Zakelijke brief mavo 4

Welkom!

Via deze website kun je je zelfstandig en op eigen tempo voorbereiden op het schrijven van een zakelijke brief. De afgelopen jaren ben je voor Nederlands regelmatig bezig geweest met schrijfvaardigheid en ook het schrijven van brieven is al eens aan de orde geweest. De zakelijke brief is een onderdeel van het eindexamen voor vmbo-tl. Los van dat examen zul je een zakelijke brief ook in het dagelijks leven gaan gebruiken. Bijvoorbeeld als je informatie nodig hebt van de gemeente voor een schoolproject of als je een klacht hebt over je net gekochte mobiele telefoon. Ook een sollicitatiebrief is een soort zakelijke brief. Genoeg redenen dus om je hier goed op voor te bereiden.

Bekijk eerst onderstaand filmpje. Hierin vertel ik hoe je te werk gaat. Na het bekijken van het filmpje kun je beginnen met de startopdracht. Onderaan deze pagina vind je ook nog de leerdoelen.

 

Leerdoelen

Aan het eind van deze lessenserie...

  • ken je de regels van werkwoordspelling
  • ken je de regels voor het gebruik van leestekens en hoofdletters
  • ken je de conventies van een zakelijke brief
  • kun je zelfstandig een zakelijke brief schrijven waarbij je let op spelling, leestekens en conventies

Startopdracht

Je bent boos. Sinds de coronapandemie is er bij jou op school een heleboel veranderd. Zo moet je nu overal mondkapjes dragen en je handen ontsmetten en je moet afstand houden van je docenten. Ook het lesrooster is veranderd. De lessen duren minder lang en zijn vaak online. Maar het ergste vind je de pauzes. Doordat er bij jou op school ongeveer 1200 leerlingen zitten en de aula niet goed geventileerd kan worden, heeft de directie besloten dat per direct alle pauzes buiten op het schoolplein doorgebracht moeten worden. En dat terwijl het volop herfst is en de weersvoorspellingen er voor de komende tijd niet goed uitzien. Buiten is bovendien maar een kleine overkapping waar, als het regent, zeker geen 1200 leerlingen onder passen. Tot overmaat van ramp moet de kantine ook dicht. Nu moet je de pauzes zonder eten buiten in de kou doorbrengen.

Je besluit het er niet bij te laten zitten en je schrijft namens je klas een brief naar de directeur van julie school, mevrouw Van Zon. Het adres van de school is: Rotterdam College, Maaskade 144, 3061 BC in Rotterdam.

Schrijf een zakelijke brief waarin je in ieder geval aandacht besteedt aan de volgende punten:

  • leg uit waarom je boos bent
  • vertel wat er sinds corona is veranderd op school
  • beschrijf twee nieuwe regels waar je het niet mee eens bent en leg uit waarom
  • bedenk zelf een passende oplossing voor het probleem
  • vraag of je bij de directeur op gesprek mag komen
  • vraag om een snelle reactie
  • let op spelling en leestekens

Je werkt de brief uit in de Google forms hieronder en gaat daarna verder met het vervolg van deze opdracht.

Vervolg startopdracht

Je hebt in de startopdracht zonder uitleg een zakelijke brief geschreven. In deze lessenserie ga je leren hoe je zo'n brief precies moet schrijven en hoe je daarbij kunt letten op spelling en het gebruik van leestekens en hoofdletters. Vul nu eerst onderstaande vragen in en ga daarna door naar de starttoets van werkwoordspelling .

 

Werkwoordspelling

Starttoets werkwoordspelling

Als je een zakelijke brief schrijft, is het belangrijk dat je de juiste spelling gebruikt. Spellingsfouten komen slordig over en kunnen ervoor zorgen dat je brief minder serieus wordt genomen. Om er achter te komen wat je al beheerst als het gaat om werkwoordspelling, maak je onderstaande oefentoets.

 

  • Bij een score van 13 punten of hoger volg je de uitleg en opdrachten van groep roze
  • Bij een score van 7-12 punten volg je de uitleg en opdrachten van groep blauw
  • Bij een score van 6 punten of lager neem je contact op met je docent en volg je de uitleg en opdrachten van groep blauw

 

Blauw - start

Bekijk eerst het filmpje met de uitleg over werkwoordspelling en beantwoord daarna de vier vragen. De antwoorden op de vragen zijn in het filmpje te vinden. Je kunt altijd even pauzeren of terugspoelen als het te snel gaat.

Blauw - uitleg

Zoek de persoonsvorm

Bij start heb je gekeken naar een filmpje van Arnoud Kuijpers met daarin de uitleg van werkwoordspelling. Daarin legt hij ook uit dat werkwoordspelling altijd begint met het vinden van de persoonsvorm. Weet jij eigenlijk nog hoe je het beste de persoonsvorm in een zin kunt vinden? Kijk het volgende korte filmpje om je geheugen op te frissen en beantwoord daarna de vragen.

En, hoe ging dat? Als je 0 of 1 fout had, mag je verder gaan naar het kopje 'Mindmap' hieronder. Als je 2 of 3 vragen fout had, is het handig om eerst nog wat te oefenen met het vinden van de persoonsvorm. Dat kan hier. Na het maken van deze opdracht ga je verder naar het kopje 'Mindmap' hieronder.

 

Mindmap

Oké, je kennis van de persoonsvorm is weer opgefrist. We gaan verder met de spellingsregels. De uitleg van werkwoordspelling heb ik voor je verwerkt tot een mindmap. De mindmap begeleidt je stap voor stap in het juist spellen van een werkwoordsvorm. Bekijk nu eerst deze mindmap werkwoordspelling. Je vindt de mindmap ook hieronder, maar via de link is hij beter te bekijken. Beantwoord daarna de controlevragen onderaan deze pagina.

 

Hopelijk heeft de mindmap je geholpen bij het maken van de opdrachten. Ga nu verder met de opdrachten van blauw (zie kantlijn links). Als je het handig vindt, kun je tijdens het maken van deze opdrachten de mindmap met het stappenplan erbij houden.

Blauw - opdrachten

Roze - start

Je bent al goed op weg met je kennis van werkwoordspelling, maar er valt altijd nog wat te leren. We gaan eens kijken hoe het zit met je kennis van het spellen van werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd. Volg de LessonUp-les hieronder. Tijdens de les kijk je naar twee korte uitlegfilmpjes waarin een paar vragen worden gesteld. Na de LessonUp maak je de opdrachten onderaan deze pagina.

LessonUp over werkwoordspelling

 

Roze - opdrachten

De opdracht

Je hebt al aardig wat kennis over het spellen van werkwoorden, maar kun je het ook aan anderen uitleggen? Bij de volgende opdracht, ga je de regels voor werkwoordspelling uitleggen aan leerlingen uit klas 1. Zorg dus dat je uitleg niet te moeilijk is en gebruik duidelijke voorbeelden. Je kiest een van de volgende manieren om het uit te leggen:

1. Je neemt een kort filmpje met uitleg op. Het filmpje duurt maximaal 2-3 minuten.

2. Je maakt een mindmap via Popplet waarin je alle stappen van werkwoordspelling uitlegt.

 

Feedback geven

Klaar met de opdracht? Laat nu een klasgenoot (die ook de roze route volgt) feedback geven. Je kunt zelf feedback op het werk van een ander geven door onderstaand formulier in te vullen.

Het resultaat van de opdracht en de feedback van je klasgenoot e-mail je naar je docent.

Extra oefeningen (roze en blauw)

Wil je nog verder oefenen met werkwoordspelling? Hartstikke goed! Via de onderstaande links kom je op verschillende websites met oefeningen.

Cambiumned - Hier vind je veel verschillende oefeningen voor werkwoordspelling

Ik schrijf beter - Hier vind je oefeningen voor werkwoordspelling op verschillende niveaus. Voor mavo 4 kun je niveau 2F selecteren.

Junior Einstein - Hier vind je oefeningen voor werkwoordspelling en de bijbehordende uitleg

 

Leestekens en hoofdletters

Starttoets leestekens en hoofdletters

Als je een zakelijke brief schrijft, is het belangrijk dat je let op het gebruik van hoofdletters en leestekens. Je verliest hier anders kostbare punten mee op het eindexamen. Fouten in hoofdletters en leestekens kunnen ervoor zorgen dat je brief minder prettig leest, maar ook dat de inhoud minder serieus wordt genomen. Om te kijken hoe ver je bent met leestekens en hoofdletters, maak je onderstaande oefentoets.

 

  • Bij een score van 12 punten of hoger volg je de uitleg en opdrachten van groep roze
  • Bij een score van 6-11 punten volg je de uitleg en opdrachten van van groep blauw
  • Bij een score van 5 punten of lager neem je contact op met je docent en volg je daarna de uitleg en opdrachten van groep blauw

 

Blauw - start

Was je tevreden over het resultaat van de instaptoets over leestekens en hoofdletters? Je krijgt nu eerst nog wat uitleg en dan ga je verder oefenen. Ga nu door naar 'Blauw - hoofdletters' en daarna naar 'Blauw - leestekens'. Succes!

 

 

Blauw - hoofdletters

Bekijk het volgende filmpje. Hierin wordt kort en duidelijk uitgelegd wanneer je een hoofdletter moet gebruiken. Je kunt het filmpje altijd even pauzeren of terugspoelen. Als je klaar bent, maak je de opdracht onder het filmpje om te kijken of je het goed begrepen hebt.

Aan de slag!

Blauw - leestekens

Bekijk nu deze website . Hier vind je de uitleg van alle leestekens. Hieronder volgen een paar vragen. Zoek het antwoord op de vragen op op de website. Als je klaar bent, krijg je automatisch een mail met al je antwoorden. Handig om te bewaren, want dit is je eigen samenvatting van de regels. Je kunt dit later weer gebruiken bij het maken van de opdrachten. Succes!

Blauw - opdrachten

Klaar met bovenstaande opdrachten? Log dan nu in op de digitale leeromgeving van Nieuw Nederlands (via Magister --> leermiddelen) en maak de volgende opdrachten. Dit zijn de laatste opdrachten over leestekens en hoofdletters. Als je nog meer wil oefenen, kun je in de menubalk links klikken op 'extra oefeningen'.

 

Ga nu verder met het onderdeel 'conventies'.

Roze - start

De instaptoets over leestekens en hoofdletters ging al hartstikke goed. Ken je ook nog de bijbehorende regels? Bekijk de regels nog eens op deze kaartjes om te kijken of je ze nog kent. Ga als volgt te werk:

1. Klik om de verschillende kaartjes om de uitleg te oefenen

2. Als je denkt dat je de regels kent, maak je de test

Roze - opdrachten

Klaar met bovenstaande opdrachten? Log dan nu in op de digitale leeromgeving van Nieuw Nederlands (via Magister --> leermiddelen) en maak de volgende extra opdrachten . Dit zijn de laatste opdrachten over leestekens en hoofdletters. Als je nog meer wil oefenen, kun je in de menubalk links klikken op 'extra oefeningen'.

 

Ga nu verder met het onderdeel 'conventies'.

Extra oefeningen (roze en blauw)

Wil je nog verder oefenen met leestekens en hoofdletters? Hartstikke goed! Via de onderstaande links kom je op verschillende websites met oefeningen.

Oefenplein - Hier vind je uitleg over leestekens en een aantal opdrachten.

Junior Einstein - Hier vind je uitleg over leestekens en als je doorklikt ook een paar oefeningen.

Junior Einstein - Hier vind je uitleg over hoofdletters en nog een aantal oefeningen.

Cambiumned - Hier vind je een praktische opdracht over leestekens en hoofdletters.

Conventies

Startopdracht

Als je een zakelijke brief schrijft, heb je te maken met conventies. Dat is een moelijk woord voor regels. Conventies zijn dus de vaste regels of afspraken die we hebben gemaakt over de opmaak van een brief. Zo begin je altijd met het adres van de afzender en onderteken je de brief met je naam en handtekening. Ken jij de conventies van een zakelijke brief al? Sleep in de onderstaande brief de stukken tekst naar de lege plekken.

Uitleg

Bekijk het onderstaande filmpje waarin ik uitleg wat de regels (conventies) voor de opmaak van een zakelijke brief zijn. Als je klaar bent met het bekijken van het filmpje, maak je de volgende opdracht. In die opdracht moet je verschillende onderdelen van een zakelijke brief in de juiste volgorde zetten.

Opdracht 1 - volgorde

Het schrijven van de brief

Hoe ga je te werk?

Je hebt nu genoeg kennis opgedaan over spelling, interpunctie, hoofdletters en conventies. Tijd om daadwerkelijk een brief te gaan schrijven. Maar, hoe pak je dat eigenlijk aan? In onderstaand filmpje neem ik je stap voor stap mee in het schrijven van een zakelijke brief. Voor mijn uitleg maak ik gebruik van een oud eindexamen. Deze kun je hier vinden. Bekijk nu eerst het filmpje en beantwoord daarna de vragen.

Opdracht

In deze opdracht ga je alles wat je tot nu toe in deze lessenserie hebt geleerd, toepassen op je eigen werk. Aan het begin van de lessenserie (zie startopdracht) heb je een zakelijke brief geschreven over de gevolgen van Corona bij jou op school.

Met alles wat je inmiddels hebt geleerd over werkwoordspelling, leestekens, hoofdletters en conventies pak je deze brief er nog eens bij en ga je kijken wat je kunt verbeteren.

Ga als volgt te werk:

  1. Bekijk bij startopdracht je originele brief
  2. Kopieer de originele brief (CTRL-C op je toetsenbord of met een rechtermuisklik)
  3. Plak de originele brief in het Google Form hieronder en bekijk dan alinea voor alinea wat je wil veranderen.
  4. Klaar? Uploaden maar!

 

Beoordelen

Je gaat nu de aangepaste brief van een klasgenoot beoordelen. Kies iemand die al even ver is in de lessenserie. Open vervolgens allebei dit bestand en houd het naast de aangepaste brief. Kijk nu kritisch naar de brief van je medeleerling. Geef per onderdeel aan of hij/zij iets al beheerst of dat hij/zij er nog beter in moet worden. Het ingevulde beoordelingsformulier stuur je per e-mail naar je docent. Je docent vult het formulier ook in en voorziet het van feedback. Met deze feedback kun je straks  gerichter aan de slag met je eindopdracht.

 

 

 

Eindopdracht

Je gaat nu starten met de eindopdracht. In deze laatste opdracht schrijf je een zakelijke brief op eindexamenniveau (vmbot-tl). Je let hierbij op alles wat je in deze lessenserie hebt geleerd:

- werkwoordspelling

- leestekens en hoofdletters

- conventies

Je kunt kiezen uit twee verschillende opdrachten. De ene opdracht gaat over vogeltaal en mensentaal en de andere opdracht gaat over liegen. Kies het onderwerp dat jou het meeste aanspreekt. Succes en vergeet niet om je eindopdracht te beoordelen.

Opdracht 1 - Vogel/mensentaal

Je hebt gekozen voor de opdracht over vogeltaal en mensentaal. Hieronder vind je de opdracht. Lees deze goed door en maak daarna de brief in Google Forms.

 

 

 

Opdracht 2 - Liegen

Je hebt gekozen voor de opdracht over liegen. Hieronder vind je de opdracht. Lees deze goed door en maak daarna de brief in Google Forms.

Beoordelen opdrachten

Je bent bijna aangekomen bij het einde van deze lessenserie. Beoordeel eerst zelf nog je eindopdracht. Hieronder vind je de beoordelingsformulieren bij de twee opdrachten. Deel vervolgens je zakelijke brief en het door jouw ingevulde beoordelingsformulier via de Drive met je docent.

 

1. Opdracht 1 (vogeltaal/mensentaal) beoordeel je door middel van dit beoordelingsformulier.

2. Opdracht 2 (liegen) beoordeel je door middel van dit beoordelingsformulier.

 

Terugkijken

Aan het begin van deze lessenserie heb je een aantal vragen beantwoord naar aanleiding van de startopdracht. Bekijk je antwoord bij vraag 3 van het formulier nog eens en beantwoord daarna onderstaande vraag.

Als je het leuk vindt, kun je nog kijken naar de bonusvideo over het beschrijven van een envelop. Dit is het einde van de lessenserie. Heb je nog vragen of wil je iets kwijt aan je docent, neem dan via de e-mail contact met me op.

Bonus: envelop beschrijven

In onderstaande video leg ik je uit hoe je een envelop beschrijft. Dit hoef je niet te weten voor de brief die je tijdens je examen gaat schrijven, maar het is zeker handig om te weten.

Handige links

Eindexamens
Op deze website vind je alles wat je moet weten over je eindexamen: je rooster, hulpmiddelen per vak, maar ook oefenexamens. Klik op vmbo-TL en selecteer dan het vak waar je meer informatie over wil.

Hoofdletters
Hier vind je alle regels voor het gebruik van hoofdletters nog eens op een rij.

Leestekens
Hier vind je alle regels met betrekking tot leestekens (interpunctie) nog eens op een rij.

Werkwoordspelling
Dit is een handige website waar je verder kunt oefenen met werkwoordspelling

Contact

Heb je nog vragen of kom je ergens niet helemaal uit? Stuur me dan een

e-mail

Visie

Content

Deze lessenserie is bedoeld voor examenkandidaten van het vmbo-tl. Het schrijven van een zakelijke brief is een vaardigheid die getoetst wordt op het Centraal Examen (CE). Het is een onderdeel dat goed de verbinding van ons vak met de praktijk demonstreert. In de syllabus (College voor Toetsen en Examen, 2019) staat dat de teksten van kandidaten moeten “voldoen aan eisen op het gebied van spelling, interpunctie, grammaticaliteit en uiterlijke verzorging”. Dit legt mijn keuze uit voor de gekozen leerdoelen. Leerlingen moeten spelling, interpunctie en conventies beheersen als onderdeel van de uiteindelijke zakelijke brief.

De lessenserie start met een welkom en de leerdoelen. Daarna starten leerlingen met een formatieve opdracht waarin ze terugblikken op alles wat ze weten. Ze moeten met de voorkennis die ze hebben een zakelijke brief schrijven en daarop reflecteren. Hierna volgen lessen over de verschillende deelvaardigheden (werkwoordspelling, leestekens en hoofdletters, conventies en uiteindelijk het schrijven van de brief). De opbouw bij de vaardigheden werkwoordspelling en leestekens en hoofdletters is volgens het IGDI-model. Differentiatie vindt hier plaats in de instructie, maar ook in het soort opdrachten. Er is ook sprake van verlengde instructie voor de groep (blauw) die meer instructieafhankelijk is. Uitleg vindt plaats door middel van korte en duidelijke instructiefilmpjes of bijvoorbeeld door het gebruik van een mindmap (om de regels van werkwoordspelling te visualiseren).

Bij ‘het schrijven van de zakelijke brief’ wordt de les rond gemaakt. Hier bekijken leerlingen de brief uit de startopdracht nogmaals en herschrijven ze hem met de kennis die ze in de lessenserie hebben opgedaan. Vervolgens geven ze feedback op elkaars brief. De lessenserie sluit af met de eindopdracht waarbij leerlingen een zakelijke brief schrijven, beoordelen en delen met de docent.

 

Pedagogisch

Ik heb de lessenserie betekenisvol gemaakt, zodat leerlingen intrinsiek gemotiveerd raken. Een zakelijke brief is relevant voor leerlingen, omdat ze dit in het dagelijks leven kunnen gebruiken. Denk bijvoorbeeld aan het schrijven van een sollicitatiebrief. Een aantal onderwerpen van opdrachten sluit bovendien aan bij de belevingswereld van leerlingen, bijvoorbeeld de startopdracht over de coronaregels. Ook dit maakt het voor leerlingen meer betekenisvol.

In deze lessenserie is sprake van convergente differentiatie. De te behalen lesdoelen zijn voor de hele groep gelijk en differentiatie vindt plaats bij de instructie of verwerking van de opdrachten. Ik heb de les voor alle leerlingen inhoudelijk en uitdagend gemaakt. Dat heb ik gedaan door bij de onderdelen werkwoordspelling en leestekens leerlingen te clusteren op basis van een objectief criterium, namelijk de formatieve starttoets. Naar aanleiding van de behaalde score, worden leerlingen ingedeeld in groep roze (voornamelijk instructieonafhankelijk) of groep blauw (instructieafhankelijk en instructiegevoelig). Beide groepen volgen een eigen groepsplan waarbij groep blauw meer instructie krijgt. Groep roze krijgt beknopte instructie en verwerkt de stof meer zelfstandig.

De groepen kunnen per vaardigheid verschillen. Leerlingen maken een formatieve toets bij werkwoordspelling en eentje bij leestekens en hoofdletters. Zo kan een leerling bij werkwoordspelling in groep blauw zitten en bij leestekens in groep roze. Dit houdt de les voor iedereen uitdagend. Het leerpad voor groep roze en groep blauw is meestal anders, maar soms heeft het overlap in opdrachten. Het einddoel is echter voor alle leerlingen hetzelfde (een zakelijke brief kunnen schrijven met juist gebruik van spelling, leestekens en hoofdletters). In twee kennisclips probeer ik leerlingen te instrueren door middel van modelling. Ik doe de opdracht hardop voor, zodat zij dit kunnen imiteren.

Het leerproces van de leerling is voor mij inzichtelijk via Google Forms. Ik kan de antwoorden van de oefentoetsen zien, maar ook de verschillende zakelijke brieven die geschreven zijn. Bovendien deelt de leerling de zelfbeoordeling en de feedback voor een klasgenoot met de docent. Zo heb ik zowel zicht op de prestaties van de klas als op de individuele leerprocessen.

 

Technisch

Het gebruik van ICT maakt het makkelijker om afwisseling in de lessenserie aan te brengen, zodat leerlingen geactiveerd en gemotiveerd blijven. Ook differentiëren is makkelijker met de beschikbare tools.Ik heb verschillende educatieve tools gebruikt om de vakinhoud over te brengen. Zo gebruik ik Google Forms om informatie te verzamelen en om te toetsen. In de zelfstandige leerroute heb ik Quizlet en LessonUp ingezet. Quizlet heb ik gebruikt, zodat leerlingen de regels met betrekking tot leestekens kunnen leren. In LessonUp laat ik video’s met vragen zien. Ook heb ik gebruik gemaakt van Popplet. Bij de zelfstandige leerroute maken leerlingen zelf een mindmap. De andere leerroute krijgt een mindmap van mij waarin alle stappen van werkwoordspelling visueel zijn gemaakt. Tenslotte heb ik gebruik gemaakt van de vragen en oefeningen binnen Wiki.

 

Visie

Bij elke les die ik geef, wil ik een krachtige leeromgeving. Volgens Geerts en Van Kralingen (2016) voelen leerlingen zich prettig als er aan drie basisbehoeften wordt voldaan: competentie, autonomie en relatie. Competentie betekent dat de leerling het gevoel moet hebben de taak aan te kunnen. Juist door te differentiëren, maak je taken overzichtelijker voor leerlingen waardoor ze zich meer competent voelen. Dat leidt ertoe dat er meer wordt geleerd en meer motivatie is (Geerts & Van Kralingen, 2016). Een digitale lessenserie geeft bovendien mogelijkheden voor leerlingen om succeservaringen te beleven. In mijn fysieke les kan ik niet bij elke leerling en opdracht positieve en opbouwende feedback geven. Digitaal is dat makkelijker in te richten.

Als een leerling zelf keuzes kan maken, gaat leren makkelijker. Deze autonomie is bij een digitaal leerarrangement wederom makkelijker te verwezenlijken. Je kan leerlingen laten kiezen uit verschillende opdrachten of verschillende routes. Het digitaal leerarrangement maakt leerlingen bovendien verantwoordelijk voor hun eigen leerproces: de einddoelen zijn duidelijk, nu mogen zij bepalen hoe ze die willen behalen.

Het onderdeel relatie leek me bij een digitale lessenserie moeilijk te realiseren. Maar, relatie is ook het vertrouwen geven dat iemand op de goede weg zit. Dat kan bijvoorbeeld door de positieve of opbouwende feedback die je bij digitale opdrachten geeft. Ik ga er bij deze lessenserie bovendien vanuit dat leerlingen dit zelf kunnen doorlopen. Door dit vertrouwen uit te stralen, zullen leerlingen zich ook gesterkt voelen om dit te doen. Ze zullen aan mijn verwachting willen voldoen en daardoor beter presteren.


 

Berben, M., & Teeseling, M. (2018). Differentiëren is te leren! (2e druk). Amersfoort, Nederland: CPS Onderwijsontwikkeling en advies.

 

College voor Toetsen en Examens. (2019 juni). Nederlands vmbo - syllabus BB, KB en GT Centraal Examen 2021. Geraadpleegd op november 2020, van https://www.examenblad.nl/examenstof/syllabus-nederlands-vmbo-2021/2021/f=/syllabus_nederlands_vmbo_2021_versie_2.pdf

 

Geerts, W., & Kralingen, R. (2016). Handboek voor leraren (2e druk). Bussum, Nederland: Coutinho.


Veen, T., & Wal, J. (2016). Van leertheorie naar onderwijspraktijk (6e druk). Groningen, Nederland: Noordhoff.

Evaluatie

Het ontwerpen van deze gedifferentieerde, digitale lessenserie was soms afzien, maar vooral een leuke ontdekkingstocht.Ik ben tot een aantal inzichten gekomen als het gaat om het vormgeven van mijn onderwijs met ICT. Allereerst is mijn verwachting dat het veel tijd kost om dit te ontwikkelen, uitgekomen. Echter, als het eenmaal af is, heb je een mooi product voor de komende jaren. Verder vind ik het een voordeel dat de meeste ICT-lessen eenvoudig uit te wisselen zijn met collega’s. Dat vind ik een pluspunt, omdat in mijn onderwijspraktijk collega’s nog vooral hun eigen les aan hun eigen klas staan te geven. ICT biedt de gelegenheid om samen nieuwe lessen te ontwikkelen en te delen. Leren met en van elkaar. Tenslotte heb ik ook ontdekt dat de mogelijkheden veel uitgebreider zijn dan ik zelf had kunnen bedenken. Voor elk lesidee is wel een passende ICT-tool te vinden.

Differentiëren blijf ik lastig vinden, maar ik zie wel dat het gebruik van ICT dit in de praktijk wat makkelijker maakt. Als je drie verschillende leerroutes uitzet waar leerlingen zelfstandig aan kunnen werken, is iedereen op zijn eigen niveau bezig en werken ze toch nog samen aan een einddoel. In een ouderwetse lessituatie is dit veel lastiger te bewerkstelligen (bijvoorbeeld omdat je klassenmanagement dan echt in orde moet zijn).

De Wikiwijs in het algemeen was voor mij de grootste eye-opener. Ik zocht al langer naar een manier om mijn eindexamenklassen zelfstandiger te laten werken. Met mijn directe collega heb ik inmiddels gesproken over het ontwikkelen van een aantal digitale lessenseries die de leerlingen zelfstandig kunnen doorlopen. Dat geeft ons de kans om meer coachend aanwezig te zijn in de lessen. Het gebruik van Google Forms heeft voor mijn onderwijs ook een meerwaarde. Ik gebruikte dit incidenteel voor oefentoetsen, maar door deze lessenserie ben ik nog meer in de mogelijkheden gedoken. Nu zie ik dat ik het bijvoorbeeld ook goed kan inzetten voor feedback.

Door de coronapandemie is lesgeven met ICT ineens een nog urgenter onderwerp geworden. Zo wordt op mijn school een deel van de lessen online gegeven. Bovendien hebben we de opdracht gekregen om een ‘Digibieb’ te vullen met digitaal lesmateriaal. Mijn persoonlijke leerdoelen zijn daarom ook vooral gericht op het blijven ontwikkelen van digitaal materiaal. Ik wil me dit schooljaar verder ontwikkelen in het gebruik van ICT-tools om deze blijvend in te kunnen zetten voor (zowel online als fysieke) lessen.