De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De oefening is een keuzeoefening.
Je krijgt 10 vragen over het gebruik van de persoonsvorm.
Na het beantwoorden van de vragen krijg je je score te zien.
Ben je ontevreden maak dan de oefening opnieuw. Je krijgt dan weer 10 vragen.
Dat zijn veelal andere vragen, maar je kunt ook dezelfde vragen nogmaals tegenkomen
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je hebt twee manieren geleerd om de persoonsvorm te vinden in een zin.
Maar sommige zinnen zijn moeilijker. Daarin staan meerdere persoonsvormen.
Dat zie je bij een samengestelde zin. Een samengestelde zin herken je aan een dubbele punt, een komma of één van de woordjes: en, maar, want, als, of.
Voorbeeld:
Hij liep op de weg maar draaide zich halverwege nog een keer om.
Ik ging te laat naar school, want ik was moe en had me verslapen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Persoonsvorm (pv):
De vorm van het werkwoord waar ik, jij, hij, enzovoorts bij hoort. De persoonsvorm heet persoonsvorm omdat er vaak een persoon bij hoort, maar er kan ook een dier of ding bij horen.
Werkwoord:
Het zinsdeel dat aangeeft wat je doet. Het geeft dus een activiteit aan. Bijvoorbeeld lopen, fietsen, zingen. Ook laat een werkwoord zien of de zin in de tegenwoordige tijd of in de verleden tijd staat.
Samengestelde zin:
Een samengestelde zin herken je aan een dubbele punt, een komma of bijvoorbeeld het woordje 'en'.
Samengestelde werkwoorden:
Een samengesteld werkwoord is een werkwoord dat bestaat uit twee delen,
die ook apart van elkaar in één zin kunnen voorkomen. Bijvoorbeeld: gebruikmaken(Hij maakt gebruik van.), aankomen (Hij komt op Schiphol aan.)
Eindopdracht A: Toets
Als je kiest voor eindopdracht A maak je een toets.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Als je kiest voor eindopdracht B ga je zelf schema maken.
In het schema laat je op twee manieren zien hoe je de persoonsvorm in een zin kunt vinden.
Werkwijze:
Bepaal eerst welke manieren je in je schema gaat verwerken.
Zorg dat je bij iedere manier voorbeelden hebt.
Bedenk hoe je schema er uit gaat zien.
Maak een eerste versie van je schema.
Vraag commentaar op je eerste versie aan een klasgenoot.
Verwerk het commentaar.
Let op! Kopieer geen schema van internet. Je maakt je eigen versie!
Beoordeling
Het schema laat je beoordelen door je docent.
Bij de beoordeling let je docent op:
De inhoud: wordt duidelijk uitgelegd hoe je de persoonsvorm kunt vinden?
De inhoud: staan er goede voorbeelden in het schema?
De verzorging: ziet je schema er verzorgd uit?
De planning: heb je het schema op tijd klaar?
Klaar?
Lever je schema in bij je docent.
Terugkijken
Intro
Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
Vond je de uitleg in de video duidelijk?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je wat je moet kunnen?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
Inhoud
Welke manier van het vinden van de persoonsvorm heeft jouw voorkeur?
Waar heb je meer van geleerd: de informatie uit de kennisbank of de video in de inleiding?
Eindopdracht
Wat vond je van de eindopdracht? Heb je gekozen voor de toets of voor het maken van het schema?
Was je blij met je keuze?
Het arrangement Opdracht: Grammatica - Persoonsvorm - vmbo-kgt12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Mijn dagelijkse schoolreis', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor vmbo-kgt12. In deze opdracht staat de persoonsvorm centraal. In de subopdrachten kan worden geoefend met het vinden van de persoonsvorm in zowel enkelvoudige als samengestelde zinnen.
Om de opdracht af te sluiten is er zowel een eindtoets als een eindopdracht beschikbaar. In de eindopdracht ga je een schema maken waarin te zien is hoe je de persoonsvorm in een zin kunt vinden. Veel succes!
Deze opdracht hoort bij het thema 'Mijn dagelijkse schoolreis', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor vmbo-kgt12. In deze opdracht staat de persoonsvorm centraal. In de subopdrachten kan worden geoefend met het vinden van de persoonsvorm in zowel enkelvoudige als samengestelde zinnen.
Om de opdracht af te sluiten is er zowel een eindtoets als een eindopdracht beschikbaar. In de eindopdracht ga je een schema maken waarin te zien is hoe je de persoonsvorm in een zin kunt vinden. Veel succes!