De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In de celkern van planten en dieren zit het DNA opgeborgen.
Dit DNA is te klein om met het blote oog te zien.
Maar als je veel cellen neemt kun je genoeg DNA verzamelen om het wel met het blote oog te zien.
In dit practicum ga je het DNA uit de cellen van een kiwi halen.
Practicum DNA uit een kiwi
Download de opzet DNA uit kiwi. Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...)
of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Lees het practicum een keer helemaal door.
Zoek de benodigdheden bij elkaar.
Voer het onderzoek uit zoals beschreven onder de werkwijze.
Noteer de resultaten en beantwoord de extra vraag.
Stap 3: Karyogram
Bekijk de volgende video over het Karyogram. Maak daarna de oefening.
Organismen hebben een verschillend aantal chromosomen.
Een mens en een veldmuis hebben bijvoorbeeld 46 chromosomen en een appel heeft er 34.
Afronding
Begrippenlijst
Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.
Erfelijke eigenschappen
Zichtbare en onzichtbare eigenschappen die al vast liggen sinds je geboorte.
Chromosomenparen en genen en DNA
In iedere cel zit een celkern. In de celkern zitten chromosomenparen en op die chromosomen zitten de genen. Chromosomen zijn voor te stellen als lange strengen. Ze bestaan uit een stof die we DNA noemen. In het DNA zit de code waarin onze erfelijke eigenschappen zijn vastgelegd. DNA is de afkorting van het Engelse Desoxyribo Nucleic Acid.
Genotype
De erfelijke informatie die op je chromosomen ligt.
Fenotype
Al je uiterlijke kenmerken samen, noem je jouw fenotype. Je zou kunnen zeggen: je fenotype is het resultaat van je genotype, omgevingsfactoren en keuzes die je zelf maakt.
Dominant en recessief
Het gen dat bepaalt welke eigenschap jij krijgt, noem je het dominante gen. Genen met minder invloed noem je recessief.
Karyogram
Een verzameling chromosomen wordt wel een karyogram of chromosomenportret genoemd.
Mitose
De mitose (kerndeling of gewone celdeling) is het proces waarbij de chromosomenparen in paren uit elkaar gaan.
Meiose
De celdeling waarbij geslachtscellen ontstaan, noem je meiose ofwel reductiedeling.
Examenopgaven
Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.
Het arrangement Mitose en meiose hv3 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor havo/vwo leerjaar 3. Dit is thema ’Paarden'. Het onderwerp van deze les is: mitose en meiose.
Je leert omschrijven wat een karyogram is en aangeven op welk punt een karyogram van een vrouw verschilt van een karyogram van een man, het verschil tussen geslachtscellen en lichaamscellen beschrijven, de verschillen uitleggen tussen mitose en meiose en aangeven wanneer er sprake is van mitose en wanneer van meiose.
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor havo/vwo leerjaar 3. Dit is thema ’Paarden'. Het onderwerp van deze les is: mitose en meiose.
Je leert omschrijven wat een karyogram is en aangeven op welk punt een karyogram van een vrouw verschilt van een karyogram van een man, het verschil tussen geslachtscellen en lichaamscellen beschrijven, de verschillen uitleggen tussen mitose en meiose en aangeven wanneer er sprake is van mitose en wanneer van meiose.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Mitose en meiose
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.