Opdracht: Woordenschat - Verwijswoorden - hv12

Opdracht: Woordenschat - Verwijswoorden - hv12

Verwijswoorden

Intro

In deze opdracht staan verwijswoorden centraal.

Bekijk eerst onderstaand filmpje. Weet jij wanneer je dat of wat moet gebruiken?

 

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze les kun je:

  • alle verschillende verwijswoorden herkennen.
  • de functie van verwijswoorden benoemen.
  • correct gebruik maken van verwijswoorden om verbanden tussen zinnen aan te geven.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag
Onderdeel Activiteit
Stap 1 Na het bestuderen van de Kennisbank kun je in oefeningen het juiste verwijswoord en antecedent aangeven.
Stap 2 en Je kunt in een tekst aangeven welke woorden de verwijswoorden zijn.
Stap 3 en Je kunt een tekst die geschreven is zonder verwijswoorden veranderen in een tekst met verwijswoorden.
Stap 4 Je kunt zinnen, dankzij verwijswoorden, in de juiste volgorde plaatsen.
Stap 5 en Je leert het verschil tussen wat en dat. Je kunt zinnen maken en aangeven waarnaar wat en dat verwijzen.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Samenvattend Hier vind je de kennisbank die hoort bij deze opdracht.
Eindopdracht Maak de toets 'Verwijswoorden'.
Extra opdracht Maak eventueel de extra opdracht.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer één lesuur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

Bestudeer uit de Kennisbank Nederlands het volgende onderwerp:

Taal en woordenschat: Verwijswoorden

Maak nu de volgende oefeningen:

Stap 2: Eddy de Clown

Stap 3: Eddy de Clown - 2

Stap 4: Juiste volgorde

Stap 5: Wat of dat?

Afronding

Samenvattend

Hier vind je de kennisbank die hoort bij deze opdracht.

Taal en woordenschat: Verwijswoorden

Eindopdracht: Toets

Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets.
De toets bestaat uit tien vragen.
Je moet acht vragen goed beantwoorden om een voldoende te halen.

Extra opdracht

In welke zin is het juiste verwijswoord gebruikt?
Maak de oefening hieronder:

Terugkijken

Intro

  • Wat vond je van de video onder het kopje 'Intro'?
    Vind je dat de video goed bij de opdracht past?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees het leerdoel van deze opdracht nog eens door.
    ​Kun je de verschillende verwijswoorden herkennen?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 1 uur met de opdracht bezig zou zijn.
    Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
  • Inhoud
    Vind je het duidelijk welk verwijswoord je wanneer moet gebruiken?
    Wist je al wat antecedenten zijn?
  • Eindopdracht
    Wat vond je van de eindopdracht? Sloot de toets goed aan bij de lesstof en de leerdoelen?
    Was je tevreden met het behaalde eindresultaat?
  • Extra opdracht
    Heb je de extra opdracht gedaan? Ging het goed?
  • Het arrangement Opdracht: Woordenschat - Verwijswoorden - hv12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2019-10-18 13:41:00
    Licentie
    CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema "Mijn dagelijkse schoolreis" en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor hv12. In deze opdracht leer je alle verschillende verwijswoorden herkennen en de functie ervan benoemen. Je leert ook hoe je verwijswoorden correct kunt gebruiken om verbanden tussen zinnen aan te geven. Verwijswoorden verwijzen naar eerder genoemde woorden, ook wel antecedenten genoemd. Als eindopdracht maak je een toets bestaande uit tien vragen. Ook is er een extra opdracht beschikbaar. Succes!
    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Schrijven; Evalueren; Lezen van zakelijke teksten (Nederlands); Nederlands; Schrijfvaardigheid; Interpreteren; Woordgebruik en woordenschat (Nederlands); Leesvaardigheid;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    1 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    antecedenten, arrangeerbaar, hv12, mijn dagelijkse schoolreis, nederlands, stercollectie, verwijswoorden, woordenschat- verwijswoorden, zinsverband, zinsverbanden

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Leermateriaal, StudioVO. (z.d.).

    Woordenschat - Verwijswoorden HV12 - kopie 1

    https://maken.wikiwijs.nl/131242/Woordenschat___Verwijswoorden_HV12___kopie_1

    VO-content - Kennisbanken. (2018).

    Nederlands Kennisbank hv12

    https://maken.wikiwijs.nl/90574/Nederlands_Kennisbank_hv12