Thema 6. Voortplanting HV2

Introductie: je verandert...

 

Geslachtskenmerken

Mensen verschillen nogal van elkaar. Zeker als we het hebben over de verschillen tussen mannen en vrouwen. Ook verschillen jonge mannen van oudere mannen en jonge vrouwen van oudere vrouwen. Al vanaf de geboorte kun je zien of iemand een jongetje of een meisje is. Die kenmerken noemen we geslachtskenmerken

De geslachtskenmerken die vanaf de geboorte zichtbaar zijn, heten primaire geslachtskenmerken. 

Na je tiende (ongeveer) vinden er lichamelijke veranderingen plaats. Je komt dan langzaam in de puberteit. Door deze veranderingen ga je er weer anders uit zien. De geslachtskenmerken die hierbij ontstaan noemen we secundaire geslachtskenmerken.

 

Bekijk hier de Prezi van het hele hoofdstuk.

Voortplantingsstelsels

De voortplantingsstelsels van een man en vrouw zijn de organen waarmee zij zich kunnen voortplanten.

Een man heeft een penis en een balzak en een vrouw heeft een vagina met schaamlippen en een baarmoeder

 

 

 

Mannelijk voortplantingsstelsel

Het belangrijkste wat je moet weten over het mannelijk voortplantingsorgaan zijn de functies van alle onderdelen:

  • Bijballen: die slaan zaadcellen tijdelijk op
  • Zaadleiders: vervoeren de zaadcellen
  • Zaadblaasjes en prostaat: voegen vocht met voedingsstoffen toe aan de zaadcellen. Dat is samen sperma.
  • Urinebuis: komen de prostaat en zaadleiders op uit; vervoert sperma naar buiten.
  • Eikel: is het gevoelige deel van de penis; zorgt voor opwinding.
  • Voorhuid: bedekt de eikel; wordt soms weggesneden.
  • Zwellichamen: vullen zich met bloed tijdens een erectie (stijf worden van de penis).

Om de onderdelen nog even zelf te oefenen ga je hier naartoe. Als je denkt dat je alles genoeg geoefend hebt, kun je hieronder een toets maken om te zien of je alles gesnapt hebt.

Toets: Geslachtsorganen man

Start

Vrouwelijk voortplantingsorgaan

Over het vrouwelijk voortplantingsorgaan dien je ook de functies van de onderdelen te benoemen.

  • Eierstokken: vindt de ontwikkeling van de eicellen in plaats.
  • Eileider: vervoert de eicellen naar de baarmoeder.
  • Baarmoeder: vindt de eventuele ontwikkeling van het embryo in plaats.
  • Clitoris: zorgt voor opwinding bij stimulatie.
  • Kleine schaamlippen: geven vocht af bij opwinding om binnenglijden van de penis te vergemakkelijken.

 

Om deze onderdelen nog even te oefenen ga je hier naartoe. Als je denkt dat je alles genoeg geoefend hebt, kun je hieronder een toets maken om te zien of je alles gesnapt hebt.

Menstruatie

Menstruatie, ofwel ongesteld zijn, is het afstoten van een deel van het baarmoederslijmvlies samen met het onbevruchte eicelletje.

Gemiddeld beginnen meisjes op hun 13-jarige leeftijd te menstrueren, maar dat kan ook eerder of later zijn. 

Menstruatiecyclus

Een menstruatiecyclus duurt 28 dagen (4 weken) en start op het moment dat de menstruatie begint. Ongeveer veertiendagen daarna vindt er een eisprong (ovulatie) plaats. Wanneer er geen bevruchting plaatsvindt, begint de volgende menstruatie weer ongeveer op de 28e dag. De menstruatiecyclus start hier weer opnieuw.

 

Bekijk hier een animatie van de menstruatiecyclus van een vrouw.

 

In de afbeelding hieronder zie je een schematische weergave van zo'n menstruatiecyclus afgebeeld in de dikte van het baarmoederslijmvlies per dag.

Seksualiteit

Seksualiteit gaat tijdens de puberteit een steeds grotere rol spelen. Dat kan op verschillende manieren:

 

Het onderhouden van een speciale relatie

Als je van iemand houdt, dan wil je dat laten blijken. Dat kan door knuffelen of strelen. Als je heel veel van iemand houdt, wil je misschien ook geslachtsgemeenschap met die persoon hebben.

Of er seksualiteit bestaat in een relatie hangt geheel van die persoon/personen af. 

 

Lustbeleving

Seksualiteit kan iemand plezier geven doordat hij er opgewonden van wordt. Dat noem je lustbeleving. Dit kan door het uitvoeren van geslachtsgemeenschap of door het zien van seksuele plaatjes of filmpjes.

 

Voortplanting

Na geslachtsgemeenschap kan een vrouw uiteraard zwanger raken. In dat geval speelt seksualiteit een rol bij de voortplanting. Wanneer mensen niet zwanger willen raken, gebruiken ze voorbehoedsmiddelen.

 

Bekijk hier eventueel een filmpje van schooltv over seksualiteit.

Seksuele voorkeur

De meeste mensen voelen zich aangetrokken tot personen van het andere geslacht. Deze mensen zijn heteroseksueel (hetero = ongelijk).

Ongeveer 5% van de wereldbevolking is homoseksueel (homo = gelijk). Zij voelen zich aangetrokken tot personen van hetzelfde geslacht.

Tot slot heb je nog mensen die zich aangetrokken voelen tot beide geslachten, zij worden biseksueel genoemd (bi = twee).

Seksueel geweld

Seks kan heel leuk zijn, wanneer je het zelf wilt. Wanneer je seksueel contact hebt tegen je wil, dan wordt dat seksueel geweld genoemd. Dit kan (helaas) op verschillende manieren plaatvinden:

  • Ongewenste intimiteiten: licht seksuele handelingen, zonder toestemming (bv. in de billen knijpen)
  • Aanranding: seksuele handelingen onder bedreigingen (bv. zoenen)
  • Incest: seksuele dwang door familie.
  • Verkrachting: seks onder dwang
  • Loverboy/lovergirl: iemand door overhalen (met cadeaus etc.) tot prostitutie dwingen

Geboorteregeling

Kijk voorafgaand aan de les dit filmpje.

Geboorteregeling betekent dat een vrouw, meestal met een man, bepaalt of zij een kind wil of niet. Wil ze dat niet dan kan zij voorbehoedsmiddelen of anticonceptiemiddelen (anti = tegen, conceptie = bevruchting) gebruiken.

Onbetrouwbare methoden:

  • Periodieke onthouding: geen gemeenschap tijdens 'vruchtbare periode' door het meten van temperatuur.
  • Coïtus interruptus (coïtus = gemeenschap, interruptus (to interrupt) = onderbreken): de man trekt zijn penis terug als hij een orgasme voelt aankomen.

 

 

(Meer) betrouwbare methoden:

  • Condoom: rubberen hoesje om penis om sperma in op te vangen.
  • De pil: houdt ovulatie tegen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Oefen hier je kennis nog even met Kahoot!

Opdracht flyer anticonceptiemiddelen

Voor dit onderdeel ga je aan de slag met een flyer over geboorteregeling. Hieronder kun je de opdracht daarvoor zien.

Om daarmee aan de slag te gaan, open je hier een document (via GoogleDocs). Op die manier kunnen jullie goed samenwerken met je groepje. Succes!

Discussie abortus

Abortus is iets waar veel mensen verschillend over denken. Graag zou ik jullie mening willen horen. Vandaar de vraag: als jij (of je vriendin) op dit moment zwanger raakt. Zou je dan abortus plegen?

Geef hier je antwoord en geef ook in de reactie aan waarom wel of niet.

Zwangerschap en geboorte

Wanneer een eicel samensmelt met een zaadcel spreken we van bevruchting. De bevruchte eicel gaat zich snel delen en daalt naar de baarmoeder af. Daar vindt innesteling in het baarmoederslijmvlies plaats. De vrouw is zwanger.

 

Zwangerschap

Het kind dat in de baarmoeder ontwikkelt heet een embryo. In de eerste paar weken van de zwangerschap biedt het baarmoederslijmvlies voor de voeding.

Daarna ontstaat de placenta (moederkoek). Dat is een speciaal deel van de baarmoederwand waar het bloed van het embryo langs het bloed van de moeder stroomt. Zo kan uitwisseling van stoffen plaatsvinden. Het embryo is via de navelstreng verbonden met de placenta.

Om het embryo liggen twee vruchtvliezen, daar binnenin bevindt zich vloeistof: het vruchtwater.

 

 

Geboorte

De eerste verschijnselen van de bevalling zijn meestal de weeën: samentrekken van spieren in de baarmoederwand. Tijdens deze weeën worden de baarmoederhals en de baarmoedermond wijder: ontsluiting. Hierbij breken meestal de vruchtvliezen, waardoor het vruchtwater wegvloeit. Hierna vindt de uitdrijving plaats: de weeën worden krachtiger en de vrouw krijgt persweeën om het kind naar buiten te persen.

 

Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA's)

Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA's) zijn ziekten die je via intiem lichamelijk contact kunt krijgen.

De meest voorkomende SOA in Nederland is chlamydia, de meest bekende SOA is AIDS
Bij chlamydia is de ziekteverwekker een bacterie, en dus te genezen met antibiotica. AIDS wordt veroorzaakt door een virus en is niet te genezen.

 

Chlamydia

De bacterie die chlamydia veroorzaakt komt vooral voor in de urinebuis en de baarmoederhals. Veel mensen hebben hiervan geen ziekteverschijnselen. Dus mensen kunnen het niet doorhebben en wel doorgeven.

Verschijnselen zijn: afscheiding, pijn bij plassen of gemeenschap, etc. Onbehandelde chlamydia kan zich uitbreiden naar eileiders of bijballen, dan kunnen de gevolgen ernstig zijn (bv. onvruchtbaarheid).

 

AIDS

AIDS heeft vaak een dodelijke afloop. Het afweersysteem wordt namelijk aangetast en dat maakt een persoon vatbaar voor allerlei ziekten. Meestal lijdt een persoon niet aan de ziekte AIDS zelf, maar aan de ziekten waar hij vatbaar voor is geworden.

AIDS wordt veroorzaakt door HIV (Human Immunodeficiency Virus). Iemand met HIV (sero-positief) hoeft geen ziekteverschijnselen te hebben. Dat komt meestal pas wanneer AIDS is opgetreden. 

Medicijnen zijn er niet, alleen aidsremmers, die dus de ziekteverschijnselen afremmen, maar helaas niet stoppen. 

  • Het arrangement Thema 6. Voortplanting HV2 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Sanneke Seldenthuis
    Laatst gewijzigd
    2015-06-18 11:41:48
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

    <a rel="license" href="http://creativecommons.org/licenses/by-nc-sa/4.0/"><img alt="Creative Commons-Licentie" style="border-width:0" src="https://i.creativecommons.org/l/by-nc-sa/4.0/88x31.png" /></a><br />Dit werk valt onder een <a rel="license" href="http://creativecommons.org/licenses/by-nc-sa/4.0/">Creative Commons Naamsvermelding-NietCommercieel-GelijkDelen 4.0 Internationaal-licentie</a>.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Thema 6. Voortplanting voor de klas HV2
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    voortplanting
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Geslachtsorganen man

    Geslachtsorganen vrouw

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.