ENGLISH GRAMMAR FUTURE PRACTICE

ENGLISH GRAMMAR FUTURE PRACTICE

Welkom

Deze les gaan we oefenen met Future in het Engels.

Het doel van deze les is dat je aan het einde van deze les zelf een brief kan schrijven naar een Engelse vriend/vriendin waarin je 5 plannen voor de zomervakantie verteld in het Engels.

Om een brief in het Engels te schrijven waarin je Plannen voor in de toekomst omschrijft moeten we weten hoe we de Future in het Engels gebruiken. Daarom gaan we als volgt te werk.

1. Eerst maak je de instaptoets. Hier komt een resultaat uit. Bij een onvoldoende, moet je nog veel oefenen. Bij een voldoende, beheers je de stof al wel maar nog niet heel erg goed. Bij een goed, beheers je de stof al heel goed.

2. Na het maken van de instaptoets ga je de uitleg lezen van het onderwerp wat je wilt oefenen. Kijk dan naar de filmpjes en lees de uitleg goed door.

3. Na het lezen van de uitleg, ga je aan de slag met de practice. Wanneer je een onvoldoende of voldoende hebt gehaald, maak je eerst de gewone practice. Als je die opdrachten goed gaan kan je aan de slag met de extra practice. Wanneer je een goed hebt gehaald kan je beginnen met de extra practice. Deze opdrachten zijn uitdagender dan de practice oefeningen.

4. Als je denkt dat je de stof onder de knie hebt en je veel vragen goed maakt, dan ben je klaar voor de toets. Wanneer je een onvoldoende hebt gehaald, is het de bedoeling dat je nog een paar oefeningen opnieuw maakt en daarna pas weer de toets opnieuw maakt.

5. Wanneer je met een voldoende de toets hebt afgerond mag je gaan beginnen met de eindopdracht. Een brief schrijven naar je Engelse vriend/vriendin. 

5. Wanneer alle opdrachten zijn gemaakt en de toets is gemaakt  mag je feedback geven op de les.

6. Als je alle opdrachten hebt gemaakt, je hebt de toets met een voldoende gemaakt en de feedback is ingevuld mag je verder werken aan de leerwerktaak op je iPad.

Instaptoets

Uitleg

Uitleg Future will + hele werkwoord

Je gebruikt will + hele werkwoord om te zeggen dat er iets in de toekomst zal gebeuren. Dit is een soort voorspelling die je doet. Er is dan geen bewijs voor het gene wat je zegt.

 

In het Nederlands betekent will + hele werkwoord vaak zal/zullen.

 

Enkele voorbeelden zijn:

There will be a storm this weekend.

Het zal gaan stormen dit weekend.

 

Maybe, they will throw a party?

Misschien zullen ze wel een feest organiseren?

 

I will drink 10 glases of water.

Ik zal 10 glazen water drinken.

Uitleg Future to be going to

Je gebruikt to be going to vaak om aan te geven dat je iets van plan bent in, dat er iets in de nabije toekomst gaat gebeuren en dat je er bewijs voor hebt.

 

To be going to betekend in het Nederlands gaan.

 

Enkele voorbeelden zijn:

It is going to rain.

Het gaat regenen.

 

Jenny is going on vacation, next Saturday.

Jenny gaat op vakantie aankomende zaterdag.

 

I am going to play football this afternoon.

Ik ga voetballen vanmiddag.

 

Will + hele werkwoord

Uitleg

Filmpje: uitleg Will/won't + hele werkwoord

Will / Will not + hele werkwoord.

Je gebruikt will + hele werkwoord om te zeggen dat er iets in de toekomst zal gebeuren. Dit is een soort voorspelling die je doet. Er is dan geen bewijs voor het gene wat je zegt.

 

In het Nederlands betekent will + hele werkwoord vaak zal/zullen.

 

Enkele voorbeelden zijn:

There will be a storm this weekend.

Het zal gaan stormen dit weekend.

 

Maybe, they will throw a party?

Misschien zullen ze wel een feest organiseren?

 

I will drink 10 glases of water.

Ik zal 10 glazen water drinken.

Practice

oefening 1 future will + hele werkwoord

oefening 3 will + hele werkwoord

Oefening 4 Will + hele werkwoord

Extra practice

Oefening 2

 

 

Oefening 3 will + hele werkwoord

To be going to

Uitleg

Filmpje: uitleg to be going to

To be going to.

Je gebruikt to be going to vaak om aan te geven dat je iets van plan bent in, dat er iets in de nabije toekomst gaat gebeuren en dat je er bewijs voor hebt.

 

To be going to betekend in het Nederlands gaan.

 

Enkele voorbeelden zijn:

It is going to rain.

Het gaat regenen.

 

Jenny is going on vacation, next Saturday.

Jenny gaat op vakantie aankomende zaterdag.

 

I am going to play football this afternoon.

Ik ga voetballen vanmiddag.

Practice

oefening 1 be going to

Oefening 4 be going to

Extra practice

Extra oefening 2 to be going to

 

Toets

feedback

Vul deze feedback in aan het einde van de les, wanneer de docent hierom vraagt.

Feedback

Eindopdracht

Toets: Eindopdracht

Start

Bronnen

 

Digischool. (z.d.). Geraadpleegd van http://static.digischool.nl/en/grammatica/begoingto-vraag.htm

Edu het hoog huis. (z.d.). Geraadpleegd van https://edu.hethooghuis.nl/en/lets-go-digital/3-VMBO-tg/grammatica/grammaticaoefeningen/oefeningen/tijden16.htm

English-hilfen. (z.d.). Geraadpleegd van https://www.englisch-hilfen.de/en/

Oefeningen engels. (z.d.). Geraadpleegd van https://oefeningenengels.classy.be/futuremixed1.html

Static.digischool. (z.d.). Geraadpleegd van http://static.digischool.nl/en/grammatica/will-vraag.htm

Studyzone. (z.d.). Geraadpleegd van https://web2.uvcs.uvic.ca/courses/elc/studyzone/330/grammar/futwil1.htm