet?
  • Examenopgaven
    Zes examenopgaven bij deze opdracht.
    Heb je ze alle zes gemaakt? Ging het goed?
  • Het arrangement Zwangerschap vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-10-14 11:54:51
    Licentie
    CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vmbo kgt leerjaar 3. Dit is thema ’Waddenzee'. Het onderwerp van deze les is: zwangerschap. Je leert beschrijven hoe het embryo zich ontwikkelt tijdens de zwangerschap, hoe de foetus in de baarmoeder aan voedingsstoffen en zuurstof komt, drie stadia tijdens de geboorte omschrijven en twee voorbeelden beschrijven van prenatale diagnostiek.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie; Instandhouding en ontwikkeling;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, baarmoeder, biologie, embryo, foetus, geboote, prenatale diagnostiek, stercollectie, vmbo kgt 3, zwangerschap

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Gereedschapskist. (2019).

    Gereedschapskist activerende werkvormen

    https://maken.wikiwijs.nl/105906/Gereedschapskist_activerende_werkvormen

    VO-content - Kennisbanken. (z.d.).

    Kennisbank Biologie - blauw

    https://maken.wikiwijs.nl/147184/Kennisbank_Biologie___blauw