Verrassing: aantal banen laagopgeleiden blijft stabiel
De positie van laagopgeleiden in Nederland is niet verslechterd, zoals vaak wordt gedacht, maar juist verbeterd. Zij nemen vaker deel aan de arbeidsmarkt en zijn minder vaak werkloos tijdens een recessie. Wel is de afstand tussen laag- en hoogopgeleiden groter geworden. Dit staat in een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau.“
De titel van het stukje in de krant begint met het woord 'Verrassing'. Het SCP had blijkbaar niet verwacht dat het aantal banen voor laagopgeleiden stabiel was gebleven. In het artikel staat dat het verbeterd is, daarom zou ik volgende zin gebruiken: Het SCP had blijkbaar niet verwacht dat het aantal banen voor laagopgeleiden zou verbeteren. Wat had het SCP dan wel verwacht en waarom? En zijn er redenen waarom de verwachting van het SCP niet is uitgekomen?
In deze opdracht staat de positie van laagopgeleiden op de arbeidsmarkt centraal. Jullie gaan op zoek naar antwoorden op bovenstaande vragen. Voor het beantwoorden van de vragen maken jullie gebruik van het antwoordmodel bij deze opdracht.
Eindtermen
Deze opdracht behoort tot concept: Markt.
De arbeidsmarkt is een verplichte context binnen het concept Markt.
Bij deze opdracht horen de volgende kernbegrippen:
vraag naar arbeid;
arbeidsproductiviteit;
aanbod van arbeid;
arbeidsmarkt;
werkloosheid.
Activiteiten
Banen laagopgeleiden
Oriëntatie
Inhoud
Kennisbank
Vraag naar arbeid + toepassingsvragen
Aanbod van arbeid + toepassingsvragen
Vraag en aanbod + toepassingsvragen
Werkloosheid + toepassingsvragen
Aan de slag
Inhoud
Onderzoeksvraag
Wat zijn de voor- en nadelen van branchevervaging voor de verschillende betrokken partijen?
Stappen
Waarom gaat een bedrijf als Albert Heijn boeken verkopen?
Eindproduct
Argumentenschema maken waarmee je argumenten voor en de argumenten tegen branchevervaging in beeld brengt.
Afronding
Inhoud
Samenvatten
Kennisbank Vraag naar werk + D-toets
Kennisbank Aanbod van werk + D-toets
Kennisbank Vraag en aanbod + D-toets
Kennisbank Werkloosheid + D-toets
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 5 uur nodig.
2 uur voor het bestuderen van het onderwerp in de Kennisbank.
1 uur voor het doorlopen van de stappen en het maken van het eindproduct.
Gebruik de informatie uit de Kennisbank bij het maken van de volgende opdrachten.
Aan de slag
Onderzoeksvraag
Hoofdvraag:
Waarom is het een verrassing dat het aantal banen voor laagopgeleiden in de afgelopen jaren stabiel is gebleven?
Deelvragen:
Wat wordt bedoeld met 'banen voor laagopgeleiden'?
Welke factoren bepalen de vraag naar arbeid?
Op grond van welke ontwikkelingen had verwacht mogen worden dat het aantal banen voor laagopgeleiden zou afnemen?
Wat zijn mogelijke verklaringen voor het feit dat het aantal banen voor laagopgeleiden niet is afgenomen?
Stap 1: Minder werk laagopgeleiden
Lees de onderstaande tekst.
Dorinde Meuzelaar AMSTERDAM De positie van laagopgeleiden in Nederland is niet verslechterd, zoals vaak wordt gedacht, maar juist verbeterd. Zij nemen vaker deel aan de arbeidsmarkt en zijn minder vaak werkloos tijdens een recessie. Wel is de afstand tussen laag- en hoogopgeleiden groter geworden.
Dit staat in een woensdag gepubliceerd rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau. Het SCP heeft onderzoek gedaan naar de arbeidspositie van laagopgeleiden in de periode 1987 tot 2008. Volgens het SCP is er sprake van een te pessimistische beeldvorming over laagopgeleiden. Er is vrees dat het aantal banen voor laaggeschoolden afneemt door verbeterde computertechnologie en de verplaatsing van werk naar lagelonenlanden. Ook zou een vmbo-opleiding niet voldoende zijn om deel te nemen aan de arbeidsmarkt.
Maar de arbeidsmarktpositie voor laagopgeleiden is de afgelopen twintig jaar niet verslechterd. Het aantal laagopgeleiden dat deelneemt aan de arbeidsmarkt is gestegen, evenals het uurloon.
Ook van een 'totale vernietiging van laaggeschoolde arbeid' is volgens het SCP geen sprake. In de periode 1987-2008 bleef het aantal banen in deze sector gelijk: 2,2 miljoen. In relatieve zin is echter sprake van een daling, want de totale werkgelegenheid nam toe van 5,5 miljoen naar 7,6 miljoen. Het aandeel laaggeschoolde arbeid daalde van 40 naar 30 procent.
Opvallend is dat men name vrouwen van deze verbeteringen profiteren. In de agrarische sector, waar van oudsher veel mannen werken, is het aantal arbeidsplaatsen gedaald door schaalvergroting en automatisering. Voor de sectoren zorg en dienstverlening, waar relatief veel vrouwen werken, voorspelt het SCP dat er juist banen bijkomen.
Desondanks is de verbetering van de arbeidsmarkt van laaopgeleiden relatief. Hun achterstand op hoogopgeleiden is namelijk toegenomen. Het uurloon van de laatste groep steeg meer. Ook is het arbeidsniveau van laagopgeleiden gedaald.
bron: Volkskrant
Download het antwoordmodel opdracht 'Aantal banen laagopgeleiden'
De volgende gegevens kun je deels vinden in het artikel. Beschrijf ze in het antwoordmodel.
Omschrijving + voorbeelden van banen voor laagopgeleiden.
Argumenten waarom verwacht had mogen worden dat het aantal banen voor laagopgeleiden zou afnemen.
Cijfers waaruit blijkt dat het aantal banen voor laagopgeleiden niet is afgenomen.
Mogelijke verklaringen waarom het aantal banen voor laagopgeleiden niet is afgenomen.
Gegevens waaruit blijkt dat de verbetering van de arbeidspositie als gevolg van de toename van het aantal banen voor laagopgeleiden niet heeft geleid tot een kleinere afstand tussen laag- en hoog opgeleiden.
Stap 2: Conclusie
Geef nu op het antwoordmodel in je eigen woorden antwoord op de hoofdvraag:
'Waarom is het een verrassing dat het aantal banen voor laagopgeleiden in de afgelopen jaren stabiel is gebleven?'
Klaar?
Lever het antwoordmodel in bij je docent.
Bij de beoordeling van het antwoordenmodel gebruikt je docent het volgende schema:
Aantal punten
Eindproduct
50
voor het beantwoorden van punt 1 t/m 5 op het antwoordenmodel;
30
voor het beantwoorden van de hoofdvraag;
20
voor de samenwerking en de verzorging van het eindproduct.
100
Totaal
Afronding
KB: Vraag naar arbeid + toets
De theorie bij deze opdracht vind je in de Kennisbank.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het arrangement Opdracht: Banen laagopgeleiden - vwo456 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Markt', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vwo456. De opdracht begint met een intro, daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. Eerst komen er een opdracht over vraag naar arbeid, aanbod van arbeid, vraag & aanbod en werkloosheid. De opdracht bestaat uit een onderzoeksvraag, twee stappen met bijbehorende opdrachten, een eindproduct, een toets en een reflectie. In deze opdracht geef je antwoord op de volgende onderzoeksvraag: Waarom is het een verassing dat het aantal banen voor laagopgeleiden in de afgelopen jaren stabiel is gebleven? De onderzoekvraag is onderverdeeld in meerdere deelvragen. Belangrijke onderwerpen zijn: banen voor laagopgeleiden, factoren voor het bepalen van de vraag naar arbeid, geen afname van banen voor laagopgeleiden. Bij de eerste stap ga je samen met een klasgenoot antwoord geven op de verschillende deelvragen. Bij stap 2 gaan jullie bezig met het eindproduct. Hier geef je antwoord op de hoofdvraag. Ter afsluiting is er een toets over de vraag naar arbeid, aanbod van arbeid, vraag & aanbod en werkloosheid. Na de toets wordt er nog een keer teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het?
Leerniveau
VWO 6;
VWO 4;
VWO 5;
Leerinhoud en doelen
Veranderingsfactoren van vraag en aanbod;
Markt;
Economie;
Vraag en aanbod;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
5 uur en 0 minuten
Trefwoorden
aanbod van arbeid, arbeidsmarkt, arbeidsproductiviteit, arrangeerbaar, banen laagopgeleiden, economie, markt, stercollectie, vraag naar arbeid, vwo456
Deze opdracht hoort bij het thema 'Markt', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vwo456. De opdracht begint met een intro, daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. Eerst komen er een opdracht over vraag naar arbeid, aanbod van arbeid, vraag & aanbod en werkloosheid. De opdracht bestaat uit een onderzoeksvraag, twee stappen met bijbehorende opdrachten, een eindproduct, een toets en een reflectie. In deze opdracht geef je antwoord op de volgende onderzoeksvraag: Waarom is het een verassing dat het aantal banen voor laagopgeleiden in de afgelopen jaren stabiel is gebleven? De onderzoekvraag is onderverdeeld in meerdere deelvragen. Belangrijke onderwerpen zijn: banen voor laagopgeleiden, factoren voor het bepalen van de vraag naar arbeid, geen afname van banen voor laagopgeleiden. Bij de eerste stap ga je samen met een klasgenoot antwoord geven op de verschillende deelvragen. Bij stap 2 gaan jullie bezig met het eindproduct. Hier geef je antwoord op de hoofdvraag. Ter afsluiting is er een toets over de vraag naar arbeid, aanbod van arbeid, vraag & aanbod en werkloosheid. Na de toets wordt er nog een keer teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het?
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Vraag naar arbeid
Aanbod van arbeid
Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt
Werkloosheid
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.