Pluriforme samenleving

Pluriforme samenleving

Welkom

Beste leerlingen,

Welkom bij deze digitale les over het hoofdstuk pluriforme samenleving. In deze Wikiwijs-module gaan jullie zelfstandig aan de slag met paragraaf 7.2 Hokjesdenken en paragraaf 7.3 Integratie. Het is de bedoeling dat je de uitleg en opdrachten in je eigen tempo doorneemt en hier rustig aan werkt. Als je vragen hebt, kun je je vinger opsteken en zal ik langskomen om je te helpen.

Deze les sluit aan op wat we eerder hebben besproken in de klas en gaat dieper in op de manier waarop mensen in groepen worden ingedeeld, hoe stereotypen en vooroordelen ontstaan en welke vormen van integratie er in de samenleving bestaan. Dit zijn belangrijke onderwerpen, niet alleen voor deze les, maar ook om de wereld om je heen beter te begrijpen.

Neem de theorie zorgvuldig door en maak de bijbehorende opdrachten. Aan het einde van deze Wikiwijs-les volgt een toets om te testen hoeveel je hebt begrepen. Deze toets helpt je om je kennis te verdiepen en voor te bereiden op toekomstige lessen en toetsen.

Als je ergens niet uitkomt, stel gerust je vragen. Succes!

Met vriendelijke groet,

Mevrouw Satici

Leerdoelen

De leerdoelen voor deze les zijn:

  • Je kunt beschrijven wat vooroordelen en stereotypen zijn en hoe deze ontstaan.​

  • Je kunt voorbeelden noemen en herkennen van vooroordelen ​en stereotypen.​

  • Je kunt uitleggen wat discriminatie en racisme is en de gevolgen ervan beschrijven.

  • Je kunt het verschil uitleggen tussen assimilatie, segregatie​ en integratie.​

  • Je kunt uitleggen op welke manier integratie past bij de​ Nederlandse basiswaarden.​

  • Je kunt een voordeel en een nadeel geven van integratie​ en segregatie,

Herhalingsopdrachten

Voordat we verder gaan met de nieuwe stof, beginnen we met een korte herhaling van paragraaf 7.1. Het is belangrijk om de basis goed te begrijpen, zodat je de onderwerpen in de volgende paragrafen beter kunt plaatsen.

In deze opdracht ga je zelfstandig aan de slag met vragen over de kernbegrippen en hoofdpunten uit de vorige les. Dit helpt je om de belangrijkste informatie te herhalen en eventuele onduidelijkheden op te lossen. Neem de tijd en probeer de opdrachten zorgvuldig te maken.

Mocht je ergens vastlopen of vragen hebben, steek dan je vinger op, dan kom ik langs om je te helpen.

Succes!

 

§7.2 Hokjesdenken

Beginnersniveau

Beste studenten,

 

Je hebt gekozen voor het beginnersniveau. Het is de bedoeling dat je de onderstaande tekst aandachtig leest. De tekst gaat over hokjesdenken, stereotypen en discriminatie. Lees rustig de tekst door en maak de bijbehorende opdrachten.

 

Als je vragen hebt, steek je vinger op en dan kom ik bij je langs.

 

Succes!

 

 

Hokjesdenken
Wanneer je iemand voor het eerst ziet, denk je vaak meteen iets over die persoon. Dit gebeurt automatisch in je hoofd. Je hersenen verdelen mensen in groepen om dingen sneller te begrijpen. Dit noemen we hokjesdenken. Bijvoorbeeld: iemand met een bril is slim, iemand met dure kleding is rijk. Soms klopt dit, maar vaak niet.

Soms denken mensen dat iedereen in een bepaalde groep hetzelfde is. Dit noemen we een stereotype. Een voorbeeld hiervan is: "Alle voetballers zijn stoer" of "Meisjes zijn goed in taal en jongens in wiskunde." Dit is niet eerlijk, want niet iedereen is hetzelfde.

Stereotypen kunnen leiden tot vooroordelen. Dit betekent dat je al een mening over iemand hebt zonder die persoon echt te kennen. Bijvoorbeeld: je ziet iemand met een motorjack en denkt: "Hij zal wel gevaarlijk zijn." Maar misschien is hij juist heel aardig.

Als mensen op basis van deze vooroordelen anderen ongelijk behandelen, noemen we dat discriminatie. Dit betekent dat iemand anders wordt behandeld vanwege zijn huidskleur, geloof, leeftijd of iets anders. Bijvoorbeeld: een werkgever kiest altijd iemand zonder hoofddoek, ook al heeft de persoon met een hoofddoek meer ervaring.

Discriminatie is verboden in Nederland, maar het gebeurt nog steeds. Mensen worden soms buitengesloten, gepest of krijgen minder kansen. Dit is slecht voor de samenleving, omdat groepen elkaar minder vertrouwen. Daarom is het belangrijk om na te denken over hoe je over anderen oordeelt en niet te snel conclusies te trekken.

Gemiddeld niveau

Beste studenten,

 

Je hebt gekozen voor het gemiddelde niveau. Dit betekent dat je de tekst niet alleen gaat lezen, maar ook goed gaat nadenken over de inhoud. De tekst legt uit hoe hokjesdenken, stereotypen en discriminatie invloed hebben op de samenleving. Lees de tekst goed door en maak dan de bijbehorende opdrachten.

 

Als je vragen hebt, steek je vinger op en dan kom ik bij je langs.

 

Succes!

 

Hokjesdenken
Wanneer je iemand voor het eerst ziet, heb je vaak meteen een mening over die persoon. Dit komt doordat je hersenen mensen automatisch in groepen verdelen. Dit noemen we hokjesdenken. Het helpt om snel situaties te begrijpen, maar het kan er ook voor zorgen dat je iemand verkeerd beoordeelt.

Stereotypen zijn vaststaande beelden over een groep mensen, bijvoorbeeld: "Alle voetballers zijn arrogant" of "Jongens zijn beter in techniek dan meisjes." Deze beelden zijn vaak niet gebaseerd op feiten.

Stereotypen kunnen leiden tot vooroordelen. Dit betekent dat je over iemand oordeelt zonder hem of haar echt te kennen. Bijvoorbeeld: "Die man met een motorjack zal wel crimineel zijn."

Vooroordelen kunnen ervoor zorgen dat mensen anderen discrimineren. Dit betekent dat mensen anders behandeld worden vanwege hun uiterlijk, afkomst of geloof. In Nederland is discriminatie verboden, maar het komt nog steeds voor, bijvoorbeeld bij het zoeken naar een baan of bij politiecontroles.

Discriminatie zorgt voor sociale ongelijkheid. Dit betekent dat niet iedereen dezelfde kansen krijgt. Ook kan het leiden tot minder vertrouwen tussen groepen in de samenleving. Daarom is het belangrijk om je bewust te zijn van hokjesdenken en discriminatie tegen te gaan.

Gevorderd niveau

Beste studenten,

 

Je hebt gekozen voor het expert niveau. Dit betekent dat je niet alleen de tekst leest, maar ook goed nadenkt over wat dit betekent in de echte wereld. De tekst gaat over hokjesdenken, stereotypen en discriminatie en hoe deze dingen de samenleving beïnvloeden.

 

Lees de tekst kritisch door en maak daarna de opdrachten. Denk na over voorbeelden uit het dagelijks leven en waarom deze onderwerpen belangrijk zijn. Geef duidelijk uitleg bij je antwoorden.

 

Heb je vragen? Steek je vinger op en dan kom ik bij je langs.

 

Succes!

 

Hokjesdenken, stereotypen en discriminatie
Wanneer je iemand ontmoet, heb je vaak direct een indruk van die persoon. Dit komt doordat je hersenen mensen indelen in categorieën. Dit proces heet hokjesdenken. Het helpt ons de wereld overzichtelijk te maken, maar het kan er ook voor zorgen dat we een verkeerd beeld van iemand krijgen.

Stereotypen zijn overdreven beelden van een groep mensen. Ze ontstaan doordat we onze ervaringen en waarnemingen veralgemenen. Denk aan: "Alle rijke mensen zijn arrogant" of "Meisjes zijn beter in taal dan in wiskunde." Stereotypen zijn vaak niet gebaseerd op feiten, maar kunnen wel invloed hebben op hoe we mensen behandelen.

Wanneer een stereotype ervoor zorgt dat je iemand beoordeelt zonder die persoon te kennen, spreken we van een vooroordeel. Bijvoorbeeld: "Die man met een jack van een motorclub is vast crimineel." Dit oordeel is gebaseerd op een beeld, niet op feiten.

Vooroordelen kunnen leiden tot discriminatie. Dit betekent dat mensen ongelijk behandeld worden op basis van kenmerken zoals afkomst, geslacht, leeftijd of religie. In Nederland is discriminatie verboden (Artikel 1 van de Grondwet), maar het komt nog steeds voor. Denk aan bedrijven die sollicitanten met een buitenlandse naam minder snel uitnodigen of aan etnisch profileren door de politie.

Discriminatie draagt bij aan sociale ongelijkheid en kan negatieve gevolgen hebben voor slachtoffers. Ze kunnen zich buitengesloten voelen, minder kansen krijgen op werk of zelfs psychische klachten ontwikkelen. Dit tast de sociale cohesie aan, omdat het vertrouwen in de samenleving afneemt. Daarom is het belangrijk om bewust om te gaan met hokjesdenken en vooroordelen te doorbreken.

§7.3 Integratie

Beginnersniveau

Beste studenten,

 

Je hebt gekozen voor het beginnersniveau. Het is de bedoeling dat je de onderstaande tekst aandachtig leest. De tekst gaat over assimilatie, segregatie en integratie. Lees rustig de tekst door en maak de bijbehorende opdrachten.

 

Als je vragen hebt, steek je vinger op en dan kom ik bij je langs.

 

Succes!

 

 

Mensen van over de hele wereld komen naar Nederland en brengen hun eigen gewoonten en cultuur mee. Dit kan heel anders zijn dan de Nederlandse cultuur. Bijvoorbeeld de taal, kleding en omgangsvormen. Ook zijn de regels anders. In Nederland mag je een relatie hebben met iemand van hetzelfde geslacht, maar in landen zoals Iran is dit verboden.

Het is vaak lastig voor nieuwkomers om hun plek in Nederland te vinden. Sommige mensen vinden dat nieuwkomers zich volledig moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur. Dit heet assimilatie, waarbij je alles van je eigen cultuur achterlaat. Dit is voor veel mensen moeilijk, want je verliest dan een deel van jezelf.

Het tegenovergestelde van assimilatie is segregatie. Dit betekent dat mensen in groepen gescheiden van elkaar leven, zonder zich aan te passen. Dit kan negatief zijn, omdat nieuwkomers dan de taal en cultuur niet leren kennen, wat hen kansen op werk en school kan kosten.

Nederland kiest voor integratie. Dit betekent dat nieuwkomers zowel hun eigen cultuur kunnen behouden als zich aanpassen aan de Nederlandse waarden, zoals vrijheid en gelijkheid. Ze moeten de Nederlandse taal leren en actief meedoen in de samenleving, bijvoorbeeld door werk of school. De overheid helpt hierbij, bijvoorbeeld met cursussen en extra geld voor taalonderwijs. Integratie is soms moeilijk, maar het is belangrijk dat mensen met verschillende culturen goed met elkaar om kunnen gaan om sociale problemen te voorkomen.

Gemiddeld niveau

Beste studenten,

 

Je hebt gekozen voor het beginnersniveau. Het is de bedoeling dat je de onderstaande tekst aandachtig leest. De tekst gaat over assimilatie, segregatie en integratie. Lees rustig de tekst door en maak de bijbehorende opdrachten.

 

Als je vragen hebt, steek je vinger op en dan kom ik bij je langs.

 

Succes!

 

 

Mensen uit verschillende landen komen naar Nederland en brengen hun eigen gewoonten en cultuur mee. Deze cultuur kan sterk verschillen van de dominante Nederlandse cultuur, zoals de taal, kleding, omgangsvormen en de wetten. In Nederland is het bijvoorbeeld toegestaan om een relatie te hebben met iemand van hetzelfde geslacht, maar in sommige andere landen, zoals Iran, is dit verboden.

De meeste nieuwkomers vinden uiteindelijk hun plek in Nederland, maar dit proces is niet altijd eenvoudig. Het roept vragen op over hoe nieuwkomers zich moeten aanpassen en wat er van hen wordt verwacht. Sommigen vinden dat nieuwkomers zich volledig moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur. Dit heet assimilatie. Bij assimilatie laat je veel van je eigen cultuur achter en neem je de dominante cultuur over, bijvoorbeeld door geen hoofddoek meer te dragen of geen Ramadan meer te vieren. Dit kan voor veel mensen moeilijk zijn, omdat ze hun identiteit zouden verliezen.

Een ander mogelijk scenario is segregatie, waarbij groepen mensen gescheiden van elkaar leven. Dit betekent dat je je eigen cultuur niet hoeft los te laten, maar ook minder in contact komt met de dominante cultuur. Dit kan echter negatieve gevolgen hebben, zoals het niet goed leren van de Nederlandse taal, wat de kansen van nieuwkomers op de arbeidsmarkt en in het onderwijs kan verkleinen. Soms kiezen nieuwkomers er zelf voor om zich afzijdig te houden, maar soms ligt dit ook aan de rest van de samenleving die niet openstaat voor contact.

De Nederlandse overheid kiest voor integratie, een middenweg tussen assimilatie en segregatie. Bij integratie moeten nieuwkomers zich aanpassen aan de Nederlandse samenleving, maar mogen ze hun eigen waarden en gewoonten behouden. Ze moeten bijvoorbeeld de Nederlandse taal leren en actief meedoen in de samenleving, bijvoorbeeld door werk of studie. De overheid helpt hierbij, bijvoorbeeld door inburgeringscursussen en extra geld voor taallessen aan te bieden. Toch is integratie niet altijd gemakkelijk, vooral als er grote verschillen zijn tussen culturen. Het is belangrijk om goed met elkaar om te gaan om sociale spanningen te voorkomen en sociale cohesie te bevorderen.

Gevorderd niveau

Beste studenten,

 

Je hebt gekozen voor het beginnersniveau. Het is de bedoeling dat je de onderstaande tekst aandachtig leest. De tekst gaat over assimilatie, segregatie en integratie. Lees rustig de tekst door en maak de bijbehorende opdrachten.

 

Als je vragen hebt, steek je vinger op en dan kom ik bij je langs.

 

Succes!

 

 

De toenemende instroom van mensen uit diverse landen heeft de Nederlandse samenleving verrijkt, maar tegelijkertijd ook nieuwe vraagstukken opgeworpen omtrent culturele diversiteit en integratie. Migranten brengen hun eigen tradities, normen en waarden mee, die vaak afwijken van de dominante Nederlandse cultuur. Deze verschillen kunnen zich uiten in de taal, maar ook in gedrag, kleding en de omgang met regels en wetten. Zo is het bijvoorbeeld in Nederland toegestaan om een relatie te hebben met iemand van hetzelfde geslacht, terwijl dit in landen zoals Iran strikt verboden is.

De integratie van nieuwkomers is een complex proces, zowel voor de migranten zelf als voor de ontvangende samenleving. Het roept vragen op over de mate van aanpassing die verwacht wordt en wie zich moet aanpassen aan wie. Een extremere benadering van integratie is assimilatie, waarbij migranten de cultuur van het gastland volledig overnemen. Dit kan betekenen dat ze bijvoorbeeld hun eigen culturele praktijken, zoals het vieren van de Ramadan of het dragen van een hoofddoek, achter zich laten. Assimilatie kan voor veel mensen problematisch zijn, omdat het kan leiden tot een verlies van identiteit en verbondenheid met de eigen culturele achtergrond.

Het tegenovergestelde van assimilatie is segregatie, waarbij migranten in sociale en geografische isolatie leven, zonder de noodzaak om zich aan te passen aan de dominante cultuur. Dit resulteert vaak in het ontstaan van parallelle samenlevingen, waarin mensen vooral met elkaar omgaan binnen hun eigen culturele gemeenschap. Segregatie kan echter schadelijke gevolgen hebben, zoals het niet leren van de Nederlandse taal en het missen van kansen op werk en onderwijs, wat op zijn beurt de sociale mobiliteit en de integratie van migranten belemmert. Segregatie kan ook leiden tot wederzijds wantrouwen, stereotypering en toenemende sociale spanningen.

De Nederlandse overheid kiest voor integratie, dat gericht is op wederzijdse aanpassing. Dit model sluit aan bij de fundamentele waarden van de Nederlandse samenleving, zoals vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit. Integratie houdt in dat nieuwkomers zich niet volledig hoeven aan te passen of hun culturele identiteit op te geven, maar wel de Nederlandse taal leren en zich actief inzetten voor de samenleving, bijvoorbeeld door werk of onderwijs. De overheid faciliteert dit proces door inburgeringscursussen aan te bieden en financiële ondersteuning te geven voor taallessen. Echter, integratie is geen vanzelfsprekend proces en stuit vaak op uitdagingen zoals vooroordelen, sociale uitsluiting en wij-zij-denken. Het is van cruciaal belang dat verschillende groepen in de samenleving met elkaar in contact komen en elkaar leren kennen om sociale cohesie te bevorderen en conflicten te voorkomen.

Begrippen oefenen

Je bent goed bezig!

Je hebt al veel geleerd over paragraaf §7.2 en §7.3. Nu is het tijd om je kennis te testen en de begrippen  te oefenen. Dit helpt je om de stof beter te begrijpen en goed voorbereid te zijn op de toets.

Wat ga je nu doen?

  • Oefen de begrippen uit §7.2 en §7.3 in Quizlet.

  • Lees de definities goed door en probeer ze te onthouden.

  • Maak de verschillende oefenvormen zoals flitskaarten en test jezelf!

  • Tip: Herhaal de begrippen een paar keer. Hoe vaker je oefent, hoe beter je het onthoudt!

 

Veel succes!

 

 

Kennisclip

Oefentoets

Je bent goed bezig!

Je mag nu de oefentoets maken. Probeer de vragen zo goed mogelijk te beantwoorden. Dit helpt je om te zien wat je al goed begrijpt en waar je nog extra op kunt oefenen.

 

Succes!

 

 

Evaluatie

  • Het arrangement Pluriforme samenleving is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Melda Satici
    Laatst gewijzigd
    2025-06-16 21:53:21
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Pluriforme
    Leerniveau
    VMBO theoretische leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Werk, welzijn en welvaart; Maatschappijleer; Communicatie en samenleving; Cultuur, levensbeschouwing en identiteit; Macht, gezag en bestuur;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    45 uur 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Herhalingsopdracht §7.1

    Oefeningen

    Oefeningen

    Oefeningen

    Oefeningen

    Oefeningen

    Oefeningen

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.