Woordsoorten: het groene pad.

Het groene pad

Wat kun je leren van de lessen op het groene pad?

Als je de lessen allemaal hebt doorgewerkt...

> Weet je waarom je moet leren welke woordsoorten er zijn.

> Weet je wat de vijf voornaamste woordsoorten zijn en kun je ze herkennen in een zin.

> Kun je die vijf woordsoorten op een goede manier zelf gebruiken in zinnen.

Lidwoorden

Het Nederlands heeft drie lidwoorden: de, het en een.

De lidwoorden hebben een paar eigenschappen die je moet weten.

1. Ze horen bij een zelfstandig naamwoord (je leert verderop in de lessenserie over de zelfstandig en bijvoegelijk naamwoorden).

2. In zinnen staan ze altijd vóór het zelfstandig naamwoord (1e voorbeeldzin) of het bijvoegelijk naamwoord dat bij het zelfstandig naamwoord hoort. 

  • De spelers van het elftal geven elkaar een boks. 
  • De jonge hond speelt graag op het groene gras.

3. Ze veranderen nooit. Er zijn dus bijvoorbeeld geen meervoudsvormen van: het is altijd de, het of een. 

4. Bij zelfstandig naamwoorden in het meervoud kan alleen ‘de’ worden gebruikt en bij verkleinwoorden wordt alleen ‘het’ gebruikt:

  • De huizen, de scooters.
  • Het stoeltje, het meisje.

 

Oefeningen

Oefening:Lidwoorden

Als je de test hebt gedaan kun je kiezen. Ga je door op het groene pad om meer verschillende woordsoorten te leren? Of wil je je verdiepen in de lidwoorden? Het hangt er natuurlijk ook vanaf wat je hebt afgesproken met jouw leraar.

Als je doorgaat op het groene pad, ga je gewoon naar de volgende pagina. Het paarse pad bereik je via de knop:

 

Naar het paarse pad.

Zelfstandig naamwoorden

Alles wat je om je heen kunt zien is een zelfstandig naamwoord: jouw bureau, familie en de zon. Maar let op, ook dingen die je niet kunt zien zijn zelfstandige naamwoorden: lucht, energie en pret.

Vaak wordt als ezelsbruggetje de afkorting medipladina (of net zoiets in een andere volgorde): mensen, dingen, planten, dieren en (eigen)namen.

Eigenschappen van zelfstandige naamwoorden zijn:

1. Je kunt er een lidwoord voor zetten, bijvoorbeeld: de leraar. Denk eraan dat het niet gebruikelijk is om voor een naam een lidwoord te zetten.

2. Je kunt ze in het meervoud zetten, bijvoorbeeld: honden, auto's.

3. Je kunt er een verkleinwoord van maken, bijvoorbeeld: regenbuitje. Soms wordt het wel een beetje vreemd: weinig energie is een energietje?

 

Bijvoegelijke naamwoorden

Bijvoegelijke naamwoorden zeggen altijd iets over een zelfstandig naamwoord.

Voorbeelden: de witte auto en de koude regen.

Bijvoegelijk naamwoorden maken teksten en verhalen levendiger en daardoor fijner om te lezen. Ze geven extra inhoud en bepalen de sfeer. Een sprookje over de kleine schattige wolf is heel anders dan het sprookje dat nu vaak wordt verteld.


Vaak voor, maar soms achter het zelfstandig naamwoord.

Zorg dat je weet dat een bijvoegelijk naamwoord niet altijd vóór het zelfstandig naamwoord staat. Het gebeurt ook regelmatig dat het bijvoegelijk naamwoord erachter staat.

Voorbeelden: de tekening is mooi en de tennisser is snel.

Als je de vorige alinea's goed hebt gelezen heb je misschien gezien dat er iets aan de hand is met de spelling van bijvoegelijk naamwoorden en hun plek in de zin. Als het bijvoegelijk naamwoord voor het zelfstandig naamwoord staat, dan krijgt het een extra 'e'. Kijk maar naar die voorbeelden.

Let op! Bij sommige woorden kun je niet alleen een 'e' aan het woord te 'plakken', maar moet er een extra medeklinker worden geschreven: snel wordt snelle (niet snele) en er zijn woorden waar juist een letter verdwijnt: groot wordt grote (niet groote).

Werkwoorden

Werkwoorden staan in de zin om aan te geven wat er gebeurt; welke handeling er wordt verricht.

Werkwoorden zijn niet altijd hetzelfde van vorm: 'lopen' bijvoorbeeld komt onder andere voor als loopt, liep en gelopen. Door die veranderlijkheid zijn ze soms lastiger te herkennen. Je moet je daarom dus afvragen wat er in de zin gebeurt.

  • Het arrangement Woordsoorten: het groene pad. is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    YJ
    Laatst gewijzigd
    14-01-2021 21:17:51
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Woordsoorten
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    bijvoegelijk naamwoord, lidwoord, werkwoord, zelfstandig naamwoord

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    , YJ. (z.d.).

    Woordsoorten: het paarse pad.

    https://maken.wikiwijs.nl/169822/Woordsoorten__het_paarse_pad_

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Lidwoorden

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Versie 2.1 (NL)

    Versie 3.0 bèta

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.