Eindopdracht
Vooraf
Je hebt vast wel eens op een glijbaan gezeten. Je gaat soms onder een steile hoek naar beneden. Soms ga je bijna loodrecht naar beneden. Hoe groter de hoek hoe groter de snelheid.
Hiernaast zie je een foto van een waterglijbaan. Is je snelheid op de glijbaan steeds even groot?
Je gaat in dit thema een onderzoekje doen naar het verband tussen de grootte van een hoek van een glijbaan en de snelheid. Om het onderzoekje goed te kunnen doen, moet je iets weten over hoeken.
- Wat is een hoek?
- Hoe wordt de grootte van een hoek gemeten?
- Hoe teken je een hoek van een bepaalde grootte?
En dat heb je nu juist geleerd in dit thema.
Eindproduct
Je sluit het thema af met een onderzoekje naar het verband tussen de grootte van een hoek van een glijbaan en de snelheid.
Van dit onderzoekje maak je een verslag.
Tijd
Voor de afronding van het thema heb je ongeveer 2 lesuren nodig. Je maakt het verslag samen met een klasgenoot.
Benodigheden
- Een lege opzet voor het Verslag.
- Stevig karton of hout voor het maken van een glijbaan.
- Een knikker of balletje.
- Stopwatch.
- Papier, pen en (kleur)potloden.
Stap 1: Onderzoeksvraag
Je gaat onderzoeken wat het verband is tussen de grootte van een hoek van een glijbaan en de snelheid. Van dat onderzoekje maak je een verslag.
Open nu eerst de lege opzet voor het Verslag.
Het verslag begint met de de onderzoeksvraag. Schrijf onder het kopje onderzoeksvraag de hoofdvraag van jullie onderzoekje op.
Als jullie straks alle stappen hebben doorlopen, kunnen jullie deze tekst natuurlijk nog best een beetje aanpassen.
Voor de volgende stappen heb je een glijbaan van karton of hout nodig. De glijbaan moet minimaal \(\small 3\) meter lang zijn.
Overleg met je docent
Probeer de glijbaan door een knikker of een balletje naar beneden te laten rollen.
Let op: de glijbaan mag niet doorbuigen.
Stap 2: Meten
Je gaat beginnen met verzamelen van de onderzoeksresultaten.
Zorg dat de glijbaan precies een hoek van \(\small10°\) met de grond maakt.
Laat een knikker of een balletje van de glijbaan naar beneden rollen.
Gebruik de stopwatch om te meten na hoeveel seconde de knikker/het balletje op de grond is.
Herhaal de meting een drie keer.
Bereken het gemiddelde van jullie drie metingen.
Schrijf het resultaat in de tabel in het verslag.
Doe nu hetzelfde voor een aantal verschillende hoeken.
Schrijf alle resultaten in de tabel.
Stap 3: Grafiek
Jullie gaan in het verslag bij de tabel een grafiek tekenen.
Op de horizontale as komt de grootte van de hoek.
Op de verticale as komt de tijd die het balletje nodig heeft gehad om naar beneden te rollen.
Zorg voor een passende schaalverdeling.
Teken vervolgens de punten uit de tabel in het assenstelsel en verbind de punten met een vloeiende lijn.
Stap 4: Verslag
Schrijf in het verslag onder het kopje Onderzoeksopzet hoe jullie te werk zijn gegaan. Maak er eventueel een tekening bij.
Zorg dat de ingevulde tabel en de grafiek een plaatsje kunnen krijgen onder het kopje Onderzoeksresultaten.
Wat is de conclusie van jullie onderzoek? Wat is het verband tussen de grootte van de hoek van de glijbaan en de snelheid?
Schrijf jullie conclusie in het verslag onder het kopje conclusie.
Zorg dat de conclusie past bij de resultaten in de tabel en de grafiek.
Tijd om het verslag af te maken.
Lees het verslag nog één keer helemaal door. Zorg dat er geen taalfouten in het verslag zitten. Print het verslag. Plak de tekening(en) en de grafiek op de juiste plaats in het verslag en lever het verslag in bij jullie docent.