Soraya spaart voor een scooter. Kevin is al een paar maanden de trotse eigenaar van een scooter.
Om de scooter te kunnen kopen heeft hij geld geleend. Hij noemt dat 'sparen achteraf'.
Hij begrijpt niet waarom Soraya ook geen geld leent, zodat zij nu al de scooter kan kopen.
Maar Soraya wil niet lenen; ze zegt dat lenen geld kost en dat de scooter dan veel duurder is.
Wat zou jij doen?
Zou je het geld om een scooter te kopen lenen of zou je eerst sparen?
Bespreek je antwoord met een klasgenoot.
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
twee verschillende redenen noemen om geld te sparen.
omschrijven wat rente is en kun je duidelijk maken dat het rentebedrag dat je betaalt over een lening afhangt van de grootte van de lening, de looptijd van de lening en het rentepercentage.
het rentebedrag dat je betaalt over een lening uitrekenen.
(met behulp van een voorbeeld) duidelijk maken wat het verschil is tussen het nominale rentepercentage en het reële rentepercentage is.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
Aan de slag
Stap
Leervragen
Stap 1
Wat is sparen en wat is lenen?
Stap 2
Hoe bereken je hoeveel op je spaarrekening staat als je 4% rente krijgt?
Stap 3
Wanneer krijg je rente van de bank en wanneer betaal je rente aan de bank?
Stap 4
Wat is het nominale rentepercentage en wat is het reële rentepercentage?
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Eindopdracht
In Excel aan de slag met samengestelde rente.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.
Aan de slag
Stap 1: Sparen - Lenen
Bestudeer uit de Kennisbank economie de eerste pagina van het onderdeel sparen en de eerste pagina van het onderdeel lenen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Als je een bedrag op een spaarrekening zet en de rente jaarlijks opneemt, kun je het rentebedrag dat je in het totaal krijgt, berekenen met de formule:
\(\text{r}= \frac{\text{k·p·t}}{100} \)
In de formule is \(\small{\text{k}}\) het bedrag (kapitaal) dat je inlegt, \(\small{\text{p}}\) het rentepercentage dat de bank geeft, \(\small{\text{t}}\) het aantal jaar dat je je geld op de bank laat staan en \(\small{\text{r}}\) het rentebedrag dat je in het totaal krijgt.
Voorbeeld
Janine zet € 2000,- op een spaarrekening. De bank geeft 3% rente.
Janine laat het bedrag 3 jaar op de rekening staan. Janine neemt wel ieder jaar de rente op.
Er geldt: \(\small{\text{k} = 2000}\) , \(\small{\text{p} = 3}\) en \(\small{\text{t} = 3}\) .
Gebruik de formule volgt \(\text{r}= \frac{2000·3·3}{100} = \small180 \)
Dus totale rentebedrag is € 180,-
Doe de oefening.
Stap 3: Op de bank
Als je geld op je spaarrekening hebt staan, krijg je rente.
Als je geld van een bank leent, betaal je rente.
Stap 4: Sparen en inflatie
Als je geld op een spaarrekening hebt staan, wordt het bedrag steeds hoger doordat je rente krijgt.
Maar als de prijzen van producten ook stijgen, is het maar de vraag of je meer kunt kopen met je gespaarde geld.
Bekijk de video.
Doe de oefeningen.
Bestudeer uit de Kennisbank economie de pagina 'Reële rentepercentage'.
Bekijk ook de video op de volgende pagina.
Je hebt vast al wel eens eerder met het programma Excel gewerkt.
In dit rekenprogramma kun je ook rekenen met procenten.
Download ook het Excelbestand SamengesteldeInterest.xlsx.
Open het Excelbestand. Je komt op het tabblad rente over rente.
Je kunt het bedrag in cel B3 veranderen. Probeer maar.
Kijk wat er gebeurt met de getallen in de tabel.
Kijk ook hoe de grafiek verandert.
Je kunt ook de jaarlijkse rente in cel B4 veranderen. Doe maar.
Kijk ook nu wat er gebeurt met de getallen in de tabel.
Kijk ook nu weer hoe de grafiek verandert.
Bekijk in cel B5 hoe de groeifactor wordt berekend.
Kijk of je de formules in de cellen B8 t/m B17 begrijpt.
Zorg dat je ook de formules in de cellen C8 t/m C17 begrijpt.
Vraag eventueel hulp aan een klasgenoot of aan de docent.
Kun je nu uitleggen wat wordt bedoeld met rente over rente?
En kun je uitleggen hoe je samengestelde rente kunt berekenen?
Terugkijken
Intro
Bekijk de intro opnieuw. Past de intro goed bij de opdracht?
Waarom wel/niet?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Zorg dat je alle genoemde begrippen kunt omschrijven.
Hoe ging het?
Tijd
Ben je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig geweest?
Welke stap heeft het meeste tijd gekost? Hoe kwam dat?
Inhoud
Heb je zelf een spaarrekening? Hoeveel rente krijg je op die spaarrekening?
Is dat de nominale rente of de reële rente?
Afronding - Eindopdracht
Heb je eindopdracht gedaan? Had je al eens met Excel gewerkt?
Ben je er goed in of had je constant hulp nodig?
Het arrangement Opdracht: Nu of straks? - vmbo-kgt34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Sparen, lenen, huren', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vmbo-kgt34. De opdracht begint met een intro, hier ga je samen met een klasgenoot nadenken over lenen of sparen als het gaat om een scooter kopen. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit vier verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een eindopdracht en een reflectie. Voor deze opdracht heb je een rekenmachine nodig. Bij stap 1 is er een opdracht over sparen - lenen. Hier worden onder andere vragen gesteld over koopkracht, sparen en lenen. Bij stap 2 is er een opdracht over rente berekenen. Hier moet je meerdere rentes berekenen. Bij stap 3 is er een opdracht over op de bank. Hier moet je vragen beantwoorden over spaargeld, geldlening en de spaarrekening. Bij stap 4 is er een opdracht over sparen en inflatie. Hier worden vragen gesteld over sparen, inflatie en het nominale & reële rentepercentage. Na deze vier stappen komt de eindopdracht: Rente over rente. Hier ga je uitleggen wat er wordt bedoeld met samengestelde rente en hoe je dit berekent. Uiteindelijk wordt er teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
arrangeerbaar, economie, lening, looptijd, nu of straks?, rente, rentepercentage, sparen lenen huren, stercollectie, vmbokgt34
Opdracht: Nu of straks? - vmbo-kgt34
nl
VO-content
2024-06-13 11:08:13
Deze opdracht hoort bij het thema 'Sparen, lenen, huren', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vmbo-kgt34. De opdracht begint met een intro, hier ga je samen met een klasgenoot nadenken over lenen of sparen als het gaat om een scooter kopen. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit vier verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een eindopdracht en een reflectie. Voor deze opdracht heb je een rekenmachine nodig. Bij stap 1 is er een opdracht over sparen - lenen. Hier worden onder andere vragen gesteld over koopkracht, sparen en lenen. Bij stap 2 is er een opdracht over rente berekenen. Hier moet je meerdere rentes berekenen. Bij stap 3 is er een opdracht over op de bank. Hier moet je vragen beantwoorden over spaargeld, geldlening en de spaarrekening. Bij stap 4 is er een opdracht over sparen en inflatie. Hier worden vragen gesteld over sparen, inflatie en het nominale & reële rentepercentage. Na deze vier stappen komt de eindopdracht: Rente over rente. Hier ga je uitleggen wat er wordt bedoeld met samengestelde rente en hoe je dit berekent. Uiteindelijk wordt er teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Sparen en lenen
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.