Dit blok bestaat uit 5 stappen. Werk ze één voor één door.
Stap
Activiteit
Leerdoel
Stap 1
Grammatik
Du lernst die Übersetzungen der Präposition 'zu'.
Stap 2
Lesen
Du liest einen Auszug aus dem Buch 'Fette Ferien.
Stap 3
Wörter
übe neue Wörter.
Stap 4
Sprechen
Du diskutierst ein Reiseziel.
Stap 5
Schreiben
Du sendest einen Feiertagsgruß.
Stap 1 - Grammatik
Präpositionen
Ich fahre zu meinen Großeltern. Ich fahre nach Berlin. Ich fahre in die Schweiz.
Wann benutzt man welche Präposition?
Alle drie de voorzetsels geven hier een richting aan: je gaat ergens naartoe.
Zu
Het voorzetsel zu gebruik je als je naar een persoon toegaat: Ich fahre zu meinen Großeltern. Kommst du morgen zu mir? Wir gehen zum (zu + dem) Bäcker.
Nach
Het voorzetsel nach gebruik je bij landen en plaatsaanduidingen zonder lidwoord: Ich fahre nach Berlin. Er fliegt nach Amerika. Morgen fahren wir nach Deutschland.
In
Het voorzetsel in gebruik je bij landen met lidwoord: Ich fahre in die Schweiz. Sie fliegt in die Türkei. Wann kommt ihr in die Niederlande?
In
Het voorzetsel in gebruik je ook vaak bij gebouwen waar je naar binnen gaat: Er geht in die Schule.
Wir gehen in die Disco.
Gehen wir morgen ins (in + das) Schwimmbad?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Jochen Till ist ein deutscher Autor.
Er schreibt Bücher für Kinder, Jugendliche und Erwachsene.
Hier liest du einen Auszug aus seinem Buch 'Fette Ferien'.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Warst du schon mal in einem Ferienlager? Wann? Wo?
Was hast du erlebt?
Welche Erfahrungen hast du gemacht?
Hat es dir gefallen? Warum (nicht)?
Möchtest du nochmal ins Ferienlager fahren?
Sprecht in der Klasse oder in Kleingruppen über eure Erfahrungen.
Klappentext
Lies den Klappentext zu 'Fette Ferien' und sieh dir das Fotoan.
Was denkst du, wovon das Buch handelt? Was erwartest du vom Inhalt?
Sprecht in der Klasse oder in Kleingruppen über eure Erwartungen.
Fette Ferien Tobias ist sauer: Sein Vater will ihn in ein Ferienlager "abschieben".
Und das obwohl Tobias Schlafsäle, Geländespiele und Küchendienst hasst!
Doch dann lernt er ein paar nette Jungs kennen, genießt die Abende am Lagerfeuer und trifft Charlotte ...
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Kreative Aufgabe
Lies noch einmal den Klappentext.
Fette Ferien
Tobias ist sauer: Sein Vater will ihn in ein Ferienlager "abschieben".
Und das obwohl Tobias Schlafsäle, Geländespiele und Küchendienst hasst!
Doch dann lernt er ein paar nette Jungs kennen, genießt die Abende am Lagerfeuer und trifft Charlotte ...
Wie geht’s weiter? Überlege dir, was Tobias im Ferienlager erleben könnte.
Schreibe die Geschichte weiter.
Schreibe mindestens 150 Wörter auf Deutsch.
Wähle selbst, aus welcher Perspektive du schreibst.
Kontrolliere deinen Text und verbessere eventuelle Fehler.
Lest einige Texte in der Klasse vor oder tauscht sie in Kleingruppen aus.
Wer hat den originellsten, interessantesten, lustigsten, spannendsten Text geschrieben? Welcher Text kommt eurer Meinung nach dem original am nächsten?
Für Leseratten!
Besorge dir das Buch und lies es zu Ende.
(Jochen Till - Fette Ferien)
Erzähle deinen Mitschülern, die das Buch nicht gelesen haben, wie die Geschichte weitergeht.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Oma Hilde hat im Lotto gewonnen.
Ihr größter Wunsch ist es, mit der Familie zusammen in den Urlaub zu fahren.
Sie lädt euch für die Maiferien ein.
Könnt ihr euch auf ein gemeinsames Reiseziel einigen?
Diskussion
Jeder Schüler sagt zuerst, was er am liebsten machen würde und was er vorschlägt.
Diskutiert dann über den Urlaub.
Verwendet so viel wie möglich den Wortschatz aus der StudioWozzol-Liste 'Woordenlijst D'.
Das Ziel ist, einen Kompromiss zu finden, den alle Familienmitglieder akzeptabel finden.
Vergleich
Vergleicht den gefundenen Kompromiss mit den Ergebnissen der anderen Gruppen.
Stap 5 - Schreiben
Urlaubsgruß
Gibt es bald Ferien? Fährst du irgendwohin? Schicke deinen Mitschülern einen Urlaubsgruß! In der nächsten Aufgabe organisiert ihr eine Urlaubsgrüße-Aktion.
Organisation
Legt eine Zeitspanne für die Aktion fest (z.B. ab jetzt bis einschließlich der nächsten Ferien).
Schreibt eure Namen auf kleine Zettel, mischt alle Zettel gut. Jeder Schüler zieht ein Los.
Besorgt euch die (E-Mail-)Adresse des jeweiligen Los-Partners.
Jeder Schüler schreibt seinem Los-Partner in der festgelegten Zeit einen Urlaubsgruß auf Deutsch. Das kann von einer echten Urlaubsreise sein, aber ein kurzer Ausflug am Wochenende oder ein Besuch bei Oma und Opa, ein Einkaufsbummel in einer anderen Stadt, ein Strandtag oder Schwimmbadbesuch usw. zählen auch.
Schreibt und verschickt eine echte Karte oder digitale Post (am liebsten mit Foto).
Nehmt die Urlaubsgrüße, die ihr erhalten habt, mit in die Schule, lest sie in der Klasse vor und hängt sie auf.
Schafft ihr es, dass jeder eine Karte schreibt und bekommt?
Eventuell könnt ihr mit den Parallelklassen einen Wettstreit veranstalten, welche Klasse die meisten Urlaubsgrüße abgeschickt und bekommen hat.
Het arrangement Opdracht: Probleme - hv23 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Urlaub', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Duits voor hv23. In deze opdracht leer je nieuwe woordjes. Je begint deze opdracht met grammatica. Hier leer je de vertalingen van de voorzetsel 'zu'. Ook lees je een fragment uit het boek 'Fette Ferien'. Daarna bespreek je een reisbestemming met een klasgenoot. En als afsluiter van deze opdracht stuur je een feestdaggroet.
Leerniveau
VWO 2;
HAVO 3;
VWO 3;
HAVO 2;
Leerinhoud en doelen
Spreken;
Schrijven;
Gesprekken voeren;
Duits;
Luisteren en kijken;
Lezen;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
1 uur en 30 minuten
Trefwoorden
arrangeerbaar, duits, fette ferien, hv23, nieuwe woordjes, probleme, reisbestemming, stercollectie, urlaub, voorzetsel zu
Deze opdracht hoort bij het thema 'Urlaub', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Duits voor hv23. In deze opdracht leer je nieuwe woordjes. Je begint deze opdracht met grammatica. Hier leer je de vertalingen van de voorzetsel 'zu'. Ook lees je een fragment uit het boek 'Fette Ferien'. Daarna bespreek je een reisbestemming met een klasgenoot. En als afsluiter van deze opdracht stuur je een feestdaggroet.
Dit blok bestaat uit 5 stappen. Werk ze één voor één door.
Ich fahre zu meinen Großeltern. Ich fahre nach Berlin. Ich fahre in die Schweiz.
Jochen Till ist ein deutscher Autor.
Tobias ist sauer: Sein Vater will ihn in ein Ferienlager "abschieben".
Anfang
Kreative Aufgabe
Oma Hilde hat im Lotto gewonnen.
Gibt es bald Ferien? Fährst du irgendwohin? Schicke deinen Mitschülern einen Urlaubsgruß! In der nächsten Aufgabe organisiert ihr eine Urlaubsgrüße-Aktion.
