Ben je wel eens geblesseerd geraakt tijdens het sporten?
Maak een lijst van Engelse woorden die met de huisarts te maken hebben.
Step
activity
aim
time
introduction
Nadenken over wat je al weet.
10
Step 1
listening Injury
Je kunt een podcast begrijpen over wel of niet naar de dokter gaan en er vragen over beantwoorden.
15
Step 2
reading Doctors
Je kunt een tekst lezen over huisartsen en er vragen over beantwoorden.
15
Step 3
vocabulary
Je leert de vocabulaire over dokters en kwaaltjes en kunt die gebruiken.
15
Step 4
grammar Future
Je kuntde future gebruiken.
15
Step 5
speaking Tell me about your injury
Je kunt een gesprekje voeren en daarin vertellen waarom je naar de huisarts bent geweest.
10
Step 6
writing An email
Je kunt een e-mail schrijven waarin je het over een bezoek aan de huisarts hebt.
15
Step 7
evaluation
Nadenken over wat je geleerd hebt.
05
Step 1 - Listening
Injury
Je gaat luisteren naar een podcast van Tess en Ravi.
Luister naar de podcast en maak opdracht 1.
Luister nog een keer en maak opdracht 2 en 3.
Opdracht 1
Deze opdracht doe je eerst alleen, en daarna bespreek je de antwoorden in je groep.
Wie van de twee moet naar de dokter en waarom?
Step 2 - Reading
Doctors
Je gaat een tekst over artsen lezen.
Lees de tekst en maak daarna opdracht 1.
Lees de vragen, lees de tekst opnieuw en maak opdracht 2.
Lees de tekst.
Doctors - GP's
When most people are ill with a non-life threatening condition they will most often see a General Practitioner, a GP, also called a Family Doctor. These doctors generally work in the local community in surgeries rather than in hospitals, so they are convenient for people to see for a consultation. However, other GPs can work in a very wide range of areas, such as in hospitals, in education and for insurance companies.
As the name suggests, GPs are doctors that do not have a specialty, such as a brain surgeon or cancer specialist: they are able to diagnose and treat all the possible diseases and problem that one of their patients might have. They can treat and manage most illnesses and perform some minor surgeries in their practice. Then for more serious cases they will refer the patient to a specialist that will work in a hospital.
If you are ill and need to see a GP you will normally need to make an appointment. Sometimes you can just walk into the surgery and see a doctor, but that is not very likely as GPs are normally very busy and all their appointment times will be fully booked. Often you have to wait several hours if not at least one of two days before you can get an appointment with a GP. If you are too ill to wait you have to go to a hospital and visit the accident and emergency department.
GPs also make house-calls. These are when the GP comes to your house to treat you or see a patient. Most often a GP has to make house-calls to see elderly people who cannot get to the surgery easily. They might be ill and need the doctor to give them medicine or it could be that the GP just wants to check on them and make sure that they are ok.
If you are ill, the doctor will normally prescribe you some medicine and tell you to go away for a few days before you go back and visit them again if you have not started to get better. The GP will also explain how you can have a better lifestyle that could prevent you from becoming ill in the first place. They will normally recommend that you stop smoking cigarettes (if you do), not to drink too much alcohol and to get exercise. Once you have your prescription you will need to visit a pharmacy to get the medicine the doctor prescribed you.
Opdracht 1
Hieronder zie je een aantal woorden/zinsdelen uit de tekst.
Vertaal de woorden in het Nederlands.
a non-life threatening condition
emergency department
surgeries
house-calls
a brain surgeon
prescription
treat and manage most illnesses
a pharmacy
Lees de vragen.
Wat is het Engelse woord voor huisarts?
Wanneer verwijst een huisarts een patiënt naar een ziekenhuis?
Wat wordt er gezegd over een afspraak maken?
Wat valt er onder de taken van een huisarts?
Wat kan een huisarts doen om te zorgen dat zijn patiënten niet ziek worden?
Lees de tekst eventueel opnieuw en maak de onderstaande oefening.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Tell me about your injury.
Deze opdracht maak je samen met een klasgenoot.
Verdeel de rollen en lees het gesprekje.
Person A
Person B
What’s wrong with you?
Does it hurt?
Since when?
What are you going to do about it?
I hurt my leg.
It really hurts.
Since last Saturday.
I am going to see the doctor.
Maak 4 nieuwe gesprekjes door de gekleurde woorden te vervangen door een woord in dezelfde kleur.
Wissel telkens van rol.
hurt my leg
broke my arm
sprained my ankle
have a stomach ache
have a head ache
feel sick
hurt my shoulder
really hurts
is getting worse
hurts a little
doesn’t hurt
is annoying
hurts when I walk
hurts when I do this
last Saturday
last Sunday
last night
yesterday
this morning
a few hours
two weeks
see the doctor
see my GP
sleep it off
the surgery
do nothing
take a rest
the emergency department
Maak nu nog 2 gesprekjes waarin je zelf antwoord geeft op de vragen.
Step 6 - Writing
Finish the email
Beantwoord de e-mail van je Engelse penvriend(in).
Open het werkbestand in google docs: The doctor - Finish the email.
Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Verwerk de volgende punten:
Vul de naam van je penvriend(in) in.
Vertel dat je naar de huisarts bent geweest.
Vertel waarom. (zelf verzinnen)
Vertel wie je in de wachtkamer zag. (zelf verzinnen)
Vertel dat de huisarts een recept heeft voorgeschreven.
Vertel dat je daarna naar de apotheek bent geweest.
Verzin zelf iets om aan je penvriend(in) te schrijven.
Schrijf je naam onder de e-mail.
Hi !
How are you? I am fine.
In your last email you told me about your GP.
I am going to . Since last night I . In the waiting room . . . . . . Bye for now,
.
Step 7 - Evaluation
Vul het schema in en beantwoord de vragen onder het schema.
Het arrangement 13.1 The doctor - b12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor vmbo beroepsgerichte leerweg, leerjaar 1 en 2. Dit is thema 13 'Health and welfare'. Het onderwerp van deze les is: The doctor. In deze les staat de (huis)arts centraal met daarbij de enkele redenen waarvoor je naar de dokter zou moeten (bijv. injury - verwondingen) en wat de dokter kan doen. De grammaticaopdracht behandelt de 'future' aan de hand van het woord 'will'.
arrangeerbaar, b12, engels, family doctor, general practictioner (huisarts), injury, stercollectie, the doctor, the future - will
13.1 The doctor - b12
nl
VO-content
2023-08-09 15:01:06
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor vmbo beroepsgerichte leerweg, leerjaar 1 en 2. Dit is thema 13 'Health and welfare'. Het onderwerp van deze les is: The doctor. In deze les staat de (huis)arts centraal met daarbij de enkele redenen waarvoor je naar de dokter zou moeten (bijv. injury - verwondingen) en wat de dokter kan doen. De grammaticaopdracht behandelt de 'future' aan de hand van het woord 'will'.