Bevruchting bij mensen vmbo-kgt34

Bevruchting bij mensen vmbo-kgt34

Bevruchting bij mensen

Intro

Om voor nageslacht te zorgen moeten diersoorten, en dus ook de mens, de zaadcellen van het mannetje bij de eicellen van het vrouwtje brengen. Bij veel diersoorten gaat dat via inwendige bevruchting, maar er zijn ook diersoorten waar het gaat via uitwendige bevruchting.

In de volgende video van SchoolTV zie je de bevruchting bij de mens. Kijk de video en ga daarna verder met de rest van de module.

Wat ga ik leren?

Na deze module kun je:

  • omschrijven wat een bevruchting is en aangeven waar de bevruchting van een eicel door een zaadcel plaatsvindt en waar de eventuele innesteling plaatsvindt.
  • de werking van een zwangerschapstest beschrijven.
  • uitleggen wat het verschil is tussen een eeneiige tweeling en een twee-eiige tweeling.
  • twee vormen van onvruchtbaarheid bij mannen en vrouwen beschrijven.

 

Wat ga ik doen?

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je bestudeert de twee Kennisbankitems die passen bij dit onderdeel en test je kennis.

Stap 2

Bekijk de video over een zwangerschapstest en bespreek de vragen.

Stap 3

Zoek voorbeelden van dieren met inwendige bevruchting en voorbeelden van dieren met uitwendige bevruchting.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippenlijst

Hier vind je de begrippenlijst bij deze module.

Examenopgaven

Je maakt enkele examenopgaven die passen bij dit onderwerp.

Terugkijken

Terugkijken op de module.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 1 à 2 lesuren nodig.

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

Bestudeer uit de Kennisbank biologie het onderdeel:

Bevruchting bij mensen

Voortplanting bij dieren

Test je kennis
Beantwoord de volgende vragen over de theorie in de Kennisbank.

Stap 2: Zwangerschapstest

Een zwangerschapstest is een test om te bepalen of een vrouw zwanger is of niet.
Je kunt deze testen bij de apotheek of drogist halen of online bestellen.
Vroeger ging dat heel anders. Lange tijd werd de urine van de vrouw ingespoten in mannelijke kikkers.
Als deze kikkers binnen drie uur zaadcellen ging produceren, dan was de vrouw zwanger. Kikkers worden vandaag de dag niet meer gebruikt, maar nog wel de urine van de vrouw.

Hoe dat werkt zie je in de volgende video:


Lees samen met een klasgenoot de gebruiksaanwijzing van een zwangerschapstest door ( Bijsluiter zwangerschapstest - test-point.nl ).
Bespreek daarna de volgende drie vragen met een klasgenoot:

Hoe zorg je een zwangerschapstest gebruikt met een betrouwbaar resultaat?
Waarom houd je de tester in de urine van de vrouw?
Wat bevat de urine van een zwangere vrouw, wat niet in de urine van een niet zwangere vrouw zit?

Stap 3: Bevruchting

Bij zoogdieren spreek je van inwendige bevruchting. Inwendige bevruchting zie je ook bij insecten, reptielen en vogels. De eicel wordt in het lichaam van een vrouwtje bevrucht.
Bij vissen en amfibieën is sprake van uitwendige bevruchting. Dat komt omdat zaadcellen en eicellen in het water kunnen overleven en als elkaar kunnen vinden. Op het land kan dat niet. 

 

Afronding

Begrippenlijst

Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.

Bevruchting
Versmelten van mannelijke en vrouwelijke geslachtscellen. Bij plant: stuifmeelkorrel met eicel. Bij mens (en dier): zaadcel/spermacel met eicel.

Zygote
Een zygote is wat ontstaat als een zaad- en eicel versmelten.

Innesteling
Vasthechten van een jong embryo in het verdikte baarmoederslijmvlies, aan het begin van een zwangerschap.

Menopauze
Zodra de eicellen van een vrouw op zijn, zit zij in de menopauze.

HCG
Dit is het hormoon dat wordt afgegeven door de cellen die voortkomen uit de zygote.

Zwangerschapstest
Met een zwangerschapstest kan het hormoon HCG worden aangetoond.

Eeneiige tweeling
Uit één bevruchte eicel ontstaan twee losse groepjes cellen, die uitgroeien tot aparte embryo's. Eeneiige tweelingen hebben hetzelfde genotype (= DNA).

Twee-eiige tweeling
Voor het moment van bevruchting zijn twee eicellen tot rijping gekomen en beide zijn bevrucht, door twee verschillende zaadcellen. Uit deze twee bevruchte eicellen ontstaan twee embryo's. Twee-eiige tweelingen hebben een verschillend genotype (= DNA).

Onvruchtbaar
Als je onvruchtbaar bent kun je je niet voortplanten door een niet goed werkend voortplantingssysteem.

Embryo
Vroegste levensfase in de ontwikkeling van een plant of dier; na bevruchting van een eicel deelt de cel zich meerdere keren en gaan cellen zich specialiseren (= differentiatie).

Foetus
Ongeboren individu na de embryonale fase; het embryo is verder gegroeid en alle organen zijn ontwikkeld.

Navelstreng
Verbinding tussen het embryo of de foetus en de placenta; bevat twee slagaders en een ader.

Placenta
Ook wel moederkoek genoemd; orgaan dat ontstaat in de baarmoeder, waarin de uitwisseling van stoffen tussen het bloed van de moeder en dat van het embryo of de foetus plaatsvindt. Voedingsstoffen en zuurstof gaan naar de foetus toe, die afvalstoffen en koolstofdioxide afgeeft aan het bloed van de moeder.

Weeën
Krachtige samentrekkingen van de baarmoederspieren die de bevalling aankondigen.

Nageboorte
Vruchtvliezen, placenta en een deel van de navelstreng komen, kort na de geboorte van de foetus, naar buiten.

Echoscopie
Met behulp van geluidsgolven onderzoek je enkele uiterlijke kenmerken en de basale werking van organen.

Vlokkentest
Vorm van prenataal onderzoek, waarbij cellen worden gehaald uit de groeiende placenta.

Vruchtwateronderzoek
Vorm van prenataal onderzoek, waarbij cellen uit opgezogen vruchtwater worden onderzocht.

Versmelting
Samensmelten van twee celkernen bij bevruchting.

Menstruatie
Maandelijkse bloeding waarbij het verdikte baarmoederslijmvlies wordt afgestoten (wanneer een vruchtbare vrouw niet zwanger is).

Vruchtvliezen
Vliezen om een embryo of foetus in de baarmoeder, die het vruchtwater vasthouden en op deze manier de foetus beschermen.

Draagtijd
Ook wel dracht genoemd; periode die een embryo of foetus in de baarmoeder doorbrengt, vanaf de bevruchting tot aan de bevalling/geboorte. Bij mensen is dit 40 weken.

Examenopgaven

Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.

Tips

 

Van de examenvragen kan de voortgang worden bijgehouden op ExamenKracht.
Vraag verdere instructies aan je docent.

Binnenkort vind je hier examenvragen van ExamenKracht om mee te oefenen.

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Maak bij ieder leerdoel een vraag en zorg dat je die vraag ook kunt beantwoorden.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je 1 à 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
    Klopt dat?
  • Inhoud
    De opdracht heet 'Bevruchting bij mensen'.
    Sluit de inhoud aan bij de titel?
  • Examenopgaven
    Zes examenopgaven bij deze opdracht.
    Heb je ze allemaal gemaakt? Ging het goed?
  • Het arrangement Bevruchting bij mensen vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-10-14 11:56:08
    Licentie
    CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vmbo kgt leerjaar 3. Dit is thema ’Waddenzee'. Het onderwerp van deze les is: bevruchting bij mensen. Je leert omschrijven wat een bevruchting is en aangeven waar de bevruchting van een eicel door een zaadcel plaatsvindt en waar de eventuele innesteling plaatsvindt. Je leert de werking van een zwangerschapstest beschrijven en uitleggen wat het verschil is tussen een eeneiige tweeling en een twee-eiige tweeling. Ook kun je twee vormen van onvruchtbaarheid bij mannen en vrouwen beschrijven.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie; Instandhouding en ontwikkeling;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    1 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, bevruchting, biologie, eicel, onvruchtbaarheid, stercollectie, tweeling, vmbo kgt 3, zaadcel, zwangerschapstest

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (z.d.).

    Kennisbank Biologie - blauw

    https://maken.wikiwijs.nl/147184/Kennisbank_Biologie___blauw