Poëzie

Poëzie


 

 

 

 

 

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1. Open de volgende site in een nieuw venster: http://www.xaveriuscollege.be/poezieproject/index.htm
 
2. Klik op “Enter” en een keer op F11 voor het beste resultaat.
Bezoek vervolgens de afdeling “interactieve poëzie” en ga verder door in de tekening die verschijnt op de verborgen hyperlink te klikken. (Hiervoor zul je op het luipaard moeten gaan staan.)
 
3. Haal uit het gedicht dat verschijnt twee voorbeelden van alliteratie. Als je niet (meer) weet wat het begrip “alliteratie” inhoudt, zoek je het even op (Google).
Druk vervolgens weer op de (verborgen) hyperlink. (Hiervoor zul je op het woordje “leven” moeten gaan staan.)
 
4. Haal een voorbeeld van assonantie uit het gedicht “lichtgroene ogen”. 
Als je de vraag hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 

5. Lees het gedicht dat in het oog verschijnt een paar keer goed door.
Tip: als je het lastig vindt om het gedicht te lezen, ga dan even op de tekst staan, klik op de rechtermuisknop en kies voor “bron weergeven”. Scroll net zolang tot je het gedicht vindt. Leg duidelijk uit wat het gedicht te maken heeft met de illustratie.
 
6. Leg uit welk van de thema’s het best bij het gedicht past.
A) liefde, omdat…
B) iemand willen kwetsen, omdat…
C) angst om iemand te kwetsen, omdat…
D) angst om iemand te verliezen, omdat…
Als je de vraag hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 
7. Lees het gedicht dat verschijnt en wacht net zolang tot de rits vanzelf opengaat. Welk woord staat er achter de rits? 
Als je de vraag hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 

8. Zeg in eigen woorden wat de zin betekent die verschijnt als je op de rits klikt?
 
9. De zin van de vorige vraag verandert van betekenis als je met de muisaanwijzer op het woordje “mij” gaat staan, er komt dan namelijk één woordje bij, waardoor er een nieuwe zin ontstaat. Geef in je eigen woorden de betekenis van die “nieuwe” zin.

10. Naar wat voor een liefde zou de persoon in kwestie (dus) op zoek zijn: een lichamelijke of geestelijke? Licht je antwoord toe.
Druk daarna op de (verborgen) hyperlink. (Hiervoor zul je op het woordje “wil” moeten gaan staan.)
 
11. Het gedicht met de verfpot verschijnt. Is dit eigenlijk poëzie? Waarom wel/niet?
Als je de vraag hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 

12. In het gedicht staat “sneller dan ‘t licht”. Zoek even op hoe snel dat precies is en leg uit hoe de dichter dus tegen de liefde aankijkt?
 
13. Haal één voorbeeld van assonantie uit de eerste regel en één uit de tweede regel. Waarom gebruikt een dichter eigenlijk vormen van assonantie en alliteratie?
 
14. Hoe is de tweede regel van het gedicht terug te vinden in de tekening? 
Als je de vraag hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 

15. Lees het gedicht “betonblok” en citeer de wens van de ik-figuur. 
 
16. Past de tekening qua kleurgebruik goed bij het gedicht? Licht je antwoord toe.
 
17. Leg uit welk van de hieronderstaande thema’s het best bij het gedicht past.
A) in de grijze massa, omdat…
B) betonblok, omdat…
C) drukte, omdat…
D) onzichtbaar willen zijn, omdat… 
Als je de vraag hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 

18. Klik op “gelieve te mengen en enkele minuten te bakken” en daarna op de (verborgen)  hyperlink. Lees het gedicht “Ik sta te wachten.” en beantwoord de volgende drie vragen
- aan het begin van het gedicht staan twee verliefde mensen te wachten “op de bus die nooit komen zal”, maar aan het einde van het gedicht staat plotseling “de bus raast voorbij”. Leg uit wat de dichter wil zeggen met dat de bus toch “nooit komen zal”?
- Degene in het gedicht noemt de bus “een dreigend gevaar”, maar bedoelt daarmee natuurlijk niet dat hij bang is om omver gereden te worden. Wat bedoelt hij wel met “een dreigend gevaar”?
- Leg uit welk thema het best past bij het gedicht. Kies uit:
A) de bus, omdat…
B) dromen, omdat…
C) het ontdekken van de liefde, omdat…
D) het gevaar, omdat…
Als je de vragen hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 

19. Lees het gedicht “Je bent hetzelfde maar toch anders”. Leg uit welk van de hieronderstaande thema’s het best past bij het gedicht.
A) anders zijn, omdat…
B) mijn liefde voor jou, omdat…
C) onopvallend maar bijzonder, omdat…
D) een klavertje vier, omdat…
 
20. Leg uit dat het thema van het gedicht ook wordt uitgebeeld in de illustratie.
Druk op de (verborgen) hyperlink.
 
21. Klik op het oor. Je ziet en hoort muziek. De ik-figuur schrijft een gedicht over de persoon aan wie hij denkt. Wat roept de muziek op? Kies uit:
A) somberheid, omdat…
B) verliefdheid, omdat…
C) angst en bedreiging, omdat…
D) verwarring, omdat… 
Als je de vraag hebt beantwoord, druk dan op de (verborgen) hyperlink.
 

22. Ga naar het gedicht “Ik heb een snaar met volle noten” en beluister de muziek. Wat roept de muziek op? Kies uit:
A) somberheid, omdat…
B) verliefdheid, omdat…
C) angst en bedreiging, omdat…
D) verwarring, omdat…
 
23. Lees het gedicht nu goed en leg uit welk thema het best past bij het gedicht. Kies uit:
A) muziek, omdat…
B) melodie, omdat…
C) onzekerheid, omdat…
D) stilte, omdat…
Druk op de (verborgen) hyperlink.
 
24. Klik net zolang totdat je bij het gedicht “Klein, oud en vies” bent beland en leg uit wat de gevangene precies met “overbevolkt” bedoelt.
Druk daarna op de (verborgen hyperlink) en ga naar het gedicht “Een traan”.
 
25. Leg uit waarom het gedicht zo trilt: wat heeft die beweging met het gedicht te maken?
 
26. Niet alleen het gedicht is gespiegeld. Waarin verandert de traan als je hem spiegelt? Haal je antwoord uit de tekening. Leg uit waar die 'gespiegelde traan' het symbool van is?
 
27. Leg nu uit welk thema het beste past bij het gedicht (en de illustratie). Kies uit:
A) tranen, omdat…
B) verdriet, omdat…
C) liefdesverdriet, omdat…
D) zelfhaat, omdat…
 
28. Je hebt nu een aantal gedichten gelezen. Maak een topdrie met de gedichten die je het mooist vindt en een topdrie met de gedichten die je het minst mooi vindt.
 
29. Doe hetzelfde als bij vraag 28 maar nu voor de illustraties/animaties.

Lever het geheel in bij je docent. 

 

 

  • Het arrangement Poëzie is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    van den Ham Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2011-11-22 09:50:41
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Oefenen met internetpoëzie
    Leerniveau
    VWO; VWO 3; VWO 4;
    Leerinhoud en doelen
    Nederlands;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    0 uur en 50 minuten
    Trefwoorden
    poã«zie