Wordt een scooter vooral gekocht door ouderen of door jongeren?
Is er in ieder dorp of iedere stad een winkel waar je een scooter kunt kopen?
Maakt de verkoper van de scooters veel reclame?
Vind het belangrijk dat je goed advies krijgt voor je een scooter koopt?
Zijn er verschillende merken scooters?
Zijn er goedkopere en duurdere merken?
Bespreek de antwoorden met een klasgenoot.
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
in eigen woorden toelichten wat een doelgroep is.
het begrip marketingbeleid omschrijven en kunt minimaal drie instrumenten van het marketingbeleid beschrijven.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
Aan de slag
Stap
Leervraag
Stap 1
Wat wordt bedoeld met de doelgroep van een product?
En uit welke 'P's' bestaat de marketingmix.
Stap 2
Wat is een speciaalzaak?
Stap 3
Waar houdt een winkelier rekening mee bij het kiezen van de vestigingsplaats?
Stap 4
Waarom heeft het personeel in een bedieningswinkel een andere rol dan het personeel in een zelfbedieningszaak?
Stap 5
Waarom is de prijs misschien wel het belangrijkste marketinginstrument?
Stap 6
Wat is het verschil tussen prijspromotie en productpromotie?
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Samenvatting
Samenvattende sleepoefening maken.
Eindopdracht A
Eindopdracht over het beginnen van een eigen winkel in je eigen woonplaats.
Eindopdracht B
Beantwoord vragen over winkelen bij de Action.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht
Tijd
Voor deze opdracht heb je 4 uur nodig.
Een belangrijk deel van de tijd gaat zitten in de eindopdracht.
Aan de slag
Stap 1: Marketingmix
De winkelier richt zich op een groep kopers.
Deze groep kopers is de doelgroep van de winkelier.
Het marketingbeleid van een winkelier is er op gericht zijn doelgroep te bereiken.
Om zijn doelgroep te bereiken, heeft een winkelier verschillende 'instrumenten'.
Beantwoord de volgende vraag.
Bekijk de video. Welke 'P' ontbreekt in de video?
Stap 2: Product
Het eerste marketinginstrument is het product.
Een ondernemer moet die producten verkopen die zijn doelgroep graag wil hebben. De ondernemer moet daarbij rekening houden met de doelgroep bij het inrichten van de winkel. Wil de doelgroep bijvoorbeel veel verschillende producten in de winkel tegenkomen of juist niet?
Een speciaalzaak verkoopt producten die bij elkaar passen.
Voorbeelden van speciaalzaken zijn: een schoenenwinkel en een kaaswinkel.
Maak de opdrachten.
Stap 3: Plaats
Het tweede marktetinginstrument is plaats.
Een winkelier opent zijn winkel op een plaats die past bij de doelgroep.
Voor de dagelijkse boodschappen gaan de meeste mensen graag naar een winkel in de buurt.
Voor de aankoop van artikelen die je niet iedere dag koopt, wil je best een eindje reizen.
Bijvoorbeeld naar het winkelcentrum in de stad of bijvoorbeeld naar een meubelboulevard.
Doe de volgende oefening.
Stap 4: Personeel
Het derde marketinginstrument is personeel.
Als een winkelier werkt met personeel moet het personeel passen bij het soort winkel.
In een winkel met zelfbediening pakt de klant zelf de artikelen.
Personeel is nodig voor het kassawerk en 'de weg wijzen'.
In een bedieningswinkel geeft de verkoper ook advies over de artikelen die worden verkocht.
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met een klasgenoot.
Stap 5: Prijs
De prijs is misschien wel het belangrijkste marketinginstrument.
De winkelier stelt de prijs van zijn producten vast.
Bij het vaststellen van de prijs houdt hij rekening met:
de kostprijs: als de verkoopprijs niet hoger is dan de kostprijs maakt de winkelier geen winst.
de concurrentie: de verkoopprijs mag niet veel hoger zijn dan de verkoopprijs in een winkel van een concurrent.
Maak de volgende opdracht.
Stap 6: Promotie
Het laatste marketinginstrument dat wordt behandeld is promotie.
Om een product te verkopen, doen veel winkeliers aan promotie of reclame.
Een veel voorkomende vorm van promotie is prijspromotie: het product wordt (tijdelijk) tegen een lagere prijs verkocht.
Doe de volgende drie oefeningen.
Afronding
Samenvatting
Wat heb je geleerd?
Eindopdracht A: Eigen winkel
Een winkel in je eigen woonplaats
Werk samen met een klasgenoot.
Stel je wilt een winkel beginnen in het centrum van je woonplaats.
Een schoenenwinkel, een speelgoedwinkel, een restaurant of .....
Wat denk je, is je woonplaats een goede plaats om de winkel te beginnen?
Wonen er wel genoeg mensen voor jullie winkel?
Is er veel concurrentie?
Hoeveel klanten heb je eigenlijk nodig om winst te kunnen maken?
Je gaat samen met een klasgenoot bekijken of jullie in jullie woonplaats een winkel kunnen beginnen.
Verslag maken
Je maakt samen met een klasgenoot een verslag van jullie bevindingen.
In het verslag geef je in ieder geval antwoord op de volgende vragen.
Wat voor soort winkel willen jullie beginnen?
Wonen er genoeg mensen in jullie woonplaats?
Is er veel concurrentie in jullie woonplaats?
Is het verstandig om de winkel in jullie woonplaats te beginnen?
Een verslag is een goede manier om een onderzoek te beschrijven dat je hebt uitgevoerd.
Eindopdracht B: Winkelketen Action
De winkelketen Action is een grote speler geworden in Nederland. Mensen komen naar Action, omdat ze daar ‘lekker’ kunnen shoppen voor weinig geld.
Uit de krant:
Het aantal winkels van Action groeide de afgelopen twee jaar van 200 naar 250.
Het bedrijf verkoopt voornamelijk Aziatische producten tegen bodemprijzen.
Frisdrank uit Taiwan, serviesgoed uit China en speelgoed uit Hongkong.
Het is allemaal te koop bij Action.
Beantwoord de vragen.
Terugkijken
Intro
Bekijk de intro van de opdracht nog eens.
Past de intro bij de opdracht? Waarom wel of waarom niet?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je wat je moet kunnen?
Hoe ging het?
Eindopdracht A of B?
Welke eindopdracht heb je gekozen?
Wat vond je van de eindopdracht? Was de eindopdracht duidelijk genoeg?
Ben je tevreden over het resultaat.
Het arrangement Opdracht: Marketingmix - hv23 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Markt', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie hv23. De opdracht begint met een intro. Hier wordt een afbeelding van een scooter weergegeven. Vervolgens worden er verschillende vragen gesteld over de scooter. De antwoorden bespreek je met een klasgenoot. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit zes verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een samenvatting, twee eindopdrachten en een reflectie. Bij stap 1 is er een opdracht over de marketingmix. Hier worden de 5 p's weergegeven en hier wordt een vraag over gesteld. Ook is er een video over de marketingmix en hier wordt een vraag over gesteld. Bij stap 2 is er een opdracht over het product, dit is het eerste marketinginstrument. Eerst wordt het begrip speciaalzaak uitgelegd, en vervolgens moet je kijken welke winkels een speciaalzaak zijn. Ook wordt er een vraag gesteld over een schoenenzaak. Bij stap 3 is een opdracht over plaats, dit is het tweede marketinginstrument. Hier wordt een voorbeeld gegeven, en vervolgens moet je aangeven of dit een goede plaats is voor het beschreven bedrijf. Bij stap 4 komt er een opdracht over personeel, dit is het derde marketinginstrument. Hier worden vragen gesteld over verschillend personeel. Bij stap 5 komt er een opdracht over prijs, dit één van de belangrijkste marketinginstrumenten. Hier moeten verschillende prijzen worden berekend. Bij stap 6 is een opdracht over promotie, het laatste marketinginstrument. Er worden vragen gesteld over slagzinnen, prijspromotie en prijzenoorlog. Na deze zes stappen komt een opdracht waar de stof wordt herhaald en de samenvatting volledig moet worden ingevuld. Dan komt eindopdracht A: Eigen winkel. Samen met een klasgenoot ga je bekijken of jullie in je jullie woonplaats een eigen winkel kunnen beginnen. De klasgenoten moeten samen een verslag maken van de bevindingen. Dan komt eindopdracht B: Winkelketen Action. Hier worden meerdere vragen gesteld over de Action. Uiteindelijk wordt er nog teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
Leerniveau
VWO 2;
HAVO 3;
VWO 3;
HAVO 2;
Leerinhoud en doelen
Markt;
Arbeid, productie en bedrijfsleven;
Economie;
Deze opdracht hoort bij het thema 'Markt', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie hv23. De opdracht begint met een intro. Hier wordt een afbeelding van een scooter weergegeven. Vervolgens worden er verschillende vragen gesteld over de scooter. De antwoorden bespreek je met een klasgenoot. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit zes verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een samenvatting, twee eindopdrachten en een reflectie. Bij stap 1 is er een opdracht over de marketingmix. Hier worden de 5 p's weergegeven en hier wordt een vraag over gesteld. Ook is er een video over de marketingmix en hier wordt een vraag over gesteld. Bij stap 2 is er een opdracht over het product, dit is het eerste marketinginstrument. Eerst wordt het begrip speciaalzaak uitgelegd, en vervolgens moet je kijken welke winkels een speciaalzaak zijn. Ook wordt er een vraag gesteld over een schoenenzaak. Bij stap 3 is een opdracht over plaats, dit is het tweede marketinginstrument. Hier wordt een voorbeeld gegeven, en vervolgens moet je aangeven of dit een goede plaats is voor het beschreven bedrijf. Bij stap 4 komt er een opdracht over personeel, dit is het derde marketinginstrument. Hier worden vragen gesteld over verschillend personeel. Bij stap 5 komt er een opdracht over prijs, dit één van de belangrijkste marketinginstrumenten. Hier moeten verschillende prijzen worden berekend. Bij stap 6 is een opdracht over promotie, het laatste marketinginstrument. Er worden vragen gesteld over slagzinnen, prijspromotie en prijzenoorlog. Na deze zes stappen komt een opdracht waar de stof wordt herhaald en de samenvatting volledig moet worden ingevuld. Dan komt eindopdracht A: Eigen winkel. Samen met een klasgenoot ga je bekijken of jullie in je jullie woonplaats een eigen winkel kunnen beginnen. De klasgenoten moeten samen een verslag maken van de bevindingen. Dan komt eindopdracht B: Winkelketen Action. Hier worden meerdere vragen gesteld over de Action. Uiteindelijk wordt er nog teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.