ICT KW1C S&B Jaar 1

ICT Leerjaar 1 SB KW1C

Inleiding ICT Jaar 1 Opleiding Sport en Bewegen KW1C

Beste student,

Op deze website gaan jullie komende periode werken aan jullie digitale vaardigheden. Jullie gaan in de eerste week kennis maken met de verschillende digitale tools die wij gebruiken binnen het KW1C.

 

In week 2 tot en met 9 gaan jullie de basisvaardigheden leren over de drie belangrijkste applicaties van Microsoft:

- Word

- PowerPoint

- Excel

 

Het goed kunnen beheersen van de drie Microsoft applicaties is van belang bij het maken van jullie examens tijdens de opleiding.

Week 1: Kennismaken met de systemen

Mportaal (Startpunt Koning Willem 1 College)

Het MPortaal van het Koning Willem 1 College.  

De belangrijkste 'tegels': 
1. B3net: Hier regel jouw stagezaken.  
2: Mijn Rooster: Hier kun jij jouw meest actuele rooster bekijken.  
3. Eduarte: Hier kun jij onder andere jouw behaalde resultaten inzien en jouw Keuzedelen kiezen.
4. ELO: Hier kun jij alle lesmaterialen, lesplanning vinden en opdrachten inleveren. (Wordt op ten duur vervangen door Brightspace). 

Startpunt Leijgraaf (ALLEEN voor Locatie Oss)

Week 2,3 en 4 Microsoft Word

In week 2, 3 en 4 gaan we verder met de basisvaardigheden met betrekking tot Microsoft Word.

Over Word

 

Word is de plek binnen Microsoft Office waarin je met tekst werkt. Word bestaat sinds 1983 en is een van de meest gebruikte tekstverwerkingsprogramma's ter wereld. Het is het ideale programma voor al jouw teksten, verslagen en aantekeningen. Je gebruikt het programma om zelf teksten in te typen, maar ook de teksten van je vrienden te lezen. Je kunt jouw teksten extra leuk maken met kleuren, afbeeldingen, animaties en nog veel meer. Je zult zien dat je Word vaak gaat gebruiken op school, in je toekomstige opleiding en baan en misschien ook wel in je persoonlijke leven.

In deze les gaan we daarom aan de slag met Word! Je leert bijvoorbeeld hoe je een Word-document opent en opslaat, tekst bewerkt en afbeeldingen toevoegt. Deze vaardigheden kun je later toepassen bij andere vakken. Veel succes!

Word - Document aanmaken

1. Word-document openen

  Waarom is dit handig?


Voordat je in een Word-document aan de slag kunt, moet je eerst weten hoe je een Word-document kunt openen.
 

  Hoe werkt het?


Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een Word-document kunt openen.


Uitleg

Stap 1: Klik linksonder in het bureaublad op het startmenu (zie afbeelding).


Stap 2: Zoek in het startmenu naar 'Word' en klik hier op. Word wordt nu geopend.

Stap 3: Klik op de knop 'Leeg document'. Er wordt nu een leeg Word-document geopend.

 

Opdracht 1


Open onderstaand Word-document. Dit is het document waarin je de opdrachten van deze website gaat maken. Dit document lever je aan het eind van de les in bij je docent.
 

  Meer weten?


Tips

  • Je kunt Word toevoegen aan je taakbalk zodat je nooit meer hoeft te zoeken naar het programma.
  • Je kunt Word ook toevoegen aan je bureaublad.
  • Heb je al een Word-document op je computer staan, dan kun je ook dubbelklikken op dit document om Word te openen.
  • Als je Word opent, kun je ook kiezen voor kant- en klare lay out's, zoals een kalender, folder, zakelijk verslag en nog veel meer.
  • Op het internet kun je nog meer lay-outs vinden voor je Word-document. Dit bespaart veel tijd en is vaak gratis. Kijk bijvoorbeeld eens op deze website.
     

2. Word-document opslaan

  Waarom is dit handig?


Het overkomt iedereen weleens: je hebt uren gewerkt in een Word-document zonder het document op te slaan en je laptop loopt vast. Weg document. Om dit te voorkomen, is het belangrijk dat je weet hoe je een Word-document moet opslaan. Ook moet je een Word-document opslaan voordat je deze kunt versturen naar je docent of vrienden.  
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een Word-document kunt opslaan.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Bestand'.

Stap 2: Klik op 'Opslaan als'.

Stap 3: Klik op 'Bladeren'. Er opent nu een nieuw venster (Opslaan als).

Stap 4: Klik in het linkermenu van dit venster op de juiste map (bijv. 'Documenten').

Stap 5: Geef het document een naam (bijv. Kim_Janssen_ICTWord).

Stap 6: Klik op de knop 'Opslaan'.

Extra uitleg
Om het document na aanpassingen (bijv. het typen van een nieuw stuk tekst) weer op te slaan, hoef je niet nog een keer dezelfde stappen te doorlopen. Je kunt het document nu opslaan door:
1. Naar het tabblad 'bestand' te gaan en hier op 'Opslaan' te klikken OF
2. Linksboven in Word op de knop 'Opslaan' te klikken (zie afbeelding).
 

 

Opdracht 2


Voor de vorige opdracht heb je een Word-document geopend. Voordat je in dit document gaat werken, sla je eerst het document op met de volgende naam: voornaam_achternaam_ICTWord
 

  Meer weten?

 

Toetscombinaties

  • Om je document op te slaan, kun je ook gebruik maken van een snelle toetscombinatie, namelijk CTRL + S
  • Om je document op te slaan en daarna ook te sluiten, kun je gebruik maken van een snelle toetscombinatie, namelijk CTRL + D

Weetjes

  • Je kunt het document niet alleen opslaan als Word-document, maar ook als PDF-bestand. Hiervoor moet je bij het opslaan bij 'bestandsindeling' kiezen voor PDF.
     

Check je kennis

Word - Opmaak aanpassen

3. Vet/cursief/onderstreept maken

  Waarom is dit handig?


Soms wil je extra nadruk leggen op een bepaald woord of een zin eruit laten springen in je tekst. Je kunt de tekst dan vet, cursief (schuin) of onderstreept maken. Vet en onderstreept worden vaak gebruikt om een woord op te laten vallen in een tekst. Cursief wordt vaak gebruikt om een woord uit een andere taal aan te geven. Daarnaast maak je ook vaak kopjes in je tekst vetgedrukt.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je tekst vet, cursief en/of onderstreept maakt.


Uitleg

Vetgedrukt maken

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: Klik in de groep 'Lettertype' op B (zie afbeelding). Je kunt nu vetgedrukt typen.



Schuingedrukt maken

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: Kik in de groep 'Lettertype' op I (zie afbeelding). Je kunt nu cursief typen.



Onderstreept maken

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 2: Kik in de groep 'Lettertype' op U (zie afbeelding). Je kunt nu onderstreept typen.


Extra uitleg

  • Je kunt de functies 'vet', 'cursief' en 'onderstreept' uitzetten, door nogmaals op de bijbehorende knoppen (B, I of U) te klikken.
  • Je kunt tekst die je al hebt getypt vet, cursief of onderstreept maken, door de tekst te selecteren* en op B, I of U te klikken.
     

* Tekst selecteren
Je selecteert tekst door de muis (cursor) te verplaatsen naar het begin van het woord of de zin die je wilt selecteren. Je houdt de linkermuisknop ingedrukt en sleept met de muis over de tekst. Als je de juiste tekst hebt geselecteerd, laat je de muisknop los. De geselecteerde tekst wordt grijs (zie afbeelding).


 

Opdracht 3


Maak de onderstaande opdrachten onder 'Opdracht 3' in het Word-document.

  1. Typ het volgende in je document (vetgedrukt): ICT-basisvaardigheden Word
  2. Typ daaronder het volgende (cursief/schuingedrukt): Jouw voornaam en achternaam
  3. Typ daaronder het volgende (onderstreept): Jouw klas
     
  Meer weten?


Toetscombinaties

  • Om tekst vetgedrukt te maken, kun je ook de tekst selecteren en toetscombinatie CTRL + B gebruiken.
  • Om tekst cursief te maken, kun je ook de tekst selecteren en toetscombinatie CTRL + I gebruiken.
  • Om tekst onderstreept te maken, kun je ook de tekst selecteren en toetscombinatie CTRL + U gebruiken.

Tips

  • Je kunt tekst ook vetgedrukt, cursief en onderstreept maken in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie afbeelding hieronder). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

Weetjes

  • Het Engelse woord voor 'vetgedrukt' is bold (vandaar de B).
  • Het Engelse woord voor 'cursief' is italic (vandaar de I).
  • Het Engelse woord voor 'onderstreept' is underlined (vandaar de U).
     

4. Verschillende lettertypen toepassen

  Waarom is dit handig?


Microsoft Word bevat veel verschillende lettertypen waar je uit kunt kiezen, zoals:

  • Arial
  • Comic Sans MS
  • Times New Roman
  • Georgia
  • Verdana

Een sollicitatiebrief vraagt een ander lettertype dan een Sinterklaas-gedicht. Daarom is het handig om te weten hoe je het lettertype verandert.  
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je het lettertype kunt veranderen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Lettertype' zie je een wit balkje met een tekst (in de afbeelding 'Calibri'). Dit is  de naam van een lettertype. Klik op het pijltje naast deze naam. Je krijgt nu een lijst met verschillende lettertypes te zien.



Stap 4: Kies een lettertype en klik hier op. Je kunt nu typen in het gekozen lettertype.


Extra uitleg
Om het lettertype van een tekst die je al hebt getypt te veranderen, kun je bijna dezelfde stappen doorlopen. Je vervangt stap 2 door: selecteer de tekst waarvan je het lettertype wilt veranderen.
 

Opdracht 4


Maak de onderstaande opdrachten onder 'Opdracht 4' in het Word-document.

  1. Schrijf twee zinnen over je favoriete hobby in het lettertype Verdana.
  2. Schrijf daarna twee zinnen over het leukste wat je in de zomervakantie hebt gedaan in het lettertype Georgia.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt ook het lettertype veranderen in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie onderstaande afbeelding). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

Weetjes

  • Je kunt op internet nog veel meer lettertypen (Fonts in het Engels) vinden die je (vaak gratis) kunt downloaden en importeren in Word. Deze website kun je hier bijvoorbeeld goed voor gebruiken.
     

5. Grootte lettertype aanpassen

   Waarom is dit handig?


Door het lettertype groter of kleiner te maken, kun je onderscheid maken tussen tekst. Zo kun je bijvoorbeeld van bepaalde tekst een kopje maken of een titel op de voorblad van je Word-document.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je de grootte van je lettertype (tekengrootte) kunt aanpassen.


Uitleg

De grootte van het lettertype (tekengrootte) dat je in een Word-document gebruikt, kun je op verschillende manieren veranderen.

Optie 1

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Lettertype' zie je een wit balkje met een cijfer (in de afbeelding '11'). Dit is de tekengrootte. Klik op het pijltje naast dit cijfer. Je krijgt nu een lijst met verschillende tekengroottes te zien.



Stap 4: Kies een tekengrootte en klik hier op. Je kunt nu typen in de gekozen tekengrootte.


Optie 2

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Lettertype' zie je twee knoppen (zie afbeelding).



Klik op om de tekengrootte te vergroten of om de tekengrootte te verkleinen. Je kunt nu typen in de gekozen tekengrootte.


Extra uitleg
Om de tekengrootte van een tekst die je al hebt getypt te veranderen, kun je bijna dezelfde stappen doorlopen. Je vervangt stap 2 door: selecteer de tekst waarvan je de tekengrootte wilt veranderen.
 

Opdracht 5


Maak de onderstaande opdrachten onder 'Opdracht 5' in het Word-document.

  1. Typ de titel van je favoriete film en zet deze titel in tekengrootte 26.
  2. Typ daaronder de naam van je favoriete muziekartiest en zet deze naam in tekengrootte 8.
     
  Meer weten?


Toetscombinaties

  • Om het lettertype groter te maken, kun je ook de tekst selecteren en vervolgens de volgende toetscombinatie toepassen: CTRL + SHIFT + >.
  • Om het lettertype kleiner te maken, kun je ook de tekst selecteren en vervolgens de volgende toetscombinatie toepassen: CTRL + SHIFT + <.

Tips

  • Je kunt ook de grootte van je lettertype aanpassen in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert. Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start' (zie onderstaande afbeelding).

     

6. Kleur lettertype aanpassen

 Waarom is dit handig?


Door de kleur van je lettertype aan te passen, kun je bepaalde tekst laten opvallen tussen alle zwarte letters. Dit is bijvoorbeeld handig als je feedback geeft op een tekst van je klasgenoot; zo is gemakkelijk te onderscheiden welke tekst jouw feedback is.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je de tekstkleur kunt aanpassen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: In de groep 'Lettertype' zie je de knop 'tekstkleur' (zie afbeelding).
Klik op het pijltje. Je krijgt nu een lijst met verschillende 'themakleuren' en 'standaardkleuren' te zien.



Stap 3: Kies een kleur en klik hier op. Je kunt nu typen in de gekozen kleur.


Extra uitleg
Je kunt de tekstkleur ook veranderen nadat je al een tekst hebt getypt. In dit geval selecteer je de tekst waarvan je de kleur wilt veranderen en doorloop je de bovenstaande stappen.
 

Opdracht 6


Maak de onderstaande opdrachten onder 'Opdracht 6' in het Word-document.

  1. Typ je favoriete gerecht in tekstkleur rood.
  2. Typ daaronder je favoriete snack in tekstkleur paars.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt de kleur van tekst ook aanpassen in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie onderstaande afbeelding). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

  • Als je de kleur van jouw tekst aanpast, kun je kiezen uit 'Themakleuren' en 'Standaardkleuren'. Als je onder 'Standaardkleuren' klikt op 'Meer kleuren', kun je uit nog veel meer kleuren kiezen. Hier kun je ook door middel van het - icoontje zelf een kleur kiezen die al in je document voorkomt. Dit is handig om bijvoorbeeld de kleur overeen te laten komen met een kleur in een afbeelding.
     

7. Regelafstand aanpassen

 Waarom is dit handig?


De regelafstand is de ruimte tussen zinnen in je Word-document. Het aanpassen van de regelafstand is vooral handig als je de tekst wat meer wilt spreiden over de pagina. Ook kun je voor een grotere regelafstand kiezen als je zelf nog tekst wilt kunnen schrijven tussen de zinnen als je tekst is uitgeprint.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je de regelafstand kunt aanpassen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Alinea' zie je de knop 'regel- en alinea- afstand' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Je krijgt nu een lijst met verschillende regelafstanden te zien.
 



Stap 4: Kies een regelafstand en klik hier op. Je kunt nu typen met de gekozen regelafstand.


Extra uitleg
Om de regelafstand van een tekst die je al hebt getypt te veranderen, kun je bijna dezelfde stappen doorlopen. Je vervangt stap 2 door: selecteer de tekst waarvan je de regelafstand wilt veranderen.
 

Opdracht 7


Maak de onderstaande opdracht onder 'Opdracht 7' in het Word-document.

  1. Schrijf drie regels over jouw woonplaats en zet de regelafstand tussen de drie regels op 2,0.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt de regelafstand ook aanpassen in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie afbeelding hieronder). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.


 

8. Tekst markeren met kleurtjes

 Waarom is dit handig?


Als je aantekeningen maakt in een schrift, vind je het misschien fijn om bepaalde woorden of zinnen te markeren met een markeerstift. In een Word-document kun je precies hetzelfde doen. Met de markeerfunctie kun je bijvoorbeeld belangrijke begrippen een kleurtje geven.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je tekst kunt markeren met kleurtjes.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: In de groep 'Lettertype' zie je de knop 'tekstmarkeringskleur' (zie afbeelding). Klik op het pijltje. Je krijgt nu een overzicht met verschillende markeringskleuren te zien.



Stap 3: Kies een kleur en klik hier op.

Stap 4: Verplaats je muis naar het begin van het woord of de zin die je wilt markeren. Houdt de linkermuisknop ingedrukt en sleep de muis over tekst die je wilt markeren. Laat de muis los als je klaar bent met markeren.

(Stap 5: Om de optie 'tekstmarkering' uit te zetten, druk je nogmaals op de teksmarkeringsknop).


Extra uitleg

Tekstmarkering verwijderen

Stap 1: Je gaat naar het overzicht met de verschillende tekstmarkeringskleuren en klikt op de knop 'Geen kleur' (zie afbeelding).

Stap 2: Je sleept de muis (met de linkermuisknop ingedrukt) over de gemarkeerde tekst. De tekstmarkering verdwijnt.
 

 

 

Opdracht 8


Maak de onderstaande opdrachten onder 'Opdracht 8' in het Word-document.

  1. Typ een land waar je graag naar toe zou willen en markeer dit land met een gele kleur.
  2. Typ daaronder je favoriete schoolvak en markeer dit vak met een groene kleur.
     

 

  Meer weten?


Tips

  • Je kunt tekst ook markeren door middel van de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie onderstaande afbeelding). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

 

Check je kennis

Word - Elementen toevoegen

9. Opsomming toevoegen

 Waarom is dit handig?


Door gebruik te maken van een opsomming, kun je tekst op een overzichtelijke manier weergeven. Je kunt hiervoor bijvoorbeeld gebruik maken van cirkeltjes, streepjes en vinkjes.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een opsomming kunt toevoegen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Alinea' zie je de knop 'opsommingstekens' (zie afbeelding). Klik op het pijltje. Je krijgt nu een lijst met verschillende opsommingstekens te zien.



Stap 4: Kies een opsommingsteken en klik hier op. Het opsommingsteken verschijnt in je Word-document. Je kunt achter dit opsommingsteken beginnen met typen.

Stap 5: Als je een woord of zin hebt getypt achter een opsommingsteken, druk je op 'enter' voor het volgende opsommingsteken.



Extra uitleg
Je kunt in plaats van de optie 'opsomming' ook gebruik maken van de optie 'nummering' (1, 2, 3).

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in het document met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Alinea' zie je de knop 'nummering' (zie afbeelding). Klik op het pijltje. Je krijgt nu een lijst met verschillende nummeringsopties te zien.



Stap 4: Kies een nummeringsteken en klik hier op. Het nummeringsteken verschijnt in je Word-document. Je kunt achter dit nummeringsteken beginnen met typen.

Stap 5: Als je een woord of zin hebt getypt achter een nummeringsteken, druk je op 'enter' voor het volgende nummeringsteken.
 

 

Opdracht 9


Maak de onderstaande opdracht onder 'Opdracht 9' in het Word-document.

  1. Typ drie dingen die jij absoluut niet lekker vindt en maak hier een opsomming van met zwarte bolletjes.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt ook een opsomming toevoegen door middel van de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie onderstaande afbeelding). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

  • Je kunt ook een opsomming toevoegen met verschillende niveaus door gebruik te maken van het - icoontje. 

     

10. Afbeelding toevoegen

  Meer weten?


Tips

  • Je kunt gemakkelijk een afbeelding van het internet toevoegen aan je Word-document. Hiervoor hoef je alleen de afbeelding te kopiëren en te plakken in je Word-document. Zodra je een document met plaatjes op het internet plaatst, moet je wel de bronnen bij de plaatjes vermelden. Meer hierover vind je hier.
  • Als je op een afbeelding in je document klikt, kun je bij het tabblad 'Opmaak' allerlei aanpassingen maken aan je afbeelding, zoals:
    • Bijsnijden
    • Filters toevoegen (bij 'Kleur')
    • Verscherpen, verzachten en de helderheid aanpassen (bij 'Correcties')
    • Afbeelding draaien
    • Hoogte en breedte aanpassen
    • Positie op de pagina aanpassen
       

11. Paginanummers toevoegen

 Waarom is dit handig?


Door paginanummers toe te voegen aan je Word-document, kun je gemakkelijk verwijzen naar tekst op een bepaalde pagina. Ook kun je de paginanummers gebruiken om aan het begin van je document een inhoudsopgave te maken, zodat de lezer weet welke tekst (informatie) op welke pagina van je document staat.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je paginanummers kunt toevoegen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Invoegen'.

Stap 2: In de groep 'Koptekst en voettekst' zie je de knop 'paginanummer' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Je krijgt nu een menu met verschillende opties te zien.



Stap 3: Klik op de knop 'boven aan pagina' of 'onder aan pagina' (zie afbeelding). Je krijgt nu een lijst te zien met paginanummers in verschillende posities en met verschillende lettertypen en tekengroottes.



Stap 4: Kies een optie uit deze lijst en klik hier op. De paginanummers verschijnen nu in het document.

Stap 5: Klik op de knop 'Koptekst en voettekst sluiten' (rechtsboven).


Extra uitleg
Paginanummers verwijderen

Volg 'Stap 1' en 'Stap 2'.

Stap 3: Klik op de knop 'Paginanummers verwijderen' (zie afbeelding). De paginanummers zijn nu verwijderd uit je Word-document.

 

Opdracht 11


Voeg paginanummers toe aan het Word-document. Plaats deze paginanummers rechtsonderin je document.
 

  Meer weten?


Tips

  • Als je paginanummers hebt toegevoegd aan je document, kun je Word de opdracht geven om een inhoudsopgave voor jou te maken. Hiervoor moet je de titels/kopjes van de pagina's die je wilt toevoegen aan de inhoudsopgave een andere opmaak geven, namelijk 'Kop 1' (zie afbeelding hieronder).


    Vervolgens kun je bij het tabblad 'Verwijzingen' kiezen voor 'Inhoudsopgave'.
     

12. Koptekst en voettekst toevoegen

 Waarom is dit handig?

 

Een koptekst staat helemaal bovenaan een pagina (zie bovenstaande afbeelding) en een voettekst staat helemaal onderaan je pagina. De koptekst en voettekst worden op elke pagina getoond. Daarom kun je de koptekst en voettekst gebruiken om bijvoorbeeld de titel van je document of je naam op elke pagina terug te laten komen.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een koptekst en voettekst toe kunt voegen.


Uitleg

Koptekst

Stap 1: Klik op het tabblad 'Invoegen'.

Stap 2: In de groep 'Koptekst en voettekst' zie je de knoppen 'Koptekst' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Je krijgt nu een lijst met verschillende opties voor kopteksten te zien (verschillende posities, lettertypen en tekengroottes).



Stap 3: Kies een optie en klik hier op. Je kunt nu de gewenste koptekst intypen.

Stap 4: Klik op de knop 'Koptekst en voettekst sluiten' (rechtsboven) als je klaar bent met typen.


Voettekst

Stap 1: Klik op het tabblad 'Invoegen'.

Stap 2: In de groep 'Koptekst en voettekst' zie je de knoppen 'Voettekst' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Je krijgt nu een lijst met verschillende opties voor voetteksten te zien (verschillende posities, lettertypen en tekengroottes).



Stap 3: Kies een optie en klik hier op. Je kunt nu de gewenste voettekst intypen.

Stap 4: Klik op de knop 'Koptekst en voettekst sluiten' (rechtsboven) als je klaar bent met typen.


Extra uitleg
Als je paginanummers hebt toegevoegd aan je Word-document en probeert om naast deze paginanummers een koptekst of voettekst te plaatsen, worden de paginanummers automatisch door Word verwijderd. Om toch een koptekst of voettekst in te kunnen voegen naast de paginanummers, volg je de volgende stappen:

Stap 1: Klik je met je rechtermuisknop op één van de paginanummers. Er verschijnt nu een knop 'Koptekst bewerken' (of 'Voettekst bewerken'). Klik op deze knop.

Stap 2: Klik in de koptekst (of voettekst) met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen. Je kunt nu de gewenste koptekst (of voettekst) intypen.

Stap 3: Klik op de knop 'Koptekst en voettekst sluiten' (rechtsboven) als je klaar bent met typen.
 

 

Opdracht 12


Voeg een voettekst toe aan het Word-document en typ daarin je voornaam en achternaam (lees hiervoor goed de 'extra uitleg'!).
 

  Meer weten?


Tips

  • Je kunt ook een afbeelding toevoegen aan je koptekst en voettekst. Dit kun je bijvoorbeeld gebruiken voor een logo die boven- of onderaan elke pagina moet staan.
     

Check je kennis

Word - Document controleren

13. Spelling/grammatica check uitvoeren

 Waarom is dit handig?


Als je een verslag inlevert bij je docent, wil je natuurlijk niet dat dit verslag vol spellings- en/of grammaticafouten staat. Om dit te voorkomen kun je gebruik maken van de 'Spelling- en grammaticacontrole' van Word.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een spellings- en grammaticacontrole kunt uitvoeren.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Controleren'.

Stap 2: In de groep 'Controle' zie je de knop 'Document controleren' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Aan de rechterkant van je scherm opent een nieuw venster (Editor). In dit venster zie je onder 'Correcties' of je spel- en/of grammatica fouten hebt gemaakt.



Stap 3: Boven het onderdeel 'Correcties' zie je een knop met '.. resultaten'. Het getal wat voor het woord resultaten staat, geeft aan hoeveel spel- en/of grammaticafouten er zijn gevonden. Klik op de knop om het document te controleren.

De 'Editor' geeft suggesties om de spel- of grammaticafout te verbeteren. Je kunt deze suggeties gebruiken door er op te klikken. Als je een woord niet wilt verbeteren, kun je op 'eenmaal negeren' klikken.

Er zijn een aantal woorden, zoals achternamen, die Word ziet als spel- of grammaticafout, terwijl ze goed geschreven zijn. Je kunt deze woorden toevoegen aan Word door op de knop 'Toevoegen aan woordenlijst' te klikken.

Stap 4: Als je alle spel- en/of grammaticafouten hebt doorlopen, toont Word het venster 'De spelling- en grammaticacontrole is voltooid'. Klik op 'OK' om de controle af te sluiten.
 

Opdracht 13


Voordat je het Word-document gaat inleveren bij je docent, voer je als laatste nog een spellings- en grammaticacontrole uit, zodat fouten worden opgespoord en je deze kunt verbeteren.
 

  Meer weten?


Tips

  • Bij het gebruik van de spelling- en grammaticacontrole moet je wel op het volgende letten: aan de ene kant markeert Word soms bepaalde woorden/zinnen als incorrect terwijl ze correct zijn en aan de andere kant ziet Word soms fouten over het hoofd. De functie is dus nooit 100% betrouwbaar. Gebruik daarom ook altijd je eigen verstand.
     

Check je kennis

Crack the Word code

Week 5 en 6 Microsoft PowerPoint

In week 5 en 6 gaan we verder met de basisvaardigheden voor Microsoft PowerPoint.

Over PowerPoint

 

PowerPoint is de plek binnen Microsoft Office waarin je een presentatie kunt maken. Het is een van de meest gebruikte presentatieprogramma's ter wereld. Je gebruikt het programma om zelf een digitale presentatie te maken, maar ook om de presentaties van je vrienden te bekijken. Je kunt je presentatie extra leuk maken met speciale ontwerpen, afbeeldingen, en nog veel meer.
Zo kun je animaties toevoegen en een diavoorstelling afspelen. Je zult zien dat je PowerPoint vaak gaat gebruiken op school, in je toekomstige opleiding en baan en misschien ook wel in je persoonlijke leven.

In deze les gaan we daarom aan de slag met PowerPoint! Je leert bijvoorbeeld hoe je een PowerPoint-presentatie opent en opslaat, tekst bewerkt en afbeeldingen toevoegt. Deze vaardigheden kun je later toepassen bij andere vakken bij het maken van presentaties. Veel succes!

PowerPoint - Presentatie aanmaken

1. PowerPoint-presentatie openen

  Waarom is dit handig?


Voordat je in een PowerPoint-presentatie aan de slag kunt, moet je eerst weten hoe je een PowerPoint-presentatie kunt openen.
 

  Hoe werkt het?


Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een PowerPoint-presentatie kunt openen.


Uitleg

Stap 1: Klik linksonder in het bureaublad op het startmenu (zie afbeelding).



Stap 2: Zoek in het startmenu naar 'PowerPoint' en klik hier op. PowerPoint wordt nu geopend.

Stap 3: Klik op 'lege presentatie'. Er wordt nu een lege PowerPoint-presentatie geopend.
 

 

Opdracht 1


Open de onderstaande PowerPoint-presentatie. Dit is de presentatie waarin je de opdrachten van deze website gaat maken. Deze presentatie lever je aan het eind van de les in bij je docent.
 

  Meer weten?


Tips

  • Je kunt PowerPoint toevoegen aan je taakbalk zodat je nooit meer hoeft te zoeken naar het programma.
  • Je kunt PowerPoint ook toevoegen aan je bureaublad.
  • Heb je al een PowerPoint-presentatie op je computer staan, dan kun je ook dubbelklikken op deze presentatie om PowerPoint te openen.
  • Als je PowerPoint opent, kun je ook kiezen voor presentaties die al een opmaak hebben zodat je zelf nog maar weinig aan de opmaak hoeft te doen.
     

2. PowerPoint-presentatie opslaan

  Waarom is dit handig?


Het overkomt iedereen weleens: je hebt uren gewerkt aan een PowerPoint-presentatie zonder de presentatie op te slaan en je laptop loopt vast. Weg presentatie. Om dit te voorkomen, is het belangrijk dat je weet hoe je een PowerPoint-presentatie moet opslaan. Ook moet je een PowerPoint-presentatie opslaan voordat je deze kunt versturen naar je docent of vrienden.  
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een PowerPoint-presentatie kunt opslaan.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Bestand'.

Stap 2: Klik op 'Opslaan als'.

Stap 3: Klik op 'Bladeren'. Er opent nu een nieuw venster (Opslaan als).

Stap 4: Klik in het linkermenu van dit venster op de juiste map (bijv. 'documenten').

Stap 5: Geef het de presentatie een naam (bijv. Kim_Janssen_ICTPowerPoint).

Stap 6: Klik op 'opslaan'.

Extra uitleg
Om de presentatie na aanpassingen (bijv. het typen van een nieuw stuk tekst) weer op te slaan, hoef je niet nog een keer dezelfde stappen te doorlopen. Je kunt de presentatie nu opslaan door: 1. Naar het tabblad 'bestand' te gaan en hier op 'opslaan' te klikken OF
2. Op de knop 'opslaan' te klikken (zie afbeelding).


 

Opdracht 2


Voor de vorige opdracht heb je een PowerPoint-presentatie geopend. Voordat je in dit document gaat werken, sla je eerst de presentatie op met de volgende naam:  voornaam_achternaam_ICTpowerpoint
 

  Meer weten?


Toetscombinaties

  • Om je presentatie op te slaan, kun je ook gebruik maken van een snelle toetscombinatie, namelijk CTRL + S
  • Om je presentatie op te slaan en daarna ook te sluiten, kun je gebruik maken van een snelle toetscombinatie, namelijk CTRL + D

Weetjes

  • Je kunt je presentatie niet alleen opslaan als een PowerPoint-presentatie, maar ook als PDF-bestand. Hiervoor moet je bij het opslaan bij 'bestandsindeling' kiezen voor PDF.
     

Check je kennis

PowerPoint - Opmaak aanpassen

3. Vet/cursief/onderstreept maken

  Waarom is dit handig?


Soms wil je extra nadruk leggen op een bepaald woord of een zin eruit laten springen in je presentatie. Je kunt de tekst dan vet, cursief (schuin) of onderstreept maken. Vet en onderstreept worden vaak gebruikt om een woord op te laten vallen in een presentatie. Cursief wordt vaak gebruikt om een woord uit een andere taal aan te geven.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je tekst vet, cursief en/of onderstreept maakt.


Uitleg

Vetgedrukt maken

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in de presentatie met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: Klik in de groep 'Lettertype' op B (zie afbeelding). Je kunt nu vetgedrukt typen



Schuingedrukt maken

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in de presentatie met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: Kik in de groep 'Lettertype' op I (zie afbeelding). Je kunt nu cursief typen



Onderstreept maken

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in de presentatie met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 2: Kik in de groep 'Lettertype' op U (zie afbeelding). Je kunt nu onderstreept typen.



Extra uitleg

  • Je kunt de functies 'vet', 'cursief' en 'onderstreept' uitzetten, door nogmaals op de bijbehorende knoppen (B, I of U) te klikken.
  • Je kunt tekst die je al hebt getypt vet, cursief of onderstreept maken, door de tekst te selecteren* en op B, I of U te klikken.
     

 

Opdracht 3


Maak de onderstaande opdrachten op 'Dia 1' in de PowerPoint-Presentatie.

  1. Typ in het veld genaamd 'Klikken om een titel toe te voegen' het volgende (vetgedrukt): ICT-basisvaardigheden PowerPoint
  2. Typ daaronder in het veld genaamd 'Klikken om een ondertitel toe te voegen' het volgende (cursief/schuingedrukt): Jouw voornaam en achternaam
  3. Typ daaronder in hetzelfde veld het volgende (onderstreept): Jouw klas
     
  Meer weten?


Toetscombinaties

  • Om tekst vetgedrukt te maken, kun je ook de tekst selecteren en toetscombinatie CTRL + B gebruiken.
  • Om tekst cursief te maken, kun je ook de tekst selecteren en toetscombinatie CTRL + I gebruiken.
  • Om tekst onderstreept te maken, kun je ook de tekst selecteren en toetscombinatie CTRL + U gebruiken.

Tips

  • Je kunt tekst ook vetgedrukt, cursief en onderstreept maken in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie onderstaande afbeelding). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

 

Weetjes

  • Het Engelse woord voor 'vetgedrukt' is bold (vandaar de B).
  • Het Engelse woord voor 'cursief' is italic (vandaar de I).
  • Het Engelse woord voor 'onderstreept' is underlined (vandaar de U).
     

4. Verschillende lettertypen toepassen

  Waarom is dit handig?


Microsoft PowerPoint bevat veel verschillende lettertypen waar je uit kunt kiezen, zoals:

  • Arial
  • Comic Sans MS
  • Times New Roman
  • Georgia
  • Verdana

Je kunt je presentatie opmaken met leuke lettertypen en zo je eigen draai aan een presentatie geven.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je van lettertype kunt veranderen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in de presentatie met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Lettertype' zie je een wit balkje met een tekst (in de afbeelding 'Calibri'). Dit is  de naam van een lettertype. Klik op het pijltje naast deze naam. Je krijgt nu een lijst met verschillende lettertypes te zien.



Stap 4: Kies een lettertype en klik hier op. Je kunt nu typen in het gekozen lettertype.


Extra uitleg
Om het lettertype van een tekst die je al hebt getypt te veranderen, kun je bijna dezelfde stappen doorlopen. Je vervangt stap 2 door: selecteer de tekst waarvan je het lettertype wilt veranderen.
 

Opdracht 4


Maak de onderstaande opdracht op 'Dia 2' in de PowerPoint-presentatie.

  1. Typ in het veld genaamd 'Klikken om een titel toe te voegen' de titel 'Dit ben ik' in lettertype Impact.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt ook het lettertype veranderen in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie afbeelding hieronder). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

 

Weetjes

  • Je kunt op internet nog veel meer lettertypen (Fonts in het Engels) vinden die je (vaak gratis) kunt downloaden en importeren in je PowerPoint-presentatie. Deze website kun je hier bijvoorbeeld goed voor gebruiken.
     

5. Grootte lettertype aanpassen

   Waarom is dit handig?


Door het lettertype groter of kleiner te maken, kun je onderscheid maken tussen tekst. Zo kun je bijvoorbeeld van bepaalde tekst kopjes maken, gemakkelijk tekst op laten vallen in je presentatie en ergens de aandacht op vestigen.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je de grootte van het lettertype (tekengrootte) kunt aanpassen.


Uitleg

De grootte van het lettertype (tekengrootte) dat je in een PowerPoint-presentatie
gebruikt, kun je op verschillende manieren veranderen.


Optie 1

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in de presentatie met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Lettertype' zie je een wit balkje met een cijfer (in de afbeelding '24'). Dit is de tekengrootte. Klik op het pijltje naast dit cijfer. Je krijgt nu een lijst met verschillende tekengroottes te zien.



Stap 4: Kies een tekengrootte en klik hier op. Je kunt nu typen in de gekozen tekengrootte


Optie 2

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: Klik in de presentatie met de linkermuisknop op de plek waar je wilt gaan typen.

Stap 3: In de groep 'Lettertype' zie je twee knoppen (zie afbeelding).

Klik op om de tekengrootte te vergroten of om de tekengrootte te verkleinen. Je kunt nu typen in de gekozen tekengrootte.

 

Extra uitleg
Om de tekengrootte van een tekst die je al hebt getypt te veranderen, kun je bijna dezelfde stappen doorlopen. Je vervangt stap 2 door: selecteer de tekst waarvan je de tekengrootte wilt veranderen.
 

Opdracht 5


Maak de onderstaande opdracht op 'Dia 2' in de PowerPoint-presentatie.

  1. Typ in het veld genaamd 'Klikken op tekst toe te voegen' drie leuke feitjes over jezelf in tekengrootte 36.
     
  Meer weten?


Toetscombinaties

  • Om het lettertype groter te maken, kun je ook de tekst selecteren en vervolgens de volgende toetscombinatie toepassen: CTRL + SHIFT + >.
  • Om het lettertype kleiner te maken, kun je ook de tekst selecteren en vervolgens de volgende toetscombinatie toepassen: CTRL + SHIFT + <.

Tips

  • Je kunt ook de grootte van je lettertype aanpassen in de miniwerkbalk die wordt weergegeven als je tekst selecteert (zie afbeelding hieronder). Deze miniwerkbalk is identiek aan de werkbalk bovenaan je scherm bij tabblad 'Start'.

     

 

6. Ontwerp aanpassen

  Waarom is dit handig?


Soms heb je geen zin om veel tijd te steken in de opmaak van je presentatie. Op zo'n moment kun je kiezen uit de verschillende ontwerpen die PowerPoint biedt. Dit zijn kant- en klare lay-outs. Je kunt deze ontwerpen aanpassen zoals jij het wilt.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je het ontwerp van je presentatie kunt aanpassen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Ontwerpen'.

Stap 2: In de groep 'Thema's' zie je een aantal verschillende ontwerpen (thema's) die je kunt gebruiken voor je presentatie. Klik op het onderste pijltje naast deze ontwerpen (zie afbeelding). Je krijgt nu een galerij met verschillende ontwerpen te zien.


Stap 3: Kies een ontwerp en klik hier op. De PowerPoint is nu aangepast naar het gekozen ontwerp.
 

Opdracht 6


Pas het ontwerp van je PowerPoint-presentatie aan. Gebruik hiervoor het thema 'Integraal' (zie onderstaande afbeelding).


 

  Meer weten?


Tips

  • Op het internet kun je nog meer lay-outs vinden voor je presentatie. Bespaart veel tijd en is vaak gratis. Kijk bijvoorbeeld eens op deze website.
  • Als je een dia selecteert en bij het tabblad 'Ontwerpen' klikt op 'Ontwerpideeën' (zie onderstaande afbeelding), dan komen er allemaal verschillende ontwerpideeën tevoorschijn aan de rechterkant van het scherm. Dit zijn allemaal mogelijke lay-outs waar je uit kunt kiezen voor die dia.

     

7. Achtergrond dia's aanpassen

  Waarom is dit handig?


Er is niks mis met een witte achtergrond in je presentatie, maar soms kan een leuk kleurtje je presentatie visueel aantrekkelijker maken. Je kunt kiezen uit allerlei kleuren en effecten. Je kunt zelfs een afbeelding die op je computer staat als achtergrond gebruiken.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je de achtergrond van je presentatie kunt aanpassen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Ontwerpen'.

Stap 2: In de groep 'Aanpassen' zie je de knop 'Achtergrond opmaken' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Aan de rechterkant van je scherm opent een nieuw venster (Achtergrond opmaken).



Stap 3: In het venster zie je verschillende opties om de achtergrond van je PowerPoint-dia op te maken, zoals 'effen opvulling' of 'opvulling met kleurpatroon'. Kies de optie waar je gebruik van wilt maken en klik hier op.

Stap 4: Klik op een kleur en/of een patroon naar keuze. De achtergrond van de dia
verandert direct.

(Stap 5: Wil je dezelfde achtergrond op elke dia gebruiken? Klik dan op 'Overal toepassen'.)
 

Opdracht 7


Gebruik voor de onderstaande opdracht 'Dia 2' in de PowerPoint-presentatie.

  1. Maak de achtergrond van dia 2 (met de drie feitjes over jezelf) lichtblauw.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt ook een afbeelding op je computer gebruiken als achtergrond voor je PowerPoint-presentatie. Daarvoor kies je bij 'Achtergrond opmaken' voor de optie 'Opvulling met afbeelding of bitmappatroon'.
     

Check je kennis

PowerPoint - Elementen toevoegen

  Waarom is dit handig?


Als je een presentatie gaat maken in PowerPoint, heb je natuurlijk niet genoeg aan één dia (pagina).
Je hebt meerdere dia's nodig om de informatie overzichtelijk te presenteren. In je presentatie ga je vervolgens van dia naar dia.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een dia aan je presentatie kunt toevoegen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Start'.

Stap 2: In de groep 'Dia's' zie je de knop 'Nieuwe dia' (zie afbeelding). Klik op het pijltje op deze knop. Je krijgt nu een overzicht van dia's met verschillende indelingen te zien.

Stap 3: Klik op de dia met de gewenste indeling (bijv. 'Titel en object'). De dia wordt nu toegevoegd aan de presentatie.


Extra uitleg
Dia('s) verwijderen

Stap 1: Aan de linkerkant van je scherm zie je een overzicht van de dia's in je presentatie. Zoek in dit overzicht de dia die je wilt verwijderen en klik hier op met je rechtermuisknop. Er verschijnt een menu.

Stap 2: Klik in dit menu op de knop 'Dia verwijderen' (zie afbeelding). De dia wordt verwijderd uit je PowerPoint-presentatie.


 

Opdracht 8


Voeg in je PowerPoint-presentatie een dia toe achter 'Dia 2'. Zorg ervoor dat dit een 'Titel en object'-dia is. Plaats op deze dia het volgende:

  1. Geef de dia de volgende titel: Dit wil ik graag leren
  2. Typ in het veld daaronder twee dingen die je graag wilt leren. Dit kan van alles zijn, het hoeft niet perse met school te maken te hebben.
     
  Meer weten?


Toetscombinaties

  • Als je een nieuwe dia wilt toevoegen aan je presentatie, kun je ook gebruik maken van de toetscombinatie CTRL + M

Tips

  • Je kunt gemakkelijk de volgorde van je dia's wijzigen door een dia aan te klikken en deze te slepen naar de nieuwe locatie.
     

9. Dia dupliceren

  Waarom is dit handig?


Als je tevreden bent met de opmaak die je hebt gekozen/gemaakt en deze opmaak niet voor elke dia opnieuw in wilt stellen, kun je er voor kiezen om de dia te dupliceren. Je verdubbelt dan de exacte inhoud van een bestaande dia in je presentatie. Dit bespaart een hoop tijd.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een dia kunt dupliceren.


Uitleg

Stap 1: Aan de linkerkant van je scherm zie je een overzicht van de dia's in je presentatie. Zoek in dit overzicht de dia die je wilt dupliceren en klik hier op met je rechtermuisknop. Er verschijnt een menu.

Stap 2: Klik in dit menu op de knop 'Dia dupliceren' (zie afbeelding). De dia wordt gedupliceerd en komt onder de orginele dia te staan.


 

Opdracht 9


Gebruik voor onderstaande opdrachten 'Dia 3' in de PowerPoint-presentatie.

  1. Dupliceer 'Dia 3', zodat er een nieuwe dia wordt toegevoegd onder 'Dia 3' met dezelfde inhoud (namelijk twee dingen die je graag wilt leren).
  2. Zet op de nieuwe dia nog iets wat je graag wilt leren, zodat er op deze nieuwe dia drie dingen staan die je graag wilt leren.
     
  Meer weten?


Toetscombinaties

  • Als je een dia wilt dupliceren, kun je ook de dia die je wilt dupliceren aanklikken en gebruik maken van de toetscombinatie CTRL + D
     

10. Afbeelding toevoegen

 Waarom is dit handig?

 

Je kunt je PowerPoint-presentatie opmaken met afbeeldingen die op je computer of op internet staan. Dit is bijvoorbeeld handig als je tekst wilt verduidelijken met een plaatje.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een afbeelding kunt toevoegen.


Uitleg

Afbeelding computer (laptop)

Stap 1: Klik op het tabblad 'Invoegen'.

Stap 2: Klik met de linkermuisknop op de plek waar je de afbeelding wilt invoegen.

Stap 3: In de groep 'Afbeeldingen' zie je de knop 'Afbeeldingen' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Er opent nu een nieuw venster (Afbeelding invoegen).



Stap 4: Klik in het linkermenu van dit venster op de map waarin de afbeelding die je wilt gebruiken is opgeslagen (bijv. 'Afbeeldingen').

Stap 5: Klik op de afbeelding die je wilt invoegen.

Stap 6: Klik op de knop 'Invoegen'. De afbeelding wordt nu aan je PowerPoint-presentatie toegevoegd.

 

Online afbeelding

Stap 1: Klik op het tabblad 'Invoegen'.

Stap 2: Klik met de linkermuisknop op de plek waar je de afbeelding wilt invoegen.

Stap 3: In de groep 'Afbeeldingen' zie je de knop 'Onlineafbeeldingen' (zie afbeelding). Klik op deze knop. Er opent nu een nieuw venster (Online Afbeeldingen).



Stap 4: Zoek naar een afbeelding die je wilt gebruiken door (1) een zoekterm in te typen in de zoekbalk (Zoeken in Bing) of (2) te klikken op een bestaande categorie, zoals 'strand' of 'dieren'.

Stap 5: Klik op de afbeelding die je wilt invoegen.

Stap 6: Klik op de knop 'Invoegen'. De afbeelding wordt nu aan je PowerPoint-presentatie toegevoegd.

 

Extra uitleg

  • Je kunt een afbeelding verwijderen door met de linkermuisknop op de afbeelding te klikken en daarna op 'delete'-knop te drukken op je toetsenbord.
  • Als je een afbeelding invoegt (of er één keer met de linkermuisknop op klikt) zie je op de randen van de afbeelding 'bolletjes'. Klik met je linkermuisknop op een bolletje, houd de linkermuisknop ingedrukt en sleep met de muis. Op deze manier kun je het formaat van de afbeelding veranderen.
     

 

Opdracht 10

 

  1. Voeg een nieuwe dia toe onder 'Dia 4'.
  2. Voeg op deze nieuwe dia (dia 5) een afbeelding in waar jij opstaat (vanaf je laptop). Mocht je geen afbeeldingen van jezelf op je laptop hebben, dan kun je ook een afbeelding van het internet gebruiken die jou het best omschrijft.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt gemakkelijk een afbeelding van het internet toevoegen aan je PowerPoint-presentatie. Hiervoor hoef je alleen de afbeelding te kopiëren en te plakken in de presentatie. Zodra je een presentatie met plaatjes op het internet plaatst, moet je wel de bronnen bij de plaatjes vermelden. Meer hierover vind je hier.
  • Als je op een afbeelding in je presentatie klikt, kun je bij het tabblad 'Opmaak' allerlei aanpassingen maken aan je afbeelding, zoals:
    • Bijsnijden
    • Filters toevoegen (bij 'Kleur')
    • Verscherpen, verzachten en de helderheid aanpassen (bij 'Correcties')
    • Afbeelding draaien
    • Hoogte en breedte aanpassen
    • Positie op de pagina aanpassen
       

11. Animaties toevoegen

  Waarom is dit handig?


Als je wilt dat de tekst in jouw presentatie niet allemaal tegelijk te lezen is, maar beetje bij beetje tevoorschijn komt, dan kun je gebruik maken van animaties. Je kunt de tekst op veel verschillende manier laten verschijnen in je presentatie.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je animaties kunt toevoegen aan een dia.

 


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Animaties'.

Stap 2: Selecteer de (eerste) tekst of afbeelding waar je een animatie aan toe wilt voegen.

Stap 3: In de groep 'Animaties' zie je een aantal verschillende animaties die je kunt gebruiken in je presentatie. Klik op het onderste pijltje naast deze animaties (zie afbeelding). Je krijgt nu een uitgebreide galerij met animaties te zien.
 


 

Stap 4: Klik op de animatie die je toe wilt voegen. De animatie wordt nu toegevoegd aan de tekst of afbeelding. Naast de tekst of afbeelding komt een getal te staan. Dit getal geeft aan op welke volgorde de animaties verschijnen.

(Stap 5: Selecteer de (tweede, derde, vierde, etc.) tekst of afbeelding waar je een animatie aan toe wilt voegen. Herhaal stap 3 tot en met 4).

 

Extra uitleg

  • Je kunt kijken hoe de animaties er op een dia uit komen te zien, door te klikken op de knop 'Voorbeeld' (zie afbeelding).


     
  • Je kunt de animatie van een tekst of afbeelding verwijderen, door de betreffende tekst of afbeelding te selecteren en in de groep 'Animaties' op de knop 'Geen' te klikken (zie afbeelding).


     

 

 

Opdracht 11


Gebruik voor onderstaande opdracht 'Dia 2' (met drie feitjes over jezelf) in de PowerPoint-presentatie.

  1. Laat de drie feitjes over jezelf één voor één te voorschijn komen door gebruik te maken van de animatie 'Verschijnen'.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt uit veel verschillende animaties en effecten kiezen binnen PowerPoint. Onthoud wel dat een animatie in je presentatie niet te veel moet afleiden van jouw verhaal.
  • Als je een effect wilt toevoegen als je van de ene dia naar de andere dia gaat, dan moet je de effecten kiezen bij het tabblad 'Overgangen'.

     

12. Youtube-filmpje toevoegen

  Waarom is dit handig?


Als je een presentatie moet geven en je wilt graag een filmpje verwerken in je presentatie, dan kan dit met PowerPoint. Je hoeft je presentatie niet af te sluiten en het filmpje op YouTube af te spelen, want je kun dit filmpje gemakkelijk aan je presentatie toevoegen en in de presentatie afspelen.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een YouTube-filmpje kunt toevoegen aan je presentatie.


Uitleg

Stap 1: Ga naar www.youtube.nl of www.youtube.com

Stap 2: Zoek een filmpje dat je wilt gebruiken in je presentatie en kopieer de link.

Stap 3: Ga terug naar PowerPoint en klik op de dia waaraan je het YouTube-filmpje wilt toevoegen.

Stap 4: Klik op het tabblad 'Invoegen'. Je ziet rechtsboven in het scherm de knop 'Media' (zie afbeelding). Klik op deze knop. De groep 'Media' verschijnt.

Stap 5: Klik in deze groep op de knop 'Video' (zie afbeelding). Er verschijnt een menu.

Stap 6: Klik in het menu op de knop 'Onlinevideo' (zie afbeelding).


 

Stap 7: Er verschijnt een nieuw venster (zie afbeelding). Plak de link van het YouTube-filmpje in de witte balk en druk op de knop 'invoegen'. Het YouTube-filmpje wordt nu toegevoegd aan je presentatie.


 

Opdracht 12

 

  1. Voeg onder 'Dia 5' een nieuwe dia toe ('Titel en object'-dia).
  2. Geef deze nieuwe dia de volgende titel: Mijn favoriete nummer op dit moment.
  3. Voeg in het veld genaamd 'Klikken om tekst toe te voegen' de YouTube-clip van je favoriete nummer toe.
     
  Meer weten?


Tips

  • Je kunt het videokader op de dia verplaatsen en de grootte ervan wijzigen.
  • Als je een voorbeeld van de video op de dia wilt bekijken, dan kun je dit doen door op de rechtermuisknop te drukken op het videokader en dan 'Voorbeeld' te selecteren. Er verschijnt dan een knop 'Afspelen' op de video.
     

Check je kennis

PowerPoint - Presentatie afspelen

13. Diavoorstelling afspelen

  Waarom is dit handig?


Als jouw presentatie af is, is de volgende stap om de PowerPoint-presentatie te gebruiken tijdens een presentatie. Je wilt dat de dia's één voor één tevoorschijn komen als jij op de pijltjes/spatiebalk/muis drukt. Hiervoor moet je weten hoe je een diavoorstelling afspeelt.
 

  Hoe werkt het?

Filmpje

In het onderstaande filmpje kun je zien hoe je een diavoorstelling kunt afspelen.


Uitleg

Stap 1: Klik op het tabblad 'Diavoorstelling'.

Stap 2: In de groep 'Diavoorstelling starten' zie je de knop 'Vanaf begin' (zie afbeelding). Klik op deze knop om de diavoorstelling (vanaf de eerste dia) te starten.

Stap 3: Klik op de linkermuisknop, spatiebalk of pijltjes om naar een volgende dia te gaan.


Extra uitleg
Je kunt er ook voor kiezen om de diavoorstelling niet vanaf de eerste dia te starten. Je selecteert dan eerst de dia waarmee je de presentatie wilt beginnen en klikt op de knop 'Vanaf huidige dia'.
 

Opdracht 13


Lever de eindversie van je PowerPoint-presentatie in bij je docent.
 

  Meer weten?


Tips

  • Je kunt de diavoorstelling ook starten door rechtsonderin op het -icoontje te klikken. De diavoorstelling start dan vanaf de dia die je geselecteerd hebt.
     

Check je kennis

Crack the PowerPoint code

Week 7,8 en 9 Microsoft Excel

In Week 7, 8 en 9 gaan we verder met de basisvaardigheden van Microsoft Excel.

1. Tabellen

Inleiding Excel

Excel is software die overal ter wereld gebruikt wordt. En dat komt omdat je in Excel je gegevens goed kunt ordenen, mooie grafieken kunt maken, maar vooral: omdat je in Excel kunt rekenen.

In het filmpje zie je dat Excel eigenlijk een rekenblad is met hokjes. Als je je cursor beweegt spring je van hokje naar hokje.

Je kunt de hokjes groter en kleiner maken of een kleurtje geven. Maar vooral kun je er in typen. Je kunt er tekst in zetten en getallen. Die tekst of getallen kun je opmaken: groter of kleiner maken, een kleur geven enzovoorts.

Maar het belangrijkste in Excel zijn de getallen. En met die getallen kun je in Excel rekenen.

Wat is een tabel?

Een tabel is een lijst met gegevens die netjes geordend zijn. Bijvoorbeeld een lijst van alle leerlingen in de klas, op alfabet. Of een lijst van alle cijfers die je behaald hebt. 

Een tabel kent rijen en kolommen.

Eén hokje in zo'n tabel noem je (in Excel) een cel.

In Excel kun je zo'n geordende lijst heel gemakkelijk maken.

OPDRACHT 1: Tabel cijfers

  • Maak de tabel hierboven na in Excel. Denk erom dat je de kolommen breed genoeg maakt.
  • Sorteer daarna de tabel op alfabetische volgorde
  • Zorg dat de kopregel opvalt

Open het bestand hieronder om te zien hoe het moet.

2. Formules

Vulgreep, kopieren en formules

formule in excel

  • Je kunt een heleboel cellen tegelijk vullen met de vulgreep, het kleine vierkantje dat je rechtsonder ziet als je op een cel gaat staan. Excel denkt bij het vullen met je mee.
  • Je kunt ook de inhoud van cellen kopieren (net als in Word) met kopieren en plakken. Ook dan denkt Excel mee.
  • In Excel kun je formules maken. Een formule begint altijd met een = teken.

OPDRACHT 2: tafels

3a. Tafel  van 79

  • Maak de tafel van 79 in Excel. 
  • Maak de kolommen breed of smal genoeg
  • Maak de tekst bovenaan vet
  • Geef de kop bovenaan een mooie kleur
  • Let op: in de kolom antwoord gebruik je een formule.
  • Typ niet alles in maar kopieer wat je nodig hebt of gebruik de vulgreep.
  • Kopieer ook je formule
  • Controleer of de antwoorden kloppen.


3b. Tafel van 54301

Kun je nu in 10 seconden de tafel van 54301 maken? 

  • Verander je tabel uit opdracht 3a zo dat je de tafel van 54301 krijgt.

Werken met + - * en /

Je hebt geleerd dat een formule in Excel altijd begint met =.

Je hebt ook gezien dat je in Excel kunt vermenigvuldigen door het sterretje * te gebruiken.

Je kunt in Excel op dezelfde manier ook aftrekken, vermenigvuldigen en delen.

OPDRACHT 3: Rekenen

3. Grafieken

Grafiek maken in Excel

Grafiek in Excel

Grafieken zijn een goed hulpmiddel om gegevens in één klap duidelijk te presenteren. Er zijn verschillende soorten grafieken. De bekendste soorten zijn de kolomgrafiek, de lijngrafiek en het cirkeldiagram. In Excel kun je die grafieken gemakkelijk maken. In het filmpje zie je:

  • Gemakkelijk een grafiek maken
  • Werken met 'aanbevolen grafieken'
  • De opmaak van een grafiek aanpassen

OPDRACHT 4: Bloedsuiker I

Antoinette meet een aantal weken haar bloedsuikersspiegel. Ze vult de scores elke keer in een spreadsheet in. Om de waarden te kunnen bepalen prikt ze iedere dag twee keer bloed: vóór het avondeten en ná het avondeten.

  • Open het excelbestand bloedsuiker. Je ziet dit bestand onderaan deze pagina. 
  • In het excelbestand bloedsuiker vind je een tabel. Maak op basis van die tabel onderstaande grafiek.
  • Hoe het moet lees je in het worddocument bloedsuiker onderaan de pagina.

 

 

OPDRACHT 5: Bloedsuiker II

In de vorige opgave heb je een kolomgrafiek gemaakt van de bloedsuikerspiegel van Antoinette. Je hebt alleen de bloedsuikerspiegel vóór het eten in de grafiek gezet. Je gaat nu verder met de grafiek die je hebt gemaakt in opgave 5.

  • Nu ga je de grafiek uitbreiden. Je gaat óók de bloedsuikerspiegel na het eten in je grafiek opnemen. Je gebruikt daarvoor een ander grafiektype: de gegroepeerde kolomgrafiek.
  • Hoe het moet lees je in het wordbestand onderaan deze bladzijde.
  • Als je klaar bent ziet je grafiek er ongeveer zo uit:

4. Soorten grafieken

Staafdiagram / kolomdiagram 1

Grafieken worden in veel vakken gebruikt, bijvoorbeeld in de biologie, economie en wiskunde. Er zijn diverse soorten grafieken. De drie meest gebruikte zijn het cirkeldiagram (soort taartgrafiek), kolomgrafieken/staafdiagrammen en lijngrafieken.

Niet ieder type grafiek is even geschikt voor ieder doel.

Belangrijk om te weten is dat de namen die Excel gebruikt voor de grafieken soms net even anders zijn dan bij wiskunde gebruikelijk is. 

Met een staafdiagram kun je onderzoeksresultaten onderling snel vergelijken. De staven staan los van elkaar.

 

In Excel vind je dit diagram onder het kopje ‘kolomdiagram’. Kies daaruit het juiste type. Afhankelijk van het aantal gegevensreeksen wordt steeds één of meer kolommen getoond.

Staafdiagram / kolomdiagram 2

In een samengesteld staafdiagram zijn er a.h.w. twee of meer staafdiagrammen in één figuur getekend. Daarbij kunnen de staven zowel naast als op elkaar getekend zijn. Staan ze op elkaar dan noem je dit ook wel een stapeldiagram. Je kunt op die manier in één oogopslag bijvoorbeeld resultaten uit verschillende jaren, resultaten per leeftijdsgroep e.d. met elkaar vergelijken.

 

n Excel vind je deze types grafieken onder de kolomgrafieken.

Lijndiagram

Een lijndiagram laat zien hoe een verschijnsel zich door de tijd heeft ontwikkeld.

Je ziet dat er verbindingsstreepjes tussen de meetpunten staan. Dat kan alleen bij continue gegevens. Als je groeit door de tijd, dan gebeurt dat continu. Je meet 1x per maand, maar je weet dat je ondertussen doorgroeit. Dan is een lijndiagram goed te gebruiken.

Krijg je 1x per maand een hoeveelheid geld en ertussendoor niets, dan is dat geen continu proces en kun je geen lijngrafiek gebruiken.

In Excel kies je voor 'lijndiagram'. 

Cirkeldiagram

Een cirkeldiagram geeft een goed beeld van een verdeling in percentages.

 

Ook in Excel heet dit een cirkeldiagram. Kies de vorm die jij het duidelijkst vindt:

OPDRACHT 6: Welk grafiektype?

OPDRACHT 7: hartslag

In de vorige opgave heb je de bloedsuikerspiegel weergegeven met staven (in Excel heet dat een kolomgrafiek of een gegroepeerde kolomgrafiek).

Je gaat nu een grafiek maken met een lijn. Je neemt ook meteen alle gegevens mee. 

5. Meer formules

Som, gemiddelde, minimum, maximum, tellen, tekst samenvoegen

Tot nu toe heb je gezien dat je met Excel kunt optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Er is echt nog veel meer mogelijk. Een paar van de meest gebruikte formules vind je hier.

Som, gemiddelde, maximum, minimum, aantal

Tekst samenvoegen

 

TIP: Excel kan bijna alles. We gaan hier maar een paar formules behandelen. Maar als je Excel iets wilt laten uitrekenen, kijk dan in het lint bij 'formules' en zoek zelf op welke formule je nodig hebt.

OPDRACHT 8: Schaatsen

Tjibbe Lemstra is bezig met een nieuwe uitvinding: de Topschaats. Hij denkt dat op deze schaatsen een topschaatser gemiddeld wel een seconde per rondje sneller kan gaan dan op de huidige klapschaatsen en de vroegere Noren.

Hij gaat met zijn uitvinding naar het Thialf-stadion en laat in de loop van 3 weken een aantal topschaatsers  10 rondjes rijden op achtereenvolgens oude Noren, Klapschaatsen en zijn nieuwe uitvinding, de Topschaatsen.

De benodigde tijd over elke ronde van 400 meter wordt gemeten. De uitkomsten worden gemiddeld. De omstandigheden zijn uiteraard zoveel mogelijk gelijk gehouden om zo zuiver mogelijke meetresultaten te verkrijgen.

In de tabel hiernaast zie je de resultaten.

  • Open het excelbestand hieronder.
  • Maak een nieuwe rij aan en noem die: Totale tijd.
  • Maak een tweede nieuwe rij aan en noem die: gemiddelde rondetijd.
  • Maak een derde nieuwe rijd aan en noem die: snelste rondetijd.
  • Bepaal nu m.b.v. een formule voor zowel Noren, Klapschaats als Topschaats de totale tijd, de gemiddelde rondetijd en de snelste rondetijd.

Beantwoord nu de volgende vragen:

  • Welke schaats doet het 't best over 10 rondjes? Waarop baseer je die opvatting? Zet je antwoord onder je spreadsheet. Wees zo duidelijk mogelijk.
  • Welke schaats zal het waarschijnlijk 't best doen over 5 kilometer? Waarop baseer je die opvatting? Zet je antwoord onder je spreadsheet. Wees zo duidelijk mogelijk.

OPDRACHT 9: Planeten

Gegevens zoeken en tabel maken

Maak een tabel waarin je 3 eigenschappen van de planeten in ons zonnestelsel vergelijkt. Eén van de eigenschappen, nl. de middellijn van de planeten in km, is gegeven (zie hieronder).

  • Je mag zelf kiezen welke andere 2 eigenschappen je gebruikt. Let op: de eigenschappen moeten WEL kloppen!

  • Zoek de informatie die je nodig hebt op internet

  • Werk je tabel netjes af

Formules

Creëer extra betekenisvolle informatie in je tabel door formules te gebruiken.

  • Bereken in ieder geval de gemiddelde middellijn van de planeten

  • Laat ook met behulp van een formule zien welke planeet de grootste middellijn heeft.

  • Laat met een formule zien hoeveel planeten er in ons zonnestelsel zijn

  • Bedenk ook voor de andere gegevens die je hebt opgezocht betekenisvolle formules.

OPDRACHT 10: Namen

Hieronder zie je een Excelbestand 'namen'. Open dit bestand en voer de volgende opdrachten uit:

1. Maak kolom E breder en zet randen om de cellen
2. Geef de kolom als titel 'volledige naam'
3. Zet m.b.v. de formule TEKST.SAMENVOEGEN de volledige naam in kolom E
4. Sorteer je tabel op achternaam
5. Zet randjes om de cellen in kolom F
6. Geef de kolom als titel 'Aanhef'

 

Sla je werk op onder je eigen naam.

6. Voorwaardelijke opmaak

Voorwaardelijke opmaak

In het filmpje zie je hoe je cellen die aan een bepaalde voorwaarde voldoen kunt markeren. Je kunt die cellen extra laten opvallen door bijvoorbeeld een afwijkende kleur.

Je gebruikt hiervoor voorwaardelijke opmaak. Afhankelijk van de waarde die in de cel staat, krijgt de cel dan dus automatisch een andere kleur.

TIP: na klikken op 'markeringsregels voor cellen' zie je een aantal mogelijke voorwaarden. Staat er niet bij wat je zoekt? Klik dan op 'meer regels'.

OPDRACHT 11: Collectanten

Een aantal leerlingen heeft gecollecteerd voor een goed doel. De bedragen die ze hebben opgehaald, zijn in een Excel spreadsheet gezet.

Alle collectanten die meer dan € 20,-- hebben opgehaald, krijgen een sleutelhanger. Collectanten die minder dan € 10,-- hebben opgehaald, krijgen nog een extra straat om te collecteren.

  • Open het Excelbestand collectanten en sla het op onder je eigen naam.
  • Zorg dat alle bedragen worden getoond met twee cijfers achter de komma en een euroteken.
  • Gebruik voorwaardelijke opmaak om alle bedragen van meer dan € 20,-- lichtgroen met donkergroene rand te tonen.
  • Gebruik voorwaardelijke opmaak om alle bedragen van minder dan € 10,-- lichtrood met donkerrode rand te tonen.
  • Test je voorwaardelijke opmaak door het bedrag van Dounia te veranderen naar € 41,70. Als het goed is, wordt de achtergrond nu groen in plaats van rood.
  • Vergeet niet om je werk op te slaan.

OPDRACHT 12: Maak je eigen quiz

Je gaat nu een eigen quiz maken.

  • Verzin 10 vragen. Let op: zorg ervoor dat je vragen bedenkt waar een kort antwoord op gegeven kan worden, dus bijvoorbeeld ja/nee, een getal of een kort woord.
  • Zet de vragen onder elkaar in een Excel-spreadsheet. Geef de kolom als titel vragen.
  • Maak een tweede kolom en geef die als titel antwoorden.
  • Zorg er nu met behulp van voorwaardelijke opmaak voor dat de cel achter je vraag groen wordt bij het juiste antwoord.
    • Laat de cel 'antwoord' blanco.
    • Kies voor 'voorwaardelijke opmaak', 'markeringsregels voor cellen' en dan voor 'is gelijk aan'.
    • Typ bij de voorwaarde het juiste antwoord en zorg dat de cel dan lichtgroen wordt met een donkergroene rand.
  • Probeer je quiz uit.
  • Sla je quiz op onder je eigen naam.

Beveiligen

Als jij je best hebt gedaan om handige formules te verzinnen en een mooi spreadsheet te maken, wil je niet dat iemand anders je formules per ongeluk kan wijzigen of wissen.

In Excel is het daarom mogelijk om bepaalde stukken van je spreadsheet te beschermen.

Vaak wil je dat mensen die je spreadsheet gaan gebruiken WEL bij sommige cellen kunnen om daar bijvoorbeeld gegevens in te voeren, maar NIET bij andere. Dat regel je als volgt:

  • Selecteer de cellen die WEL mogen worden bereikt
  • Klik op de rechter muisknop en kies 'celeigenschappen' 
  • Kies voor 'bescherming'
  • Zet het vinkje 'geblokkeérd' uit en klik op 'ok'.
  • Ga nu in het lint naar het tabje 'controleren' en klik op 'blad beveiligen'
  • Zorg dat ontgrendelde cellen selecteren aangevinkt is.
  • Geef een wachtwoord op. Daardoor kun jij alleen zelf de beveiliging weer opheffen.

OPDRACHT 13: Maak je quiz mooier

In opdracht 13 heb je een quiz gemaakt. Wel aardig, maar als je de quiz door iemand laat spelen, kan die persoon gemakkelijk de juiste antwoorden opzoeken.

Daarom ga je die antwoorden verbergen.

  1. Roep je quiz op.
  2. Zet de juiste antwoorden in een aparte kolom
  3. Wijzig nu je voorwaardelijke opmaak:
    • Kies voor 'voorwaardelijke opmaak'
    • Kies voor 'regels beheren'
    • Roep je regel op door erop te klikken. Wijzig de voorwaarde. In plaats van het juiste antwoord klik je op de cel waarin je het juiste antwoord hebt opgenomen. Er staat dan $g$3 of iets soortgelijks in de voorwaarde.
    • Sla de voorwaarde op.
  4. Doe dit voor al je vragen.
  5. Nu staan de juiste antwoorden gewoon in je spreadsheet en iedereen kan ze zien. Dat is niet de bedoeling. Verberg de antwoorden door de tekst wit te maken.
  6. Het is nog niet goed, want iemand die op de cel klikt waarin een antwoord staat, zie nog steeds het goede antwoord. Dit ga je voorkomen door de cellen te beveiligen.
    • Selecteer de cellen met voorwaardelijke opmaak.
    • Klik met de rechtermuisknop en kies voor celeigenschappen.
    • Kies voor 'bescherming'
    • Zet het vinkje 'geblokkeérd' uit en klik op 'ok'.
    • Ga nu in het lint naar het tabje 'controleren' en klik op 'blad beveiligen'
    • Zorg dat ontgrendelde cellen selecteren aangevinkt is.
    • Geef een wachtwoord op. Daardoor kun jij alleen zelf de beveiliging weer opheffen.
  7. Test je quiz.
  8. Ruil je quiz met die van een klasgenoot en speel elkaars quiz.

7. Lineaire functies / grafieken

Benodigde voorkennis en start

Benodigde voorkennis

Deze opgaven kun je maken als:

  • je hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 6 hebt doorgewerkt
  • je met wiskunde begonnen bent met woordformules en lineaire functies

Opgaen en antwoorden

De antwoorden op de 27 opgaven kun je opnemen in een Excel-antwoordblad.

  • Ga nu naar de volgende pagina
  • Open het Excel-antwoordblad
  • Sla het antwoordblad op onder je eigen naam.
  • Maak de opgaven en werk de antwoorden uit in je antwoordblad
  • Vergeet niet om regelmatig je antwoordblad op te slaan!

OPDRACHTEN lineaire grafieken

8. Grafieken gevorderd

Benodigde voorkennis

Om deze opdrachten te kunnen maken moet je hoofdstuk 1 t/m 6 hebben doorgewerkt.

OPDRACHT 1. Hifi

OPDRACHT 2. Soorten grafieken

OPDRACHT 3: Statline

OPDRACHT 4. Ouders

OPDRACHT 5. Griep en salaris

9. What-if formules in Excel

Wat is een what-if / wat-als formule?

Om deze opgaven te kunnen maken moet je hoofdstuk 1 t/m 6 hebben doorgewerkt.

Uitleg what-if

OPDRACHTEN wat-als

Extra opdrachten

Basis Excel

Lineaire functies en grafieken

Grafieken gevorderden

Als-formules in Excel

  • Het arrangement ICT Leerjaar 1 SB KW1C is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Frank Arts
    Laatst gewijzigd
    2024-06-13 14:28:24
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Excel / spreadsheets worden zeer breed gebruikt in de maatschappij. Het is daarom van belang dat leerlingen goed leren omgaan met Excel. Lesmateriaal inclusief instructiefilmpjes en opdrachten m.b.t. Excel. Behandelde onderwerpen: tabellen, simpele formules, grafieken, soorten grafieken, voorwaardelijke opmaak, opdrachten als combinatie met lineaire functies/woordformules uit de wiskunde, als-formules.
    Leerniveau
    MBO, Niveau 4: Middenkaderopleiding;
    Leerinhoud en doelen
    Loopbaan; Werkexploratie; Capaciteiten- en motievenreflectie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    8 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    als-formules, excel, formules, grafieken, informatiekunde, lineaire functies, mediawijsheid, wat als, what if

    Bronnen

    Bron Type
    https://youtu.be/ivVLwKxXj1Q?rel=0
    https://youtu.be/ivVLwKxXj1Q?rel=0
    Video
    formule in excel
    https://youtu.be/QEGNEZRZKBc?rel=0
    Video
    Grafiek in Excel
    https://youtu.be/bGVHhW69VAM?rel=0
    Video
    Voorwaardelijke opmaak
    https://youtu.be/tmdVTziqLpE?rel=0
    Video
    Uitleg what-if
    https://youtu.be/57l8MrQWdE0?rel=0
    Video

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Arts, Frank. (z.d.).

    ICT-BASISVAARDIGHEDEN - WORD & POWERPOINT - kopie 1

    https://maken.wikiwijs.nl/206351/ICT_BASISVAARDIGHEDEN___WORD___POWERPOINT___kopie_1

    Mediawijsheid. (2013).

    Excel

    https://maken.wikiwijs.nl/47206/Excel

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Check je kennis

    Check je kennis

    Check je kennis

    Check je kennis

    Crack the Word code

    Crack the PowerPoint code

    Check je kennis

    Check je kennis

    Check je kennis

    Check je kennis

    Crack the PowerPoint code

    Kies het grafiektype

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.