Thema Feestdagen

Thema Feestdagen

Thema: Feestdagen

Inleiding

Voor de vakantie hebben we een leuke en geslaagde kerstmarkt georganiseerd samen.

Dit was een onderdeel van het project Feestdagen/Christendom.

 

Nu gaan jullie wat verder kijken naar Christelijke feestdagen in Nederland. Wat wordt er eigenlijk op deze feestdagen gevierd? Waar is het ontstaan? Hoe worden deze feestdagen gevierd?

Dit zijn vragen waar jullie antwoord op moeten gaan geven in de komende 2 weken. Je gaat dit voor een deel zelf doen en voor een deel in jouw groepje.

Wat ga ik doen?

De eerste week (6 t/m 10 januari) werk je alleen aan een werkstuk over de Christelijke feestdagen in Nederland. Je gaat 5 verschillende feestdagen onderzoeken.

In de tweede week (13 t/m 17 januari) ga je in jouw groepje de informatie die je hebt over de verschillende feestdagen verwerken in een spel.

Hierbij hebben jullie als groep de keuze uit:

- Kwartetspel

- Pub quiz

- Dominospel

Planning

Planning deel 2 Thema: feestdagen

 

Week 1: 6 t/m 10 januari

Blok 1: Lezen van de opdracht, inleiding schrijven, minimaal 1 feestdag al onderzocht.

Blok 2: Eind van dit blok minimaal 3 feestdagen uitgewerkt.

Blok 3: Afronden werkstuk, bestand uploaden in Peppels, evaluatie invullen in Peppels.

 

Week 2: 13 t/m 17 januari

Blok 1: Lezen van de opdracht, keuze maken voor welk spel

Blok 2: Uitwerking

Blok 3: Afronden, foto’s/bestanden uploaden in Peppels, evaluatie invullen in Peppels.

 

Week 1: Werkstuk maken

Opdracht werkstuk christelijke feestdagen

Je gaat een werkstuk maken over christelijke feestdagen.

De titel van het werkstuk is:

De Christelijke feestdagen in Nederland

De feestdagen waar je onderzoek over gaat doen zijn: (dit zijn ook de titels van de hoofdstukken)

- Kerstmis

- Carnaval

- Pasen

- Hemelvaart

- Pinksteren

Voor elke feestdag ga je de onderstaande vragen beantwoorden.

  • Wat wordt er gevierd op deze feestdag?
  • Waar/hoe is deze feestdag ontstaan?
  • Hoe wordt deze feestdag gevierd?
  • Wanneer (welke datum/periode van het jaar) wordt deze feestdag gevierd?
  • Wat zijn opvallende kenmerken van deze feestdag?

Het laatste hoofdstuk van jouw werkstuk heeft als titel:

De leukste feestdag vind ik.....,omdat

Hierin leg je uit welke feestdag jij het leukst/meest interessant vind. Hierbij leg je ook uit waarom je dit vind!

 

Wat aandachtspunten voor het werkstuk:

  • Zorg ervoor dat je voor elk feest goed onderzoek doet op bijvoorbeeld internet. 
  • Gebruik bij elk hoofdstuk ook passende afbeeldingen. Denk aan foto's, kaarten en tekeningen. 
  • Maak een apart documentje waarin je alle bronnen gelijk kunt neerzetten. Zo vergeet je niet de juiste bronnen in de bronvermelding te zetten.
  • Schrijf de teksten zelf, dat betekent dat je niets letterlijk mag kopiëren van internet!

How to: werkstuk maken

Kijk voor informatie hoe je een goed werkstuk maakt in de onderstaande gereedschapskist. Hierin staat ook beschreven hoe de expert kijkt naar jouw werkstuk en hoe er beoordeeld wordt.

How to: Werkstuk maken

Week 2: Spel maken

Nu je het werkstuk af hebt en veel geleerd hebt over de feestdagen ga je met jouw groepje deze kennis verwerken in een spel. Als doelgroep neem je groep 8/klas 1. Het spel moet dus goed speelbaar zijn voor jullie leeftijdsgenoten.

Je gaat in jouw groepje bedenken welk soort spel jullie gaan maken. 

Kies uit:

  • Kwartet
  • Pub-quiz
  • Domino

Lees eerst de How to van elke soort goed door! Zo kunnen jullie een goede keuze maken. 

How to: Kwartet

Kwartet maken

Een kwartetspel is een creatieve manier om informatie te presenteren. Maak over ieder onderwerp/thema een kwartet met 4 kaartjes.

 

Hoe maak je een kwartet?

 

Voor ieder setje van 4 kaartjes (= 1 kwartet):

 

  1. Je kunt het kwartetspel digitaal maken met digitaal kwartetspel maken
  2. Je mag het kwartetspel ook gewoon met papier, stiften, kleurpotloden etc maken. 
  3. Bepaal welke informatie je wilt vertellen
  4. Deel het onderwerp op in vier deelonderwerpen
  5. Zet bovenaan de vier deelonderwerpen in de vier kleine vakjes
  6. Op het grote vlak in het midden komt de afbeelding te staan van ieder deelonderwerp
  7. Onderaan schrijf je de naam op van het hoofdonderwerp
  8. op de achterkant van iedere speelkaart staan de namen van jullie groepje en een leuke afbeelding.

 

 

 

Verderkijker

Check de tips hieronder voor het maken van je kwartet.

Tips

  • Zorg ervoor dat het kwartetspel goed aansluit bij de vragen uit de opdracht
  • Zorg ervoor dat het kwartetspel er verzorgd uitziet
  • Zorg ervoor dat alle vier de deelonderwerpen relevant zijn voor het hoofdonderwerp
  • Speel het spel tijdens of na het maken ervan met je klasgenoten, om te zien of het werkt

Beoordeling

Bij de beoordeling van jouw kwartetspel wordt er gekeken naar de volgende punten:

 

Nog niet aangetoond

In ontwikkeling

Aangetoond

Expert

Doelgroep

Ik heb niet nagedacht over de doelgroep van het kwartet.

Ik heb niet bij alle delen van het kwartet rekening gehouden met de doelgroep.

Ik heb voldoende rekening gehouden met de doelgroep van het kwartet.

Ik heb kritisch gedacht over de doelgroep waarvoor het kwartet bedoeld is.

Opdracht

Ik heb het kwartetspel niet laten aansluiten bij de vragen uit de opdracht.

 

Ik heb het kwartetspel een beetje laten aansluiten bij de vragen uit de opdracht.

Ik heb gezorgd dat het kwartetspel voldoende aansluit bij de vragen uit de opdracht.

 

Ik heb gezorgd dat het kwartetspel goed aansluit bij de vragen uit de opdracht.

 

Uitwerking

Ik heb het kwartetspel niet goed uitgewerkt.

 

Ik heb sommige delen van het kwartetspel uitgewerkt.

Ik heb het kwartetspel voldoende uitgewerkt.

Ik heb het kwartetspel heel goed uitgewerkt.

Vormgeving

Ik heb het kwartetspel niet verzorgd vormgegeven.

Ik heb het kwartetspel matig verzorgd vormgegeven.

 

Ik heb voldoende aandacht besteed aan de vormgeving van het kwartetspel.

Ik heb het kwartetspel op een verzorgde manier vormgegeven.

 

Originaliteit

Ik heb geen aandacht besteed aan de originaliteit van het kwartetspel.

Ik heb een beetje aandacht besteed aan de originaliteit van het kwartetspel.

Ik heb ervoor gezorgd dat het kwartetspel op sommige delen origineel is.

Ik heb ervoor gezorgd dat het kwartetspel erg origineel is.

Inhoud

Ik heb weinig of onjuiste informatie beschreven.

Ik heb weinig informatie beschreven

Ik heb het grootste deel van de informatie beschreven

Ik heb alle belangrijke informatie beschreven

 

 

ICT-tools

Voor dit eindproduct heb je geen computer nodig, maar gebruik je de kwartetkaartjes en potloden, stiften, pennen, en afbeeldingen van de deelonderwerpen.

Vaardigheden

Informatievaardigheden

Bij informatievaardigheden gaat het erom dat je beseft welke informatie je nodig hebt, en op basis daarvan kunt zoeken, selecteren vervolgens de informatie gebruiken die voor jou relevant is. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • definiëren van een probleem
  • zoeken naar bronnen en informatie
  • selecteren van bronnen en informatie
  • verwerken van informatie
  • presenteren van informatie

 

Informatievaardigheden

Creatief denken

Bij creatief denken gaat het om het bedenken van nieuwe ideeën en deze kunnen uitwerken en analyseren. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • een onderzoekende en ondernemende houding
  • kunnen denken buiten de gebaande paden en nieuwe samenhangen kunnen zien
  • kennen van creatieve technieken zoals brainstormen
  • durven nemen van risico’s en fouten kunnen zien als leermogelijkheden

 

Creatief denken

Zelfregulering

Zelfregulering is het zelfstandig kunnen handelen in afstemming op de taak en de omgeving, waarbij je rekening houdt met je eigen vermogen en verantwoordelijkheid neemt voor je eigen handelen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • het stellen van haalbare doelen
  • het doelgericht kunnen handelen
  • het plannen en monitoren van het proces
  • het reflecteren op het handelen en de uitvoering van de taak
  • het zicht hebben op de gevolgen van het eigen handelen voor de omgeving

 

Zelfregulering

Communiceren

Bij communiceren gaat het om het effectief en efficiënt kunnen overbrengen en ontvangen van een boodschap. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • doelgericht kunnen uitwisselen van informatie met anderen (spreken, luisteren, duidelijk zijn, ruis voorkomen)
  • kunnen omgaan met verschillende communicatieve situaties (gesprekken, presentaties etc.) en het kennen van bijbehorende technieken
  • kunnen omgaan met verschillende communicatiemiddelen (teksten, films etc.)
  • weten op welke manieren ICT kan helpen bij het communiceren

Communiceren

 

How to: Quiz

Quiz maken

Bij het maken van een quiz ontwerp je zelf de vragen in groepjes. Via een puntensysteem wordt de winnaar bepaald. Daarna worden de antwoorden besproken. Op deze manier oefen je met de leerstof en sla je de kennis beter op doordat je het verwerkt in een quiz.

 

Hoe maak je een quiz?

  1. Vorm groepjes met wie je de quiz gaat maken
  2. Bepaal de doelgroep van je quiz, dus wie je quizvragen zullen beantwoorden
  3. Bepaal het onderwerp (leerstof) waarover de quiz zal gaan
  4. Bedenk hoe lang de quiz gaat duren en hoeveel vragen er ongeveer nodig zijn om het onderwerp te kunnen behandelen
  5. Nu ga je de quizvragen bedenken, met de leerstof in het achterhoofd
  6. Bedenk hoe je wilt dat je publiek gaat antwoorden. Maak je vakken op de grond met A, B, C en D waarin het publiek moet gaan staan? Moet het publiek bordjes of briefjes omhoog houden? Of gebruik je een webtool om het publiek te laten stemmen?
  7. Zorg ervoor dat de telling bijgehouden wordt en laat naderhand zien wie gewonnen heeft

 

 

 

Verderkijker

Scan de video’s hieronder als je meer inspiratie wilt opdoen voor het maken van je quiz.

 

Tips

  • Zorg bij meerkeuzevragen dat er steeds drie tot vier antwoorden te kiezen zijn. Bepaal bij open vragen hoe precies het juiste antwoord is dat gegeven moet worden.
  • Zorg voor voldoende uitdaging door bijvoorbeeld bij meerkeuzevragen meerdere antwoorden juist te laten lijken.
  • Bespreek na de quiz de vragen en antwoorden met elkaar en ga hierover in discussie.

Beoordeling

Bij de beoordeling van jouw Quiz wordt er gekeken naar de volgende punten:

 

Nog niet aangetoond

In ontwikkeling

Aangetoond

Expert

Doelgroep

Ik heb niet nagedacht over de doelgroep van de quiz.

Ik heb niet bij alle delen van de quiz rekening gehouden met de doelgroep.

Ik heb voldoende rekening gehouden met de doelgroep van de quiz.

Ik heb kritisch gedacht over de doelgroep waarvoor de quiz bedoeld is.

Vorm

Ik heb geen aandacht besteed aan de manier waarop de quiz uitgevoerd is.

Ik heb een beetje aandacht besteed aan de manier waarop de quiz uitgevoerd is maar deze is niet erg origineel.

Ik heb aandacht besteed aan de manier waarop de quiz uitgevoerd is en deze is een beetje origineel.

Ik ben erg creatief geweest met de manier waarop de quiz uitgevoerd is en deze is erg origineel.

 

Taal

Ik vind het niet erg als er taalfouten in staan of vragen die niet lekker lopen.

 

Ik heb af en toe moeite met het juist spellen van woorden en het formuleren van vragen.

 

Ik maak weinig taalfouten en de meeste vragen lopen goed.

 

Ik zorg dat mijn tekst vrij is van fouten en dat alle vragen goed geformuleerd zijn.

 

Inhoud

Ik heb soms vragen bedacht die niet over de leerstof gaan maar die ik zelf leuk vind.

 

Ik heb vragen bedacht die vaak over de leerstof gaan, maar die niet zo diepgaand zijn.

 

Ik heb vragen bedacht die de leerstof behandelen en waar opbouw in zit.

 

Ik heb vragen bedacht die de leerstof behandelen en heb kritisch gekeken naar diepgang.

 

 

 

ICT-tools

Voor deze gereedschapskist zijn de volgende ICT-tools uitgezocht die je kunnen helpen bij het maken van je eindproduct:

               

 

Quizstud

QuizStud is een (deels gratis) online quiz platform waar je quizzen kan maken en waarbij je via je smartphone of tablet antwoord kunt geven op de meerkeuzevragen.

 

Oefen.be

Met oefen.be kun je online oefenen met leerstof, bijvoorbeeld door middel van een quiz. Dat kan thuis, in de klas, bij je oma, op de kamer van je beste vriend, op je iPad in de auto,... Kortom, altijd en overal.

 

Kahoot

Kahoot is een gratis webtool waarmee een quiz, discussie of peiling gehouden kan worden in de klas. Bij de quizversie wordt er een vraag gesteld waarna de webtool de meningen peilt.

         

 

   

Flipquiz

Flipquiz is een gratis webtool waarmee je een quiz kunt aanmaken die je klassikaal speelt. De klas kan verdeeld worden in teams die tegen elkaar strijden. De vragen verschijnen per onderwerp.

 

Testmoz

Testmoz is een gratis webtool, die gebruikt wordt om je kennis te toetsen na een bepaalde periode. Na het maken van de vragen kun je in een rapport je cijfer terugzien.

   

 

Vaardigheden

Informatievaardigheden

Bij informatievaardigheden gaat het erom dat je beseft welke informatie je nodig hebt, en op basis daarvan kunt zoeken, selecteren vervolgens de informatie gebruiken die voor jou relevant is. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • definiëren van een probleem
  • zoeken naar bronnen en informatie
  • selecteren van bronnen en informatie
  • verwerken van informatie
  • presenteren van informatie

 

Informatievaardigheden

Kritisch denken

Bij kritisch denken gaat het om het kunnen formuleren en onderbouwen van je eigen mening. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • effectief kunnen redeneren en formuleren
  • informatie kunnen interpreteren en analyseren
  • kunnen opmerken van gebrek aan bepaalde kennis
  • kunnen stellen van betekenisvolle vragen
  • kritisch kunnen reflecteren op het eigen leerproces
  • open staan voor alternatieve standpunten

 

Kritisch denken

Creatief denken

Bij creatief denken gaat het om het bedenken van nieuwe ideeën en deze kunnen uitwerken en analyseren. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • een onderzoekende en ondernemende houding
  • kunnen denken buiten de gebaande paden en nieuwe samenhangen kunnen zien
  • kennen van creatieve technieken zoals brainstormen
  • durven nemen van risico’s en fouten kunnen zien als leermogelijkheden

 

Creatief denken

ICT-basisvaardigheden

ICT-basisvaardigheden zijn de kennis en vaardigheden die nodig zijn om de werking van computers en netwerken te begrijpen en om te kunnen omgaan met verschillende soorten technologieën. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • kennen van basisbegrippen en functies van computers
  • kunnen benoemen, aansluiten en gebruiken van hardware
  • kunnen omgaan met standaard kantoortoepassingen zoals Word en Powerpoint
  • kunnen werken met internet
  • op de hoogte zijn van en kunnen omgaan met beveiligings- en privacyregels

 

ICT-basisvaardigheden

Samenwerken

Bij samenwerken gaat het erom ervoor te zorgen dat je samen een bepaald doel kunt bereiken en daarbij anderen kunt aanvullen en ondersteunen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • herkennen van verschillende rollen bij anderen en jezelf
  • hulp kunnen vragen, geven en ontvangen
  • een positieve en open houding ten aanzien van andere ideeën
  • respect hebben voor culturele verschillen
  • kunnen onderhandelen en afspraken maken met anderen in een team

Samenwerken

Probleemoplossend vermogen

Bij probleemoplossend vermogen gaat het om het (h)erkennen van een probleem en om het kunnen komen tot een plan om dit probleem op te lossen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • problemen vaststellen, kritisch bekijken en omschrijven
  • manieren kennen en kunnen gebruiken om met onbekende problemen om te gaan
  • oplossingsstrategieën bedenken, ontwikkelen en kiezen
  • modellen ontwikkelen en onderbouwde keuzes maken

Probleemoplossend vermogen

Zelfregulerend vermogen

Zelfregulering is het vermogen om zelfstandig te handelen op een manier die past bij de taak en de omgeving, waarbij je verantwoordelijkheid neemt voor de uitvoering van de taak. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • stellen van realistische doelen
  • doelgericht handelen
  • plannen en monitoren van het proces
  • reflecteren op eigen handelen
  • verantwoording nemen voor eigen handelen en keuzes

Zelfregulering

 

How to: Domino

Dominospel maken

Je kunt van (een deel van) de lesstof een dominospel maken. Daarbij verwerk je de informatie totAfbeeldingsresultaat voor domino" vragen en antwoorden en die schrijf je op de dominostenen. Op die manier verwerk je de lesstof en door het spelen van het spel blijft de kennis beter hangen.

Hoe maak je een dominospel?

  1. Zorg dat de lesstof gelijkwaardig verdeeld wordt over de leden van jullie groepje.
  2. Maak dominostenen waar je de vragen en antwoorden op kunt schrijven
  3. Zet op de eerste dominosteen ‘start’ en op de laatste ‘finish’
  4. Naast ‘start’ schrijf je een vraag op. Op de dominosteen daarna schrijf je het antwoord en zo verder
  5. Als het dominospel af is, ruil je van spel en speel je de spellen van andere groepjes

 

Verderkijker

Scan de video hieronder als je meer inspiratie wilt opdoen voor het maken van je dominospel.

Tips

  • Als variatie kun je afbeeldingen gebruiken, waarbij je kunt beargumenteren welke tekst bij welke afbeeldingen hoort
  • Zorg ervoor dat de vragen die je bedenkt helder en concreet zijn beschreven
  • Let er ook op dat de vragen die je bedenkt zinnig zijn en echt gaan over de stof die je hebt geleerd

Beoordeling

Bij de beoordeling van jouw dominospel wordt er gekeken naar de volgende punten:

 

Nog niet aangetoond

In ontwikkeling

Aangetoond

Expert

Doelgroep

Ik heb niet nagedacht over de doelgroep van het spel.

 

Ik heb niet bij alle vragen van het spel rekening gehouden met de doelgroep.

 

Ik heb voldoende rekening gehouden met de doelgroep van het spel.

 

Ik heb kritisch gedacht over de doelgroep waarvoor het spel bedoeld is.

 

Aansluiting bij de leerstof

Ik heb een dominospel gemaakt dat niet over de lesstof gaat maar dat ik zelf leuk vind.

 

Ik heb een dominospel gemaakt dat vaak over de lesstof gaat, maar dat niet zo diepgaand is.

 

Ik heb een dominospel gemaakt dat de lesstof behandelt en waar opbouw in zit.

 

Ik heb een dominospel gemaakt dat de lesstof behandelt en heb kritisch gekeken naar diepgang.

 

Uitwerking

Ik vind het niet erg als er taalfouten in staan of vragen die niet lekker lopen.

 

Ik heb soms moeite met het juist spellen van woorden en het formuleren van vragen.

 

Ik maak weinig taalfouten en de meeste vragen lopen goed.

 

Ik zorg dat mijn tekst vrij is van fouten en dat alle vragen goed geformuleerd zijn.

 

Niveau

Ik heb niet nagedacht over het niveau van de vragen.

 

Ik heb de vragen erg moeilijk of juist erg gemakkelijk gemaakt.

 

Ik heb de vragen vrij uitdagend of juist vrij gemakkelijk gemaakt.

 

Ik heb ervoor gezorgd dat de vragen precies op niveau voor de doelgroep zijn gemaakt.

 

 

 

ICT-tools

Bij deze werkvorm gebruik je geen digitale tools. Het enige wat je nodig hebt zijn papieren kaartjes om de dominostenen van te maken en een pen, potlood, of stift om de vragen en antwoorden op te schrijven!

Vaardigheden

 

Bij het maken van je dominospel werk je aan de volgende 21e eeuwse vaardigheden: 

Samenwerken

 

Bij samenwerken gaat het erom ervoor te zorgen dat je samen een bepaald doel kunt bereiken en daarbij anderen kunt aanvullen en ondersteunen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • herkennen van verschillende rollen bij anderen en jezelf
  • hulp kunnen vragen, geven en ontvangen
  • een positieve en open houding ten aanzien van andere ideeën
  • respect hebben voor culturele verschillen
  • kunnen onderhandelen en afspraken maken met anderen in een team

 

Samenwerken

Informatievaardigheden

Bij informatievaardigheden gaat het erom dat je beseft welke informatie je nodig hebt, en op basis daarvan kunt zoeken, selecteren vervolgens de informatie gebruiken die voor jou relevant is. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • definiëren van een probleem
  • zoeken naar bronnen en informatie
  • selecteren van bronnen en informatie
  • verwerken van informatie
  • presenteren van informatie

 

 

Informatievaardigheden

Kritisch denken

Bij kritisch denken gaat het om het kunnen formuleren en onderbouwen van je eigen mening. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • effectief kunnen redeneren en formuleren
  • informatie kunnen interpreteren en analyseren
  • kunnen opmerken van gebrek aan bepaalde kennis
  • kunnen stellen van betekenisvolle vragen
  • kritisch kunnen reflecteren op het eigen leerproces
  • open staan voor alternatieve standpunten

 

 

 

Kritisch denken

Creatief denken

Bij creatief denken gaat het om het bedenken van nieuwe ideeën en deze kunnen uitwerken en analyseren. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • een onderzoekende en ondernemende houding
  • kunnen denken buiten de gebaande paden en nieuwe samenhangen kunnen zien
  • kennen van creatieve technieken zoals brainstormen
  • durven nemen van risico’s en fouten kunnen zien als leermogelijkheden

 

Creatief denken

Probleemoplossend vermogen

Bij probleemoplossend vermogen gaat het om het (h)erkennen van een probleem en om het kunnen komen tot een plan om dit probleem op te lossen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • problemen vaststellen, kritisch bekijken en omschrijven
  • manieren kennen en kunnen gebruiken om met onbekende problemen om te gaan
  • oplossingsstrategieën bedenken, ontwikkelen en kiezen
  • modellen ontwikkelen en onderbouwde keuzes maken

 

Probleemoplossen

Zelfregulering

Zelfregulering is het zelfstandig kunnen handelen in afstemming op de taak en de omgeving, waarbij je rekening houdt met je eigen vermogen en verantwoordelijkheid neemt voor je eigen handelen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:

  • het stellen van haalbare doelen
  • het doelgericht kunnen handelen
  • het plannen en monitoren van het proces
  • het reflecteren op het handelen en de uitvoering van de taak
  • het zicht hebben op de gevolgen van het eigen handelen voor de omgeving

Zelfregulering

 

  • Het arrangement Thema Feestdagen is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2020-01-06 11:40:47
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    In dit projectdeel ga je een 4 tal christelijke feestdagen onderzoeken. Waar komen de feestdagen vandaan? Wat wordt er precies gevierd? Hoe worden deze feestdagen gevierd? Je maakt een werkstuk of schrijft een artikel hierover. Daarna ga je in jouw groepje aan de slag met de theorie om deze verder uit te werken. Jullie maken gezamenlijk een spel over deze feestdagen.
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Deltawijs. (2020).

    How to: Dominospel

    https://maken.wikiwijs.nl/155422/How_to__Dominospel

    Deltawijs. (2020).

    How to: Kwartet

    https://maken.wikiwijs.nl/155410/How_to__Kwartet

    Deltawijs. (2020).

    How to: Quiz

    https://maken.wikiwijs.nl/155411/How_to__Quiz

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.