Woordenschat
|
Onvoldoende
Je hebt een zeer elementaire woordenschat die bestaat uit geïsoleerde woorden. (0 punten)
In het verhaal is geen hoofdpersoon beschreven. (0 punten)
In het verhaal heb jij niet het onderwijs van de hoofdpersoon beschreven. (0 punten)
In het verhaal heb jij niet de droombaan binnen de zorgsector van de hoofdpersoon beschreven. (0 punten)
|
Voldoende
Je beschikt over voldoende woordenschat om alledaagse handelingen uit te voeren die betrekking hebben op vertrouwde situaties en onderwerpen, zoals school. (1 punt)
Je beschrijft de hoofdpersoon in het verhaal. (1punt)
In het verhaal heb jij het onderwijs van de hoofdpersoon benoemd. (1 punt)
In het verhaal heb jij de droombaan binnen de zorgsector van de hoofdpersoon benoemd. (1punt)
|
Goed
Je beschikt over een voldoende woordenschat om jezelf te uiten over de meeste onderwerpen die betrekking hebben op het dagelijks leven, zoals vrijetijdsbesteding, interesses en werk. (2 punten)
Je beschrijft de hoofdpersoon in het verhaal, met naam en leeftijd. (2 punten)
In het verhaal heb jij het onderwijs van de hoofdpersoon beschreven. Je hebt de naam van jouw school, jouw opleidingsniveau en leerjaar benoemd. (2punten)
In het verhaal heb jij de droombaan binnen de zorgsector van de hoofdpersoon beschreven en verteld waarom. (2 punten)
|
Grammatica
|
Je verhaal is onduidelijk en bevat veel grammaticale foutjes. (0 punten)
|
Je gebruikt een aantal eenvoudige constructies correct, maar je maakt nog wat fouten, maar het verhaal is begrijpelijk voor de lezer. (1 punt)
|
Je maakt met een redelijke mate van nauwkeurigheid gebruik van een repertoire van veelgebruikte ‘routines’ en patronen die bekend zijn van meer voorspelbare situaties. (2 punten)
|
Spelling
|
Jouw tekst bevat veel spellingsfouten. (0 punten)
|
Je kan korte woorden opschrijven uit je hoofd. Je tekst bevat nog wel wat spellingsfouten.
(1 punt)
|
Je kan een doorlopende tekst schrijven die over het algemeen helemaal te begrijpen is. Spelling en leestekens zijn correct genoeg om het grootste deel van de tijd te kunnen worden gevolgd.
(2 punten)
|
Samenhang
|
Je verbindt woordgroepen alleen met heel elementaire lineaire verbindingswoorden als ‘en’ of ‘dan'
(0 punten)
|
Je kunt woordgroepen verbinden met eenvoudige verbindingswoorden als ‘en’, ‘maar’ en ‘omdat’.
(1 punt)
|
Je kan een reeks kortere, op zichzelf staande eenvoudige elementen verbinden tot een samenhangende lineaire opeenvolging van punten.
(2 punten)
|
Punten
|
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
|
Cijfer
|
1
1,6
2,3
2,9
3,6
4,2
4,9
5,5
6,1
6,8
7,4
8,1
8,7
9,4
10
|