Niveau 6
Voorbeelden van werkstukken hout gekoppeld doelen van niveau 6
|
2. Zagen
|
1. Zaagt rechte lijnen met een handzaag
|
|
3. Schuren
|
1. Schuurt met een schuurblokje
|
Voorbeeld 1:
Boomstammetjes zagen. Boomstammetjes om een glazen pot binden met staaldraad. In de pot kan een waxinelichtje.
Voorbeeld 2:
|
1. Aftekenen en meten
|
1. Tekent af m.b.v. een mal
|
|
2. Zagen
|
1. Zaagt rechte lijnen met een handzaag
2. Brandt een lijn in hout
|
|
3. Schuren
|
1. Schuurt met een schuurblokje
|
|
4. Verbinden
|
1. Slaat met een hamer in het hout
2. Verwijdert een spijker met een (klauw)hamer of nijptang
|
|
5.Materiaalkennis
|
1. Benoemt/kent de functie van een mal, spijker, (klauw)hamer, handzaag,
schuurblokje
|
Voorbeeld 1:
Zaag een stuk plank in een rechte lijn. Teken met een mal een vorm op de plank. Spijker op de getekende vorm. Maak het garen met een knoop aan een spijker vast. Trek het garen van de ene naar de andere spijker. Maak het uiteinde ook met een knoop vast.
Voorbeeld 2:
insectenhotel
Zaag de planken op de juiste maat. Schuur alles glad. Spijker de uiteinden aan elkaar. Maak ook een achterkant. Spijker de plankjes vast. Leg er verschillende materialen ibv. bamboe, hooi en stro, houtsnippers, mos, droge bladeren .Spijker het gaas er voor vast.
Niveau 7
Voorbeelden van werkstukken hout gekoppeld aan doelen van niveau 7
|
1. Aftekenen en meten
|
1. Tekent af m.b.v. carbonpapier
|
|
2. Zagen
|
1. Zaagt een rechte lijn met een handfiguurzaag
|
|
3. Schuren
|
1. Schuurt verschillende vormen zonder schuurblokje
|
|
4. Verbinden
|
1. Boort een gat met de kolomboor
|
|
5.Materiaalkennis
|
1. Benoemt/kent de functie van carbonpapier, kolomboor, houtlijm, schuurpapier,
handfiguurzaag
|
Voorbeeld 1
Een kerstboom waar je ledlampjes van achter naar voren erin steekt . De boom wordt vastgemaakt op een plankje.
Voorbeeld 2
Zaag boomstammetjes van verschillende dikten. Boor in het midden een gaatje. Maak van dik draad een vorm. Rijg de de boomstammetjes er doorheen. Maak het aan het uiteinde vast. Je kunt de vorm ook evt. verlichten met ledlampjes.
Niveau 8
Voorbeelden van werkstukken hout met doelen van niveau 8
|
1. Aftekenen en meten
|
1. Tekent af m.b.v. een rolmaat/duimstok in cm (hoe groot moet het plankje zijn?)
|
|
2. Zagen
|
1. Zaagt ronde vormen met de handfiguurzaag
2. Vervangt een zaagje
|
|
3. Schuren
|
1. Schuurt met een schuurmuis/delta
|
|
4. Verbinden
|
1. Boort een gat met een accuboor
2. Boort een gat met een elektrische boor
|
|
5.Materiaalkennis
|
1. Benoemt/kent de functie van rolmaat, duimstok handfiguurzaag, accuboor
|
Voorbeeld 1
voorkant achterkant
Het paasei kan in een pot met aarde gezet worden of bevestgd met een plankje aan de onderkant.
Voorbeeld 2
Meet eerst de grootte van het stukje triplex. Zaag het af. Trek de mal om of teken een figuur en zaag het uit. Boor een gat Verf het figuur. Steek een touwtje door het gat en hang het op.
Voorbeeld 3
Meet eerst de grootte van het stukje triplex. Zaag het af. Trek de mal om en zaag het uit. Schrijf de tekst erop en brandt de lijn in het hout. Brandt ook een mooie verschiering langs de rand. Boor een gat, steek er een touwtje door en maak het uiteinde vast.
Niveau 9
Voorbeelden van werkstukken hout met doelen van niveau 9
|
1. Aftekenen en meten
|
1. Tekent af m.b.v. winkelhaak/blokhaak
|
|
2. Zagen
|
1. Zaagt ronde vormen met de handfiguurzaag
2. Zaagt gedetailleerde figuren met een handfiguurzaag
|
|
3. Schuren
|
1. Gebruikt de vijl/rasp met beide handen
2. Werkt hout af (acrylverven, acryllakken, oliën)
|
|
4. Verbinden
|
1. Verbindt hout d.m.v. een schroef m.b.v. een schroevendraaier (rechtsom in en
linksom uit
2. Lijmt met houtlijm (en klemmen)
|
|
5.Materiaalkennis
|
1. Benoemt/kent de functie van winkelhaak, blokhaak, elektrisch figuurzaag, schroevendraaier, klemmen
2. Benoemt/kent de functie van vijl, rasp
|
Voorbeeld 1:
Teken een stukhout af met een winkelhaak/blokhaak. Teken een vogelvorm. Zaag het uit met de handfiguurzaag. Schuur de randen vlak af. Boor twee kleine gaatjes aan de onderkant voor de poten. Maak van drie stukken staaldraad twee pootjes. Lijm de pootjes vast. Zorg dat de vogel kan staan. Brand evt. een oogje aan beiden kanten.
