2.1 Botten VWO groep A - kopie 1

Intro

Intro

Kijk ongeveer een minuut naar het volgende filmpje.


Volgens mensen die de evolotietheorie aanhangen behoren wij tot de zoogdieren. Creationisten plaatsen mensen in een aparte groep: Mensen. Mensen hebben overigens net als zoogdieren botten

In deze opdracht staat het skelet centraal.
Hoe heten al die botten in ons skelet?

Op deze vragen ga je in deze opdracht antwoord geven.

Succes

Aan de slag

Stap 1

Samenstelling botten
Bekijk het filmpje op de site van SchoolTV. Samenstelling bot

 

Bestudeer nu de informatie over de samenstelling van de botten en beantwoord vervolgens de vijf vragen.
 

Kalk en lijmstof
Je geraamte moet wel tegen een stootje kunnen en dus stevig zijn. De botten zijn daarom erg hard en zo sterk als staal.
Een bot bestaat gewoonlijk uit been en voor de geboorte uit kraakbeen. Enkele botten zoals in je neus en oorschelp blijven uit kraakbeen bestaan. Been bestaat uit beencellen, kalk en lijmstof.

Kalk ken je vast wel, want stoepkrijt is ook van kalk.
Kalk is stevig, maar ook broos. Als je een stukje stoepkrijt probeert te buigen, breekt het.
Lijmstof is net een soort gum. Het is gemakkelijk in elkaar te drukken, maar veert daarna weer terug. Stevig is deze lijmstof dus niet, maar wel erg soepel.
Ook is het kleverig: vroeger maakte men er lijm van (beenderlijm).

Kalk en lijmstof zorgen samen voor een stabiel skelet, zodat het lichaam zijn vorm behoudt.
  1. Waaruit bestaat hard bot?
    Kies uit: kraakbeen, been en kalk
  2. Wat is van kalk gemaakt?
    Kies uit: stoepkrijt, waspoeder en gum.
  3. Welke twee eigenschappen passen bij lijmstof?
    Kies uit: broos, soepel en terugverend
  4. Wat is een voorbeeld van een zacht bot bij een volwassene?
    Kies uit: oorschelp, staartbeentje en borstbeen
  5. Welke twee stoffen zorgen samen voor een stevig skelet?
    Kies uit: beencellen, lijmstof en kalk.

Stap 2

Oefening:Verandering in de samenstelling van botten en krimpen

Stap 3

Bekijk de grafiek hieronder. In de grafiek zie je hoe het percewntage lijmstof en kalk in je botten verandert als je ouder wordt.

  1. Welke lijn geeft het percentage kalk weer?
  2. En welke lijn het percentage lijmstof?

Stap 4

Wervelkolom

Bekijk nu de video op de website www.e-gezondheid.be.
Gebruik alle informatie voor het beantwoorden van de acht vragen.
www.e-gezondheid.be

  1. Bekijk een tekening of kijk naar het skelet in de klas.
    Hoeveel halswervels heeft de wervelkolom?
    1. 2
    2. 7
    3. 14

  2. Hoe heten de twaalf wervels die onder de halswervels liggen?
    1. rugwervels
    2. middenwervels
    3. borstwervels

  3. Hoeveel lendenwervels zijn er?
    1. 1
    2. 5
    3. 11

Stap 5

Vragen vervolg
  1. Hoe heet het been tussen de lendenwervels en het staartbeen?
    1. tussenbeen
    2. heiligbeen
    3. bekkenbeen
    4. kraakbeen

  2. Waardoor is de wervelkolom buigzaam?
    1. Doordat de wervels gescheiden zijn door tussenwervelschijven.
    2. Doordat de wervelkolom een S-vorm heeft.
    3. Doordat de wervels van binnen hol zijn.
    4. Doordat de wervels uit verschillende soorten wervels bestaat.

  3. Waaruit bestaan de tussenwervelschijven?
    1. Alleen uit kraakbeen.
    2. Alleen uit vocht.
    3. Uit kraakbeen en vocht.

Stap 6

Vragen vervolg
  1. Als mensen ouder worden kunnen ze rugpijn krijgen.
    Waardoor komt dat?
    1. De tussenwervels 'drogen uit' waardoor de kwaliteit verslechtert.
    2. De tussenwervels nemen meer vocht op en dit veroorzaakt pijn.
    3. De wervels komen in de knel en dit veroorzaakt pijn.

  2. Wat is geen direct gevolg zijn van beknelling van een ruggenmergzenuw?
    1. lagerugpijn
    2. pijn in de benen
    3. meniscus

Vergelijk jouw antwoorden met de antwoorden van een klasgenoot. Bespreek verschillen. Komen julllie er niet uit vraag dan de hulp van de docent.

Stap 7

Eindtoets

Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets.
De toets bestaat uit negen vragen.
Voor iedere vraag kun je 2 punten halen. Probeer alle punten te halen.

Klik op de volgende link om te beginnen:
Succes!

Toets:Rechtop staan

Stap 8

Lichaamshouding

Bestudeer uit de Kennisbank Biologie het onderdeel Beenverbindingen: Lichaamshouding
Bekijk ook de volgende twee filmpjes:


Stap 9

Hoe moet je staan en hoe moet je zitten?

In de volgende tekst ontbreken enkele woorden. Die woorden zie je naast de tekst. Sleep de woorden naar de juist plaats.

 

Oefening:Hoe moet je staan en hoe moet je zitten?

  • Het arrangement 2.1 Botten VWO groep A - kopie 1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    O M Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2020-08-20 22:40:42
    Licentie
    CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    - Kopie zoekresultaat -
    Leerniveau
    HAVO 1; VWO 1;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Brokking, Jos. (2015).

    2.1 Botten VWO groep A

    https://maken.wikiwijs.nl/66284/2_1_Botten_VWO_groep_A