Week 1

Deze eerste week gaan we oefenen met bijvoeglijke en zelfstandige naamwoorden.
Je weet het nog wel van vorig jaar:

Zelfstandige naamwoorden zijn woorden waar je 'de', 'het' en 'een' voor kan zetten. Bijvoeglijke naamwoorden zeggen iets van een zelfstandig naamwoord. Ook gaan we werken met verwijswoorden, maar dat spreekt voor zich!

Taaloefeningen

• Het bijvoeglijk naamwoord 1
• Van zelfstandig naamwoord naar werkwoord 1
• Het zelfstandig naamwoord 1
• spreekwoorden en gezegden 1

Woordenschat

• CITO woordenschat 1

• Wat hoort bij elkaar?
• Welke woorden horen bij elkaar 1
• Welke woorden horen bij elkaar 2
• Welke woorden horen bij elkaar 3
• Welke woorden horen bij elkaar 4

Woorden van de week

• woorden van de week 1

Leesoefeningen

• Verwijswoorden 1
• Verwijswoorden 2
• Husselteksten 1

Ontleden

• De persoonsvorm 1
• De persoonsvorm 2
• De persoonsvorm 3

Werkwoordspelling

• Tegenwoordige tijd 1
• Tegenwoordige tijd 2