Inleiding
Computers, verwarming en lampen gebruiken energie.
Deze energie komt vaak uit aardolie, aardgas of kolen. Dit zijn fossiele brandstoffen.
Maar deze brandstoffen kunnen opraken. Kijk maar eens naar het volgende filmpje:
Om te zorgen dat energie uit fossiele brandstoffen niet opraakt moet er zuinig mee worden gedaan en worden gekeken of er duurzame alternatieven zijn. En jullie gaan uitvinden hoe dit kan.
Energie van de zon, de wind en stromend water raakt nooit op. Het zijn duurzame energiebronnen en goed voor het milieu. En zij kunnen ook computers, verwarming en lampen laten werken.
Kijk maar:
Taak
Jullie zijn medewerkers van het energiebedrijf Groene Stroom B.V.
Je gaat de school een advies geven hoe zij beter met energie om kunnen gaan.
Je schrijft een rapport over het huidige energieverbruik. En je geeft adviezen hoe het anders kan.
Dit rapport kan je dan in de schoolkrant of op de website van jullie school zetten.
Werkwijze
Jullie gaan een rapport schrijven voor de schoolkrant of de website van de school.
In het eerste deel van het rapport gaan jullie schrijven:
- Welke energiesoorten goed voor het milieu zijn.
- Waarom deze soorten beter voor het milieu zijn dan andere soorten.
- Waarom het nodig is om zuinig met energie om te gaan.
- Hoe er stroom en warmte bespaard kan worden.
Informatie over deze onderwerpen is te vinden in de Bronnen.
Daarna gaan jullie op onderzoek uit in de school. Doe de energietest:
Energietest
De resultaten van jullie onderzoek komen in het tweede deel van het rapport.
En? Wat komt er uit de test? Doet jullie school zuinig met energie?
Zo niet, zijn er dingen die jullie school anders zou kunnen doen?
Extra vraag:
Wat mis je in de test? Kun je deze aanvullen met dingen die je heel belangrijk vindt?
Bronnen
Alles over Energie op Kennisnet
Duurzame energie
Filmpjes:
Windenergie
Zonne-energie
Met hout en koeienstront energie maken
Energiezuinig huis
Plaatjes zoeken:
Plaatjes zoeken
Beoordeling
Controleer met het onderstaande lijstje of je aan alle punten hebt gehad:
Heb je aan alle punten gedacht?
Terugblik
Jullie weten nu veel meer over energie!
Wat je kan doen om zuinig met energie om te gaan.
En ook waarom dat nodig is.
Jullie kennen nu ook andere soorten energie, die goed zijn voor het milieu.
Voor de leerkracht
Gemaakt voor:
groep 7 en 8 (primair onderwijs)
Gemaakt door:
Eelco van Leersum (Universiteit Utrecht)
In samenwerking met: Alike de Jager, Christine van de Werken (Universiteit Utrecht)
Update 2011 door: Esther van der Meer, webredacteur Duurzaamheid bij Kennisnet.
Suggesties of vragen? Mail naar duurzaamheidpo@kennisnet.net
Gemaakt binnen serie: ‘Hoe duurzaam is jouw school?’
Binnen deze serie worden enkele onderwerpen behandeld binnen duurzaamheid op school. Andere onderwerpen zijn: “hout” en “afval”. De docent kan deze onderwerpen verdelen over de klas. Alle leerlingen kunnen zo met één onderwerp aan de slag. De leerlingen komen allemaal tot hetzelfde eindproduct: een artikel voor de schoolkrant / website van de school. Zo ontstaat dus uiteindelijk een totaaloverzicht van alle aspecten van duurzaamheid op hun school. De onderwerpen kunnen ook los van elkaar gemaakt worden.
Product:
Tekst (en plaatjes) voor de schoolkrant / website van de school
Tip: De leerlingen kunnen de artikelen die ze over de verschillende onderwerpen (binnen de serie “Hoe duurzaam is jouw school?”) geschreven hebben samenvoegen tot één krant.
Doel:
Leren over het gebruik van energie en waarom er zuinig met energie dient om gegaan te worden. Bekend worden met duurzame vormen van energie. Kennis kunnen gebruiken om in eigen omgeving naar duurzaam gebruik van energie te kijken.
Kerndoelen:
4 De leerlingen leren informatie te achterhalen in informatieve en instructieve teksten, waaronder schema’s, tabellen en digitale bronnen.
5 De leerlingen leren naar inhoud en vorm teksten te schrijven met verschillende functies, zoals: informeren, instrueren, overtuigen of plezier verschaffen.
6 De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het lezen van school- en studieteksten en andere instructieve teksten, en bij systematisch geordende bronnen, waaronder digitale bronnen.
7 De leerlingen leren informatie en meningen te vergelijken en te beoordelen in verschillende teksten.
8 De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.
9 De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.39 De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
9 De leerlingen leren over de mondiale ruimtelijke spreiding van bevolkingsconcentraties en godsdiensten, van klimaten, energiebronnen en van natuurlandschappen zoals vulkanen, woestijnen, tropische regenwouden, hooggebergten en rivieren.
54 De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken, om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.
55 De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
