De Nederlandse kust
Nederland ligt in een rivierdelta. Hierdoor ligt een groot deel van Nederland onder zeeniveau. Zeeweringen beschermen ons land tegen het water. Dit kunnen natuurlijke zeeweringen zijn, zoals duinen, off door de mens gemaakte zeeweringen, zoals dijken, dammen, kades en stormvloedkeringen. Dagelijks werken er duizenden mensen aan het hoog en sterk houden van onze kustverdediging. Bekijk deze schematische weergave van de opbouw van een groot deel van West-Nederland: https://www.thinglink.com/scene/1150482650541064195
De Nederlandse kustlijn ziet er niet overal hetzelfde uit. De kust van Zeelnd bestaat voor een groot deel uit dijken en dammen. Van Zuid-Holland tot Noordholland liggen er voornamelijk duinen. In Groningen en Friesland beschermen dijken de kust.
Getijden
De getijden hebben een grote invloed op de kust. De getijden ken je als eb (laagwater) en vloed (hoog water). Iedere 24 uur is het 2 keer eb en 2 keer vloed.
In het filmpje zie je hoe de maan en de zon aantrekkingskracht hebben op de aarde. Door deze aantrekkingskracht "trekken" de maan en de zon water naar zich toe. Hierdoor is het vloed op aarde aan de kant waar de maan staat. Precies aan de andere zijde van de aarde is het ook vloed. Soms staan de zon en de maan aan één kant van de aarde en trekken zij samen nog harder aan het zeewater. Hierdoor ontstaat er extra hoog water: springtij.
Overstromingen
Dijken, duinen en andere zeeweringen beschermen ons tegen overstromingen. Toch is er een kleine kans dat er een overstorming kan plaatsvinden. Bij hoog water (zoals bij springtij) is de kans op een overstroming groter. Bij hoog water komt er extra veel druk op de dijken, duinen en waterkeringen te staan. In het ergste geval stroomt het water over waterkering heen, breken de dijken of worden de duinen weggeslagen door het zeewater. De kans dat er een overstroming plaatsvindt verschilt per locatie: sommige plaatsen zijn beter beschermt dan andere plaatsen.
Stap 2 - De Watersnoodramp
De watersnoodramp van 1953
In de nacht van 31 januari op 1 februari van 1953 zorgde een combinatie van storm en springvloed voor een van de grootste rampen in onze geschiedenis. Door de stormwind steeg het zeewater voor de kust van Zeeland. Omdat het ook nog springtij was kwam het water nog hoger te staan.
Door de combinatie van stormvloed en springtij braken de dijken en stroomde het water met vernietigende kracht het land in.
Zoals op de kaart hieronder is te zien, kon de zee landinwaarts stromen. Doordat het zeewater de Grevelingen en het Haringvliet in kon stromen, overstroomden ook delen die verder van zee lagen, zoals het gebied rond Dordrecht.
De dijken waren op veel plekken te laag en te zwak. Ze braken en het water stroomde door en over de dijken het land in. Bij de watersnoodramp vielen 1800 doden.
Bekijk de eerste beelden van de ramp in een journaaluitzending uit 1953. Na deze ramp besloot de Nederlandse overheid haast te maken met de versterking van de kust. Er werd begonnen met de Deltawerken.
De Deltawerken
Nederland is een grote delta waar de Rijn en de Maas uitmonden in de Noordzee. De provincie Zeeland omvat het zuidwestelijk deel van de Rijn-Maas-Scheldedelta. De Deltawerken beschermen Zeeland en een groot deel van de rest van Nederland tegen overstromingen.
Bekijk de video hieronder. Je ziet hoe de sluiting van de Maeslantkering verloopt.
Stap 3. Bodemdaling en klimaatverandering.
Bodemdaling in Nederland
Nieuwe bedreigingen voor de kust
Ondanks dat Nederland in de afgelopen 60 jaar veel maatregelen heeft genomen om zich te beschermen tegen zeewater, is er ook in de toekomst nog het risico dat Nederland te maken krijgt met overstromingen. De twee belangrijkste redenen hiervoor zijn dat de bodem van Nederland daalt en de zeespiegel stijgt.
Bodemdaling
Een groot deel van Nederland bestaat uit moerasgebied: drassige natte grond die veel water bevat. Vroeger waren er nog geen dijken waardoor het gebied regelmatig overstroomde. Mensen woonden op heuvels (terpen), waardoor ze droog konden wonen. Om het land te kunnen gaan gebruiken, zijn er dijken aangelegd en werd het water uit het gebied gepompt. Anders was een groot deel van West-Nederland te nat om te kunnen gebruiken. Dit wegpompen van water doen we nog steeds. Een nadeel hiervan is dat de grond een beetje inzakt als je het water eruit pompt. Dit inzakken heet inklinken. Dit inklinken veroorzaakt bodemdaling.
Zeespiegelstijging
De kustverdediging zal ook voorbereid moeten zij op de klimaatverandering. Door het versterkte broeikaseffect warmt de aarde op. Door de opwarming van de aarde, smelt het landijs. Dit landijs stroomt naar zee, waardoor er meer water in de zee komt, waardoor de zeespiegel stijgt. Ook zal de temperatuur van het water opwarmen. Wanneer water warmer wordt, zet het uit. Doordat het water uitzet, stijgt de zeespiegel.
Sinds 1990 kunnen we de zeespiegel, en dus ook de stijging ervan, exact meten met behulp van satellieten.
Volgens de nieuwste KNMI scenario's stijgt de zeespiegel aan de Nederlandse kust tot 2085 met 25 tot 80 centimeter.
De Nederlandse kust vertoont een aantal zwakke plekken die bij een stijging van de zeespiegel verstevigd moeten worden om het achterliggende land veilig te stellen. Een groot deel van deze zwakke plekken is al aangepakt.
Toets
Voor je aan de afsluiting van deze opdracht begint,
maak je eerst de toets.
Vergelijk, na het beantwoorden van de vragen, jouw antwoorden met de goede antwoorden.
Heb je vragen fout, zorg dan dat je begrijpt waarom je antwoord niet goed is.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het arrangement Kustverdediging - ORANJE is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Auteur Kunskapsskolan
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2019-03-11 19:37:32
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Bij het samenstellen van deze leerbron is gebruik gemaakt van een arrangement uit de Stercollecties van VO-Content. Het oorspronkelijke arrangement is eigendom van VO-Content en gedeeld onder de CC BY-SA licentie. Link oorspronkelijke VO-content: https://maken.wikiwijs.nl/82668#!page-2252628
Bij het samenstellen van deze leerbron is gebruik gemaakt van een arrangement uit de Stercollecties van VO-Content. Het oorspronkelijke arrangement is eigendom van VO-Content en gedeeld onder de CC BY-SA licentie. Link oorspronkelijke VO-content: https://maken.wikiwijs.nl/82668#!page-2252628
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Kustverdediging
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.